B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
Handelingen
Annales
I
NTEGRAAL VERSLAG
VAN DE PLENAIRE VERGADERING
C
OMPTE RENDU INTÉGRAL
DE LA SÉANCE PLÉNIERE
VAN
DU
24-02-2000
24-02-2000
namiddag
après-midi
HA 50
PLEN 045
HA 50
PLEN 045
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
2
HA 50
PLEN 045
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone - Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 : Parlementair Document van de 50e zittingsperiode +
DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e
het nummer en het volgnummer
législature, suivi du n° et du n° consécutif
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
: Questions et Réponses écrites
HA
: Handelingen (Integraal Verslag)
HA
: Annales (Compte Rendu Intégral)
BV
: Beknopt Verslag
CRA
: Compte Rendu Analytique
PLEN
: Plenumvergadering
PLEN
: Séance plénière
COM
: Commissievergadering
COM
: Réunion de commission
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Officie¨le publicaties uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Commandes :
Bestellingen :
Place de la Nation 2
Natieplein 2
1008 Brussel
1008 Bruxelles
Tél. : 02/549 81 60
Tel. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
www.deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Inhoud
Donderdag 24 februari 2000, 14.15 uur
PLEN 045
BERICHTEN VAN VERHINDERING
7
REGELING VAN DE WERKZAAMHEDEN
7
MONDELINGE VRAGEN
8
- samengevoegde mondelinge vragen van de heren Peter
Vanvelthoven en Luc Sevenhans aan de vice-eerste mi-
nister en minister van Mobiliteit en Vervoer over
de
IJzeren Rijn
(Het antwoord werd verstrekt door de eerste minister)
8
- mondelinge vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
over
de aangekondigde reis naar Congo
9
- mondelinge vraag van de heer Andre´ Smets aan de
vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
over
de HST-werken
10
- samengevoegde mondelinge vragen van de heren Jo
Vandeurzen en Andre´ Fre´de´ric en mevrouw Kristien
Grauwels aan de minister van Binnenlandse Zaken over
de aangekondigde bijsturing van de veiligheids- en
samenlevingscontracten
11
- mondelinge vraag van mevrouw Miche`le Gilkinet aan de
minister van Binnenlandse Zaken over
het stemrecht
voor EU-onderdanen
14
- mondelinge vraag van de heer Joos Wauters aan de
minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en
Leefmilieu over
medische fouten
14
- mondelinge vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan
de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
RSZ-
berekeningen in de seizoenarbeid
15
- mondelinge vraag van de heer Marc Van Peel aan de
minister van Landsverdediging over
de beslissing van de
regering om de militaire luchthaven van Melsbroek te
verhuizen
16
- mondelinge vraag van de heer Jean-Paul Moerman aan
de minister van Landsverdediging over
de deelname van
Belgie¨ aan het Joint Strike Fighter-programma
17
- mondelinge vraag van mevrouw Jacqueline Herzet aan
de minister van Justitie over
de oprichting van een
interdiocesane commissie die de klachten zal behandelen
van slachtoffers van sexuele misbruiken gepleegd in het
kader van pastorale activiteiten
18
- mondelinge vraag van de heer Danny Pieters aan de
minister van Justitie over
het beleid inzake het verlenen
van individuele genade
19
Sommaire
Jeudi 24 fe´vrier 2000, 14.15 heures
PLEN 045
EXCUSE
´ S
7
ORDRE DES TRAVAUX
7
QUESTIONS ORALES
8
- questions orales jointes de MM. Peter Vanvelthoven et
Luc Sevenhans a` la vice-premie`re ministre et ministre de
la Mobilite´ et des Transports sur
le Rhin d'acier
(La re´ponse a e´te´ donne´e par le premier ministre)
8
- question orale de M. Luc Sevenhans au vice-premier
ministre et ministre des Affaires e´trange`res sur
l'annonce
d'un voyage au Congo
9
- question orale de M. Andre´ Smets a` la vice-premie`re
ministre et ministre de la Mobilite´ et des Transports sur
les travaux pour le TGV
10
- questions orales jointes de MM. Jo Vandeurzen et Andre´
Fre´de´ric et Mme Kristien Grauwels au ministre de
l'Inte´rieur sur
l'adaptation annonce´e des contrats de
se´curite´ et des contrats de socie´te´
11
- question orale de Mme Miche`le Gilkinet au ministre de
l'Inte´rieur sur
le vote des e´trangers d'origine europe´enne
14
- question orale de M. Joos Wauters a` la ministre de la
Protection de la consommation, de la Sante´ publique et de
l'Environnement sur
les erreurs me´dicales
14
- question orale de M. Ludwig Vandenhove au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur
le calcul de l'ONSS
pour les travailleurs saisonniers
15
- question orale de M. Marc Van Peel au ministre de la
De´fense sur
la de´cision du gouvernement de de´me´nager
l'ae´roport militaire de Melsbroek
16
- question orale de M. Jean-Paul Moerman au ministre de
la De´fense sur
la participation de la Belgique au pro-
gramme Joint Strike Fighter
17
- question orale de Mme Jacqueline Herzet au ministre de
la Justice sur
la cre´ation d'une commission interdioce´-
saine qui accueillera les plaintes de victimes d'abus
sexuels commis dans l'exercice des relations pastorales
18
- question orale de M. Danny Pieters au ministre de la
Justice sur
la politique en matie`re de droit de gra^ce
individuelle
19
HA 50
PLEN 045
3
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
- mondelinge vraag van de heer Jean-Pol Poncelet aan de
minister van Justitie over
de ontslagen op het kabinet van
Justitie
20
INTERPELLATIES
20
- Samengevoegde interpellaties van :
de heer Gerolf Annemans tot de minister van Justitie over
het veiligheidsplan van de regering (nr. 259)
de heer Marc Van Peel tot de minister van Justitie over
het veiligheidsplan van de regering (nr. 260)
de heer Jean-Jacques Viseur tot de minister van Justitie
over
het feit dat het federaal veiligheids- en penitentiair
beleidsplan niet in het parlement werd voorgesteld
(nr. 262)
de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister van Justitie
over
het veiligheidsplan (nr. 282)
20
Sprekers : Gerolf Annemans, Marc Van Peel, voorzit-
ter van de CVP-fractie, Jean-Jacques Viseur, Karel
Van Hoorebeke
, Marc Verwilghen, minister van Justi-
tie
Moties
30
WETSONTWERPEN EN VOORSTELLEN
30
-
wetsontwerp
houdende
goedkeuring
van
het
samenwerkingsakkoord tussen de Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschaps-
commissie en de Federale Staat inzake de begeleiding en
behandeling van daders van seksueel misbruik (overge-
zonden door de Senaat) (352/1 en 2)
31
algemene bespreking
31
Spreker : Jacqueline Herzet, rapporteur
bespreking van de artikelen
31
Wetsontwerp tot wijziging van artikel 1409 van het Ge-
rechtelijk Wetboek, met het oog op de aanpassing van het
bedrag van het loon dat niet vatbaar is voor overdracht of
beslag (overgezonden door de Senaat) (383/1 tot 10)
31
hervatting van de algemene bespreking
31
Sprekers :
Greta
D'Hondt,
rapporteur,
Pierrette
Cahay-Andre´
bespreking van de artikelen
33
- voorstellen tot wijziging van het Reglement (448/1 en 2)
33
bespreking
33
Sprekers : Marc Van Peel, rapporteur, Geert Bour-
geois
INOVERWEGINGNEMING VAN VOORSTELLEN
37
ROUWHULDE
37
STEMMINGEN
38
- voorstel tot wijziging van artikel 11 van het Reglement
(448/2)
38
- question orale de M. Jean-Pol Poncelet au ministre de la
Justice sur
les de´missions de membres du cabinet de la
Justice
20
INTERPELLATIONS
20
- Interpellations jointes de :
M. Gerolf Annemans au ministre de la Justice sur
le plan
de se´curite´ du gouvernement
(n° 259)
M. Marc Van Peel au ministre de la Justice sur
le plan de
se´curite´ du gouvernement
(n° 260)
M. Jean-Jacques Viseur au ministre de la Justice sur
la
non-pre´sentation du plan de se´curite´ et de politique pe´ni-
tentiaire
(n° 262)
M. Karel Van Hoorebeke au ministre de la Justice sur
le
plan de se´curite´
(n° 282)
20
Orateurs : Gerolf Annemans, Marc Van Peel, pre´si-
dent du groupe CVP, Jean-Jacques Viseur, Karel Van
Hoorebeke
, Marc Verwilghen, ministre de la Justice
Motions
30
PROJETS DE LOI ET PROPOSITIONS
30
- projet de loi portant assentiment de l'accord de coope´-
ration entre la Commission communautaire commune, la
Commission communautaire franc¸aise et l'Etat fe´de´ral
relatif a` la guidance et au traitement d'auteurs d'infractions
a` caracte`re sexuel (transmis par le Se´nat) (352/1 et 2)
31
discussion ge´ne´rale
31
Orateur : Jacqueline Herzet, rapporteuse
discussion des articles
31
- projet de loi modifiant l'article 1409 du Code judiciaire, en
vue d'adapter la quotite´ non cessible ou non saisissable
de la re´mune´ration (transmis par le Se´nat) (383/1 a` 10)
31
reprise de la discussion ge´ne´rale
31
Orateurs : Greta D'Hondt, rapporteuse, Pierrette
Cahay-Andre´
discussion des articles
33
- propositions de modification du Re`glement (448/1 et 2)
33
discussion
33
Orateurs : Marc Van Peel, rapporteur, Geert Bour-
geois
PRISE EN CONSIDE
´ RATION DE PROPOSITIONS
37
ELOGE FUNE
` BRE
37
VOTES
38
- proposition de modification de l'article 11 du Re`glement
(448/2)
38
4
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
- voorstel tot wijziging van artikel 18 van het Reglement
(448/2)
38
- voorstel tot wijziging van artikel 24 van het Reglement
(448/2)
38
- voorstel tot wijziging van artikel 25bis van het Reglement
(448/2)
38
- voorstel tot wijziging van artikel 51 van het Reglement
(448/2)
39
- voorstel tot wijziging van artikel 55 van het Reglement
(448/2)
39
- voorstel tot wijziging van artikel 55bis van het Reglement
(448/2)
39
- voorstel tot invoeging van een artikel 96octies (nieuw)
van het Reglement (448/2)
39
- voorstel tot invoeging van een artikel 98bis (nieuw) van
het Reglement (448/2)
39
- moties ingediend tot besluit van de interpellaties van :
de heer Karel Van Hoorebeke over
het optreden van de
politie naar aanleiding van het prinselijk bezoek te Antwer-
pen
(nr. 231)
de heer Ludo Van Campenhout over
het politieoptreden
naar aanleiding van de Blijde Intrede in Antwerpen
(nr. 250)
de heer Guido Tastenhoye over
de Blijde Intrede in
Antwerpen
(nr. 253)
40
- moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de
heer Tony Van Parys over
de benoeming van de leden
van de Raad voor Mededinging
(nr. 233)
40
- moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de
heer Luc Paque over
het tarief van de keuringsrechten
dat het Instituut voor veterinaire keuring de kleine slacht-
huizen aanrekent
(nr. 242)
41
- moties ingediend tot besluit van de interpellatie van me-
vrouw Greta D'Hondt over
de ereloonsupplementen in
ziekenhuizen
(nr. 245)
42
- wetsontwerp houdende eindregeling van de begrotingen
van de diensten van algemeen bestuur van de Staat en
van instellingen van openbaar nut van het jaar 1989 of
voorgaande jaren (zonder verslag) (230/1)
43
- wetsvoorstel van de heer Servais Verherstraeten tot
wijziging van artikel 171, 5°, van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 (100/5)
43
- voorstel van de heer Daniel Bacquelaine c.s. tot oprich-
ting van een parlementaire onderzoekscommissie belast
met het vaststellen van de precieze omstandigheden
waarin Patrice Lumumba werd vermoord en van de even-
tuele betrokkenheid daarbij van Belgische politici (312/4)
43
- proposition de modification de l'article 18 du Re`glement
(448/2)
38
- proposition de modification de l'article 24 du Re`glement
(448/2)
38
- proposition de modification de l'article 25bis du Re`gle-
ment (448/2)
38
- proposition de modification de l'article 51 du Re`glement
(448/2)
39
- proposition de modification de l'article 55 du Re`glement
(448/2)
39
- proposition de modification de l'article 55bis du Re`gle-
ment (448/2)
39
- proposition d'insertion d'un article 96octies (nouveau) du
Re`glement (448/2)
39
- proposition d'insertion d'un article 98bis (nouveau) du
Re`glement (448/2)
39
- motions de´pose´es en conclusion des interpellations de :
M. Karel Van Hoorebeke sur
l'intervention de la police a`
l'occasion de la visite princie`re a` Anvers
(n° 231)
M. Ludo Van Campenhout sur
l'intervention de la police
lors de la Joyeuse Entre´e a` Anvers
(n° 250)
M. Guido Tastenhoye sur
la Joyeuse Entre´e a` Anvers
(n° 253)
40
- motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
M. Tony Van Parys sur
la nomination des membres du
Conseil de la concurrence
(n° 233)
40
- motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
M. Luc Paque sur
la tarification des droits d'expertise de
l'Institut d'expertise ve´te´rinaire a` l'attention des petits
abattoirs
(n° 242)
41
- motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
Mme Greta D'Hondt sur
les supple´ments d'honoraires
re´clame´s dans les ho^pitaux
(n° 245)
42
- projet de loi contenant le re`glement de´finitif des budgets
des services d'administration ge´ne´rale de l'Etat et
d'organismes d'inte´re^t public pour l'anne´e 1989 ou pour
des anne´es ante´rieures (sans rapport) (230/1)
43
- proposition de loi de M. Servais Verherstraeten modifiant
l'article 171, 5°, du Code des impo^ts sur les revenus 1992
(100/5)
43
- proposition de M. Daniel Bacquelaine et consorts visant
a` instituer une commission d'enque^te parlementaire
charge´e de de´terminer les circonstances exactes de
l'assassinat de Patrice Lumumba et l'implication e´ven-
tuelle des responsables politiques belges dans celui-ci
(312/4)
43
HA 50
PLEN 045
5
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
-
wetsontwerp
houdende
goedkeuring
van
het
samenwerkingsakkoord tussen de Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschaps-
commissie en de Federale Staat inzake de begeleiding en
behandeling van daders van seksueel misbruik (overge-
zonden door de Senaat) (352/1)
44
- wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 1409, 1409bis,
1410 en 1411 van het Gerechtelijk Wetboek, met het oog
op de aanpassing van het bedrag van het loon dat niet
vatbaar is voor overdracht of beslag (nieuw opschrift)
(overgezonden door de Senaat) (383/10)
44
- ontwerp houdende herziening van titel II van de Grond-
wet om nieuwe bepalingen in te voegen die de bescher-
ming van de rechten van het kind op morele, lichamelijke,
geestelijke en seksuele integriteit verzekeren (overgezon-
den door de Senaat) (424/1)
45
GOEDKEURING VAN DE AGENDA
46
BIJLAGE
47
STEMMINGEN
47
DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN
47
INTERNE BESLUITEN
51
INTERPELLATIEVERZOEKEN
51
INGEKOMEN
51
INGETROKKEN
51
VOORSTELLEN
51
INOVERWEGINGNEMING
51
TOELATING TOT DRUKKEN
52
MEDEDELINGEN
53
REKENHOF
53
BOEK VAN OPMERKINGEN
53
VARIA
53
DANKBETUIGINGEN VAN ZIJNE MAJESTEIT DE KONING
53
- projet de loi portant assentiment de l'accord de coope´-
ration entre la Commission communautaire commune, la
Commission communautaire franc¸aise et l'Etat fe´de´ral
relatif a` la guidance et au traitement d'auteurs d'infractions
a` caracte`re sexuel (transmis par le Se´nat) (352/1)
44
- projet de loi modifiant les articles 1409, 1409bis, 1410 et
1411 du Code judiciaire, en vue d'adapter la quotite´ non
cessible ou non saisissable de la re´mune´ration (nouvel
intitule´) (transmis par le Se´nat) (383/10)
44
- projet de re´vision du titre II de la Constitution en vue d'y
inse´rer des dispositions nouvelles permettant d'assurer la
protection des droits de l'enfant a` l'inte´grite´ morale, phy-
sique, mentale et sexuelle (transmis par le Se´nat) (424/1)
45
ADOPTION DE L'ORDRE DU JOUR
46
ANNEXE
47
VOTES
47
DE
uTAIL DES VOTES NOMINATIFS
47
DE
´ CISIONS INTERNES
51
DEMANDES D'INTERPELLATION
51
DEMANDES
51
RETRAIT
51
PROPOSITIONS
51
PRISE EN CONSIDE
´ RATION
51
AUTORISATION D'IMPRESSION
52
COMMUNICATIONS
53
COUR DES COMPTES
53
CAHIER D'OBSERVATIONS
53
DIVERS
53
REMERCIEMENTS DE SA MAJESTE
´ LE ROI
53
6
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
SE´ANCE PLE´NIE`RE
PLENAIRE VERGADERING
du
van
JEUDI 24 FE
´ VRIER 2000
DONDERDAG 24 FEBRUARI 2000
14.15 heures
14.15 uur
De vergadering wordt geopend om 14.16 uur door de
heer Herman De Croo, Kamervoorzitter.
La se´ance est ouverte a` 14.16 heures par M. Herman De
Croo
, pre´sident de la Chambre.
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de
ministers van de federale regering :
Ministres du gouvernement fe´de´ral pre´sents lors de
l'ouverture de la se´ance :
Isabelle Durant, Andre´ Flahaut, Louis Michel, Guy Ve-
rhofstadt.
De voorzitter : De vergadering is geopend.
La se´ance est ouverte.
Een reeks interne besluiten en mededelingen moeten ter
kennis gebracht worden van de Kamer. Zij zullen in de
bijlage bij de handelingen van deze vergadering opgeno-
men worden.
Une se´rie de de´cisions internes et de communications
doivent e^tre porte´es a` la connaissance de la Chambre.
Elles seront reprises en annexe des annales de cette
se´ance.
Berichten van verhindering
Excuse´s
Martine Dardenne, Hugo Philtjens, wegens ambtsplicht /
pour obligation de mandat;
Jose´ Canon, wegens ziekte / pour raison de sante´;
Anne Barzin, wegens familieaangelegenheden / pour
raisons familiales;
Eric Derycke, Europees Parlement / Parlement euro-
pe´en;
Georges Clerfayt, Raad van Europa / Conseil de l'Eu-
rope;
Patrick Moriau, Henk Verlinde, buitenslands / a` l'e´tranger.
Regeling van de werkzaamheden
Ordre des travaux
Op verzoek van de voorzitter van de commissie voor de
Sociale Zaken en naar aanleiding van de indiening van
nieuwe amendementen, stel ik u voor het wetsontwerp
tot wijziging van artikel 1409 van het Gerechtelijk Wet-
boek met het oog op de aanpassing van het bedrag van
het loon dat niet vatbaar is voor overdracht of beslag
(overgezonden door de Senaat) (nrs. 383/1 tot 7) op-
nieuw naar de commissie te zenden. De commissie zal
onmiddellijk bijeenkomen.
A la demande du pre´sident de la commission des Affaires
sociales et a` la suite du de´po^t de nouveaux amende-
ments, je vous propose de renvoyer le projet de loi
modifiant l'article 1409 du Code judiciaire, en vue d'adap-
ter la quotite´ non cessible ou non saisissable de la
re´mune´ration (transmis par le Se´nat) (n
os
383/1 a` 7) en
commission. La commission se re´unira directement.
Dit punt zal opnieuw op onze agenda ingeschreven
worden van zodra de nieuwe tekst aangenomen door de
commissie rondgedeeld zal zijn.
Ce point sera re´inscrit a` notre ordre du jour de`s que le
nouveau texte adopte´ par la commission sera distribue´.
Geen bezwaar ?
Mevrouw Greta D'Hondt (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
u moet dit voorstel doen aan de Kamer om dit wetsont-
werp enigszins legistiek in orde te brengen. Tijdens de
HA 50
PLEN 045
7
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Greta D'Hondt
vorige plenaire vergadering zijn wij op uw verzoek op een
gelijkaardige vraag ingegaan. Wij zullen dit nu nog eens
doen op uw verzoek, voorzitter. Deze manier van werken
is echter onwaardig voor de Kamer.
De voorzitter : Mevrouw D'Hondt, ik deel uw mening. Ik
heb mij ook gee¨rgerd toen mij dit voor de tweede keer
werd gevraagd. Als wij straks de wijziging van het Regle-
ment zullen goedkeuren, zullen wij dit in de toekomst
echter kunnen vermijden.
De heer Joos Wauters (AGALEV-ECOLO) : Mijnheer de
voorzitter, als voorzitter van de betrokken commissie heb
ik dit initiatief genomen omdat ik zelf heb vastgesteld dat
het bewuste wetsontwerp een technisch mankement
vertoonde. Bovendien werd ik door leden van mijn com-
missie aangezet om dit wetsontwerp met de nodige
spoed te behandelen. Mijnheer de voorzitter, u bent zo
goed geweest in deze procedure te voorzien. Het is
jammer dat het zo moet verlopen en ik deel dan ook uw
bezorgdheid terzake.
De voorzitter : Repetita non placent.
Le renvoi en commission est donc adopte´.
Mondelinge vragen
Questions orales
Samengevoegde mondelinge vragen van de heren
Peter Vanvelthoven en Luc Sevenhans aan de vice-
eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
over
de IJzeren Rijn
(Het antwoord zal worden verstrekt door de eerste
minister)
Questions orales jointes de MM. Peter Vanvelthoven
et Luc Sevenhans a` la vice-premie`re ministre et
ministre de la Mobilite´ et des Transports sur
le Rhin
d'acier
(La re´ponse sera donne´e par le premier ministre)
De heer Peter Vanvelthoven (SP) : Mijnheer de voorzit-
ter, mijnheer de eerste minister, eergisteren heeft er een
debat plaatsgevonden in de Tweede Kamer in Nederland
over de IJzeren Rijn. Het spectaculaire nieuws is dat
minister Netelenbos verder zal onderhandelen met
Belgie¨ en Duitsland. Wat mij verwondert zijn de uitgangs-
punten van deze onderhandeling.
In de eerste plaats leren we dat minister Netelenbos van
plan is om een beperkte opening van het historische
trace´ van de IJzeren Rijn toe te laten voor 15 goederen-
treinen per dag vanaf 2002. Ik meen mij te herinneren dat
u hierop eind vorig jaar hebt aangedrongen maar dat u dit
in het vooruitzicht had gesteld voor het jaar 2000. Men
schuift het in Nederland dus nog eens 2 jaar op.
Ten tweede, begrijp ik dat men in Nederland naar een
beslissing wil gaan in 2008. Dat is alweer 8 jaar verder
met als optie de voorstelling van een ander dan het
historische trace´. Ik begrijp dat er volgende week een
bespreking zal plaatsvinden tussen minister Netelenbos
en minister Durant over deze zaak. Daarom meen ik dat
ik u vandaag nog enkele vragen mag voorleggen.
Mijnheer de eerste minister, graag vernam ik of de
Belgische regering opnieuw, zoals in het verleden, een
stevig standpunt zal innemen over de IJzeren Rijn. Zult u
het standpunt blijven verdedigen waarbij Belgie¨ eist dat
de 15 goederentreinen per dag eerder het trace´ zullen
kunnen gebruiken dan in 2002 ? Zal de Belgische rege-
ring het historische trace´ blijven verdedigen en de defi-
nitieve ingebruikname van de IJzeren Rijn vo´o´r 2008
blijven vragen ? Welke strategie denkt u te volgen wan-
neer Nederland de internationale verplichtingen voort-
vloeiend uit het Scheidingsverdrag van 1839 op korte
termijn niet wil nakomen ?
De voorzitter : Mijnheer Vanvelthoven, komt u naast mij
zitten. De heer Sevenhans heeft het woord voor een
gelijkaardige vraag.
De heer Luc Sevenhans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
voorzitter, ik sluit mij volledig aan bij de inleiding van de
heer Vanvelthoven. Het doet mij een plezier dat de eerste
minister op onze vraag antwoordt. Dit toont nog eens aan
hoe belangrijk het dossier is.
Mijnheer de eerste minister, u hebt een vrij straffe uit-
spraak gedaan. U sprak namelijk over een periode van 6
maanden. Blijkbaar is de houding van Nederland zo
gee¨volueerd, dat men meer onderhandelingsruimte heeft
gekregen. U kent het dossier zeker zo goed als ik. Mijn
vraag gaat over de timing. Hoelang zullen we moeten
wachten ? Ik stel augustus voor. U krijgt enige ruimte. Ik
geef u 8 in de plaats van 6 maanden. Ik neem aan dat u
toch een serieuze beslissing zult kunnen forceren, vooral
omdat ik heb gemerkt dat de Nederlanders tot een
serieuze dialoog bereid zijn.
Eerste minister Guy Verhofstadt : Mijnheer de voorzitter,
collega's, het is goed er even aan te herinneren dat de
discussie over het dossier van de IJzeren Rijn niet nog
maar zes maanden duurt, maar wel degelijk dateert uit
1991. Wij hebben toen zelf het gebruik van de IJzeren
Rijn stopgezet en dat was niet de meest verstandige
beslissing. Verder herinner ik eraan dat het dossier van
het reactiveren van de IJzeren Rijn dateert uit 1994. Wij
hebben toen de eerste vragen daarover gesteld. Het punt
8
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Guy Verhofstadt
was al wel opgenomen in de programma's van verschil-
lende politieke partijen op dat moment, waaronder de
partij van de heer Vanvelthoven. De vraag is er wel sinds
1994 en het dossier sleept dus al zes jaar of langer aan.
Niet onbelangrijk om te vermelden is dat wij, mee door de
zeer actieve rol van minister Durant, reeds zo ver zijn dat
er aan Nederlandse kant geen blokkering meer is, maar
wel onderhandelingsruimte. Het is zeer belangrijk dat
mevrouw Netelenbos van de Tweede Kamer die ruimte
voor onderhandeling heeft gekregen, want dit maakt het
mogelijk dat er nu op 29 februari 2000 onderhandelingen
zullen zijn in Den Haag tussen minister Netelenbos en
minister Durant. Ik hoop dat dit resultaat zal opleveren
en, wat ons betreft, een dat liefst zoveel mogelijk onze
richting uitgaat. Daarmee bedoel ik een beperkte inge-
bruikneming van het historisch trace´ en liefst zo snel
mogelijk. Zij stellen 2002 voor, maar wij zouden dat liever
vroeger zien gebeuren. Ook daarover zal door beide
ministers moeten worden onderhandeld, dit in afwachting
van een definitief trace´. Het is evident dat onze voorkeur
blijft uitgaan naar het historisch trace´.
In de rand van het Benelux-overleg op 17 februari 2000
had ik terzake nog een onderhoud met collega Wim Kok
en ik blijf er de nadruk op leggen dat er door zeer intense
contacten van onze minister van Buitenlandse Zaken met
zijn Nederlandse collega, idem voor onze minister van
Mobiliteit en voor mijzelf met minister-president Wim Kok,
eindelijk beweging is in het dossier. Bovendien is er nu
geen tegenstand meer van de Nederlandse Tweede
Kamer tegen een oplossing. Slechts enkele maanden
geleden werden door verschillende fracties immers mo-
ties ingediend tegen de heringebruikneming van het
historisch trace´. Dat is niet meer het geval. Een tiental
dagen geleden heeft het Nederlandse kabinet het u
bekende standpunt ingenomen : een beperkte ingebruik-
neming na een beperkte MER vanaf 2002 voor een
beperkt aantal. Dat is een opening die wij nu moeten
gebruiken om na goede onderhandelingen met Neder-
land ervoor te zorgen dat er in de komende weken een
definitief akkoord uit de bus komt. Als dat er eerstdaags
zou komen, dan denk ik dat wij op enkele maanden een
goed resultaat zullen hebben geboekt, ondanks het feit
dat dit dossier zes jaar heeft aangesleept zonder dat
enige vooruitgang werd geboekt.
De heer Peter Vanvelthoven (SP) : Mijnheer de eerste
minister, dank u voor dit antwoord. Ik noteer dat u
hoopvol gestemd bent inzake het resultaat van die on-
derhandelingen. Ik wil alleen mijn vrees uitdrukken dat de
huidige marge vanuit Nederland een speeltje zou zijn om
het dossier op de lange baan te kunnen schuiven, maar
ik begrijp van u dat u een definitief akkoord wil en liefst
nog dit jaar. Ik kijk daar dan ook naar uit.
De heer Luc Sevenhans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
eerste minister, ook ik dank u voor uw antwoord. Ik voel
aan dat er inderdaad beweging is in het dossier. Als u dit
tot een goed einde brengt, krijgt u mijn felicitaties reeds
bij voorbaat.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Mondelinge vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over
de aangekondigde reis naar Congo
Question orale de M. Luc Sevenhans au vice-premier
ministre et ministre des Affaires e´trange`res sur
l'an-
nonce d'un voyage au Congo
De heer Luc Sevenhans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
voorzitter, collega's, tot mijn verrassing kon ik gisteren op
de televisie horen dat onze vice-eerste minister de eerste
minister in snelheid pakt om toch maar eerst in Congo te
zijn. Ik vind dit een beetje eigenaardig, gelet op de
berichten van de Diensten voor de Veiligheid van de
Staat dat aan dergelijke reizen toch nogal wat risico's zijn
verbonden gezien de labiele toestand aldaar.
Ik verwonder mij erover dat dit zomaar in een televisie-
programma wordt meegedeeld. Immers, ik neem aan dat
de planning van een dergelijke reis moet overwogen
worden. Daar komt dan nog bij, mijnheer de vice-eerste
minister, dat u er contact zult hebben met de heer Kabila.
Ik heb daar mijn bedenkingen bij, maar u heeft er
blijkbaar geen problemen mee om dat zelf te beslissen.
Wordt deze beslissing door de regering gesteund ? Hoe
bepaalt u de timing van uw reizen ?
Minister Louis Michel : Mijnheer de voorzitter, collega's,
het is inderdaad zo dat ik naar Congo, Zimbabwe, Angola
en Oeganda zal reizen tussen 12 maart en 20 maart. In
die periode zal ik deze vier landen bezoeken. Ik zal de
autoriteiten van die landen ontmoeten, degenen die in de
oppositie zitten en ook de burgerlijke maatschappij.
Deze reis vindt plaats in het kader van mijn voorbereiding
van de top tussen de Europese Unie en Afrika, begin
april, van de Europese Raad Algemene Zaken van 20
maart en van het dossier dat te maken heeft met de
akkoorden van Lusaka. Dat werd in de regering besloten.
U weet eveneens dat wij ook op 7 april in Rwanda zullen
zijn. U bent dus precies op de hoogte van wat ik van plan
ben.
De heer Luc Sevenhans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
minister, ik zal daar geen commentaar op geven omdat
dit niet het gepaste moment is.
HA 50
PLEN 045
9
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Luc Sevenhans
Ik wou enkel meedelen dat ik, gezien het delicate pro-
bleem inzake Congo, het op prijs zou hebben gesteld dit
bericht in een Kamercommissie te vernemen en niet via
de televisie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Question orale de M. Andre´ Smets a` la vice-premie`re
ministre et ministre de la Mobilite´ et des Transports
sur
les travaux pour le TGV
Mondelinge vraag van de heer Andre´ Smets aan de
vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en
Vervoer over
de HST-werken
M. Andre´ Smets (PSC) : Monsieur le pre´sident, madame
la ministre, en diffe´rents endroits de Belgique s'ope`rent
de nombreux travaux relatifs a` l'installation du TGV. Sans
doute a-t-on re´solu le proble`me au niveau des entrepri-
ses en partenariat avec le public en ouvrant la troisie`me
bande de l'autoroute Bruxelles-Lie`ge pour soulager les
villages ou les villes bordant celle-ci. Je prends souvent
le train pour venir a` Bruxelles et plus rarement la voiture
et je crois que le proble`me des travaux routiers et TGV
devrait e^tre e´largi a` l'ensemble de la proble´matique de la
mobilite´.
En votre qualite´ de ministre de la Mobilite´, je me permets
de vous sugge´rer d'e´largir le de´bat avec les re´gions mais
aussi avec les villes et communes, sans oublier les
partenaires sociaux. J'aimerais savoir combien de cen-
taines de milliers d'heures on perd en Belgique a` cause
de la paralysie lie´e a` des travaux routiers ? Je ne mets
personne en cause et je vous questionne parce que vous
e^tes la ministre de la Mobilite´. Vous avez raison d'en
appeler au sens de la responsabilite´ de chacun, mais je
crois qu'au premier chef, il faut interpeller les pouvoirs
publics. De ce co^te´-la`, notamment au niveau de la
re´daction des cahiers de charges, il faudrait prendre en
compte la dure´e des difficulte´s que l'on va imposer aux
automobilistes et aux camionneurs.
En outre, plus que jamais, il faudrait analyser toute la
le´gislation sociale pour faire en sorte, a` l'instar de ce qui
se fait en Suisse par exemple, que l'on travaille par
pauses a` la bonne saison. Je souhaite qu'on analyse ce
proble`me au sein du gouvernement afin que la mobilite´
reprenne le dessus, au-dela` des autres proble`mes que
vous connaissez.
Mme Isabelle Durant, ministre : Monsieur le pre´sident,
monsieur Smets, vous posez la question des embou-
teillages qu'occasionnent les travaux du TGV sur l'auto-
route Bruxelles-Lie`ge. Il est effectivement paradoxal que
ce soient les travaux relatifs a` l'ame´lioration du re´seau
ferroviaire et donc de la desserte publique qui occasion-
nent des nuisances sur les autoroutes. C'est e´videmment
la re`gle du jeu car, qui dit travaux, dit aussi certaines
nuisances pour les automobilistes.
Cela dit, la question de l'organisation des chantiers, de la
limitation maximale des nuisances et si possible pendant
les heures de pointe qui sont les plus charge´es, ne
ressort pas de ma compe´tence mais de celle des pou-
voirs re´gionaux. Il s'agit en effet d'une voirie re´gionale et
c'est a` l'organisateur du chantier de rechercher la
meilleure manie`re de limiter les nuisances lie´es a` ces
travaux que, par ailleurs, vous-me^me et bien d'autres ici
souhaitez voir acce´le´rer sur l'axe Bruxelles-Lie`ge.
Au sujet de la le´gislation sociale sur le travail a` pauses, il
est e´vident que le proble`me est tout autre et rele`ve du
secteur des Affaires sociales. Il s'agit bien su^r de pro-
mouvoir des conditions de travail dignes et correctes a`
l'e´gard de tous ceux qui effectuent ces travaux de
chantiers.
Je suis cependant au regret de devoir vous dire que,
strictement sur la question du chantier le long de l'auto-
route Bruxelles-Lie`ge, il ne m'est pas possible d'interve-
nir. Par contre, la concertation existe de´ja`. Elle est
re´gulie`rement organise´e au sein de la confe´rence inter-
ministe´rielle qui re´unit le fe´de´ral et les re´gions. Les
communes n'y sont e´videmment pas associe´es mais les
pouvoirs re´gionaux, pour certains the`mes, les consultent
sur la manie`re d'organiser au mieux les choses. C'est
certainement positif, d'autant plus qu'il revient aux re´-
gions d'organiser au mieux les nuisances dues aux
chantiers. La coordination que j'essaie de re´aliser porte
avant tout sur les compe´tences strictes de la re´gion par
rapport au fe´de´ral au sujet d'une se´rie de projets d'ame´-
nagements et en particulier de transport.
A ce stade, je souhaite comme vous que les travaux se
terminent le plus vite possible, surtout et avant tout pour
que la ligne Bruxelles-Lie`ge soit en ordre, et, par conse´-
quent, que l'autoroute soit moins encombre´e.
M. Andre´ Smets (PSC) : Madame la ministre, je res-
pecte votre souci de ne pas empie´ter sur les attributions
de vos colle`gues. Je pense que c'est la premie`re fois
qu'une ministre est appele´e
ministre de la Mobilite´.
J'espe`re vraiment que vous serez tre`s offensive dans ce
secteur, en multipliant les contacts avec les re´gions, les
villes et les communes mais aussi avec les partenaires
sociaux et les usagers.
Quand on parle de responsabilisation, je crois qu'il faut
de´tecter les causes les plus graves d'immobilite´ et d'em-
bouteillages. Et les travaux publics en sont certainement
une.
10
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Samengevoegde mondelinge vragen van de heren
Jo Vandeurzen en Andre´ Fre´de´ric en mevrouw Kris-
tien Grauwels aan de minister van Binnenlandse
Zaken over
de aangekondigde bijsturing van de
veiligheids- en samenlevingscontracten
Questions orales jointes de MM. Jo Vandeurzen et
Andre´ Fre´de´ric et Mme Kristien Grauwels au ministre
de l'Inte´rieur sur
l'adaptation annonce´e des contrats
de se´curite´ et des contrats de socie´te´
De heer Jo Vandeurzen (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, het zal u wellicht niet
verwonderen, mijnheer de minister, dat er vragen zijn
over de verklaring die u hebt afgelegd op een perscon-
ferentie over de toekomst van de veiligheids- en de
samenlevingscontracten. Er is omtrent deze aangelegen-
heid nogal wat verontwaardiging ontstaan, onder meer in
kringen van de Vlaamse Vereniging van Steden en
Gemeenten.
We kennen allen het initiatief van de veiligheids- en
samenlevingscontracten. Als ik goed ben gei¨nformeerd
heeft deze regering op 23 december de contracten voor
het jaar 2000 goedgekeurd. Het is bijgevolg met verba-
zing dat op het terrein is vernomen dat de minister heeft
aangekondigd deze contracten te willen evalueren.
Mijnheer de minister, ten eerste, wat is de concrete
aanleiding om, nadat de regering op 23 december de
contracten voor het jaar 2000 voor een bedrag van
2,3 miljard frank heeft goedgekeurd, ineens een evalua-
tie aan te kondigen ? Was dat niet beter gebeurd bij de
goedkeuring van de contracten 2000 ?
Ten tweede, u hebt een aantal criteria aangekondigd om
deze evaluatie te objectiveren. Hoe gaan die criteria
worden vastgesteld ? Hoe wordt die evaluatie georgani-
seerd ? Wie is bij de voorbereiding daarvan betrokken ?
Ten derde, hebt u eventueel overleg gepleegd met de
contractanten - de gemeenten - over uw aangekondigde
initiatief ?
Ten slotte, preventie, criminaliteitsbestrijding en levens-
kwaliteit blijven zeer belangrijke prioriteiten. Hoe denkt u
de gemeenten en steden daarvoor te blijven sensibilise-
ren als de veiligheidscontracten in vraag worden ge-
steld ?
M. Andre´ Fre´de´ric (PS) : Monsieur le pre´sident, mon-
sieur le ministre, au de´but de cette semaine, j'ai lu avec
beaucoup d'inte´re^t dans la presse les propos que vous
avez tenus en collaboration avec vos colle`gues des
gouvernements wallon et bruxellois. Je souhaiterais vous
adresser quelques questions a` ce sujet.
Vous avez fait allusion a` une augmentation de la crimi-
nalite´ dans les villes qui auraient be´ne´ficie´, depuis plu-
sieurs anne´es, des importantes subventions en vue de
renforcer tant la re´pression que la pre´vention de la
criminalite´. De`s lors, j'aurais aime´ savoir sur quelles
sources vous vous basez pour e´mettre de tels propos. Je
sais qu'une commission permanente d'e´valuation a e´te´
organise´e par le ministe`re de l'Inte´rieur. Or, ces dernie`res
anne´es, elle n'a jamais mis en e´vidence une telle aug-
mentation de la criminalite´, hausse qui pourrait sembler
contraire aux objectifs poursuivis par les contrats de
se´curite´.
Vous dites aussi que vous entamerez une e´valuation en
la matie`re. Sur la base de quels crite`res cette e´valuation
sera-t-elle faite ? Estimez-vous qu'il serait inte´ressant
d'associer les membres de la commission de l'Inte´rieur a`
cette e´valuation ?
Sur le plan budge´taire, vous avez annonce´ que certaines
villes ne rencontreraient pas les objectifs fixe´s initiale-
ment. De`s lors, des re´ductions de subventions seraient
pre´vues. Pourriez-vous d'ores et de´ja` nous dire quelles
sont les villes concerne´es ? Je suppose que non puisque
l'e´valuation doit encore e^tre faite.
Votre colle`gue du gouvernement wallon a dit a` juste tire
- il y a quelques mois, j'attirais d'ailleurs votre attention
sur ce point en commission de l'Inte´rieur - que si l'on
investissait des moyens supple´mentaires en termes de
pre´vention et de re´pression dans les milieux urbains, cela
engendrerait un de´placement de la proble´matique sur les
communes pe´riphe´riques, souvent semi-rurales ou rura-
les, qui elles ne disposent d'aucun moyen. Si vous
comptez recentrer les moyens, comme j'ai cru le com-
prendre d'apre`s vos propos, envisagez-vous de cre´er de
nouveaux contrats ? De quelle nature seront-ils ?
S'adresseront-ils aux petites villes, aux villes moyennes,
rurales ou semi-rurales et aux pe´riphe´ries qui devront
assumer certains effets de ces contrats de se´curite´ ?
Enfin, j'ai e´coute´ votre interview avec grand inte´re^t. J'ai
vu aussi les images qui s'y rapportaient dans les me´dias.
Vous avez dit qu'un certain nombre de techniques s'e´-
taient ave´re´es efficaces. Les images y relatives m'ont fait
fre´mir a` cause de leur aspect tre`s re´pressif. De`s lors,
quelles sont exactement ces techniques que vous comp-
tez ge´ne´raliser ? Quelle est votre position sur le ne´ces-
saire e´quilibre entre pre´vention et re´pression ?
HA 50
PLEN 045
11
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Mevrouw Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO) : Mijn-
heer de voorzitter, mijnheer de minister, de veiligheids-
contracten bestaan reeds 8 jaar. In de loop van de jaren
is daaraan veel geld, veel manschappen en veel energie
besteed. Heel wat steden en gemeenten die veiligheids-
en samenlevingscontracten hebben gesloten, hebben
ervoor gepleit meer manschappen te krijgen om sneller
en repressiever te kunnen optreden. Na al die tijd stelt
men evenwel vast dat de veiligheidscontracten hun doel
voorbijschieten.
Toen men het idee van de veiligheidscontracten lan-
ceerde was het de bedoeling dat men geregeld zou
evalueren of zij hun doel hadden bereikt. Ik heb gelezen
dat het de bedoeling was jaarlijks te evalueren. Het Vast
Secretariaat voor Preventiebeleid zou daarmee worden
belast. Mag ik aannemen dat die contracten niet geregeld
werden gee¨valueerd en automatisch werden verlengd ?
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
chers colle`gues, je constate qu'a` partir du moment ou` un
ministre, et par ailleurs le gouvernement, se pose un
certain nombre de questions et rassemble les informa-
tions dont il a besoin pour proposer des de´cisions
pertinentes, d'aucuns avancent de´ja` un certain nombre
de re´ponses que lui-me^me n'a pas donne´es.
J'ai propose´ au gouvernement la reconduction, pour
l'anne´e 2000, des contrats de se´curite´, qui repre´sentent
en termes financiers des montants importants, soit pre`s
de 2,2 milliards, auxquels il faut encore ajouter pre`s de
300 millions pour les contrats de pre´vention ainsi que les
interventions des Re´gions wallonne et bruxelloise, qui
totalisent pre`s de 500 millions, soit un montant global de
pre`s de 3 milliards.
Or, vous savez combien les moyens sont compte´s en
matie`re de se´curite´ et combien l'ensemble des autorite´s
se plaignent du manque de disponibilite´ de personnel,
notamment de personnel policier. J'ai d'ailleurs observe´
qu'un certain nombre de ces contrats pre´voient de mettre
du personnel a` la disposition des services de police, de
manie`re a` ce que les policiers retrouvent ce qui doit e^tre
leur vocation premie`re, a` savoir e^tre dans la rue pluto^t
que de faire de la paperasserie administrative dans des
bureaux.
Selon moi, il est le´gitime de s'interroger au-dela` des
e´valuations, auxquelles on proce`de depuis des anne´es,
qu'il s'agisse des e´valuations au plan communal, de
celles e´manant de la police ge´ne´rale du royaume ou du
secre´tariat a` la pre´vention, ce, avec l'aide des services
universitaires. Il est le´gitime de se poser la question plus
ge´ne´rale de savoir si ces moyens tre`s importants per-
mettent d'atteindre l'objectif premier, qui est celui de la
se´curite´.
J'admets que l'on doit faire preuve d'une grande pru-
dence en ce qui concerne l'interpre´tation des statisti-
ques. En la matie`re, celles-ci sont cible´es, puisqu'elles
concernent les vols, les vols avec circonstances aggra-
vantes ou ceux d'un type spe´cial, comme le
car-jacking
ou encore des violences contre les personnes.
Quelles que soient les nuances que l'on apporte, le
constat est le me^me pour l'ensemble des communes du
royaume, particulie`rement pour celles be´ne´ficiant de
contrats de se´curite´ : il s'agit d'une aggravation de la
criminalite´. Les citoyens en sont conscients. De`s lors, le
risque d'une aggravation me^me faible de la criminalite´
entrai^ne un risque d'aggravation exponentielle du senti-
ment d'inse´curite´ parmi ceux-ci. Donc, ce constat doit
poser sans conteste la question de savoir si les moyens
disponibles sont utilise´s de manie`re optimale. Je dirais
volontiers qu'un certain nombre de contrats re´pondent
totalement
et
parfaitement
aux
objectifs.
Certes,
quelques-uns pourraient e^tre ame´liore´s. On m'a rapporte´
l'exemple de plusieurs contrats qui se sont e´loigne´s de
l'objectif de se´curite´. Je comprends parfaitement, mais je
tiens a` maintenir les trois volets, car vous avez parle´ de
la pre´vention, de la re´pression, mais vous avez ne´glige´ le
suivi.
En matie`re de suivi, je vous donnerai l'exemple d'expe´-
riences parfaitement re´ussies pour ce qui concerne l'aide
et l'assistance aux victimes, qui ont d'ailleurs permis de
de´celer des infractions qui, jusqu'a` pre´sent, e´taient oc-
culte´es.
Il est clair qu'il faut garder un lien direct et imme´diat avec
l'objectif de se´curite´. La pre´vention ne consiste pas a`
organiser l'enseignement ou la culture a` la place des
communaute´s.
Ce n'est pas non plus transformer le ministe`re de l'Inte´-
rieur et les administrations communales en services
sociaux. Je tiens a` ve´rifier que le lien avec l'objectif de
se´curite´ soit maintenu. Et du point de vue de l'organisa-
tion et de la structure, on peut se poser la question de
savoir si, pour maintenir ce lien, il ne serait pas pre´fe´rable
que dans le cadre des services de police, il existe des
services spe´cialise´s qui permettent en effet de mieux
ve´rifier l'ade´quation entre les objectifs et les moyens qui
sont alloue´s.
En ce qui concerne le volet purement se´curitaire des
e´valuations, c'est la police ge´ne´rale du royaume qui y
proce`de. Le volet de pre´vention est quant a` lui ge´re´ par
le secre´tariat a` la pre´vention.
Enfin, je souhaite que cette proble´matique des contrats
de se´curite´ s'inscrive dans le cadre de la re´forme des
polices. Nous connai^trons en effet un proble`me structurel
12
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
puisque dans les zones pluricommunales, l'e´valuation
continuera a` se faire en matie`re de pre´vention. Or, ce
volet consomme le plus de moyens au niveau communal.
Et le volet se´curitaire se fera au niveau de la zone.
Puisqu'au niveau local, on va mettre au point des plans
locaux de se´curite´, je trouverais le´gitime que l'on re´fle´-
chisse e´galement, dans ce cadre, a` la proble´matique des
contrats de se´curite´.
Je termine, monsieur le pre´sident, en parlant des expe´-
riences les plus utiles qui ont e´te´ tente´es. Je pense plus
particulie`rement a` l'exemple du syste`me Te´le´police mis
en oeuvre a` Koekelberg, qui permet d'alerter tre`s rapi-
dement les services de police lorsque des commerc¸ants
sont menace´s. De`s lors que cette expe´rience a e´te´
re´ussie, il faut se poser la question de savoir si on ne
devrait pas ge´ne´raliser cette mesure dans les communes
ou` les me^mes proble`mes se posent. Cela signifierait de
de´terminer une ve´ritable politique en la matie`re.
Je voudrais aussi indiquer que contrairement a` ce que j'ai
lu dans un certain nombre de me´dias, le volet de
pre´vention est celui qui consomme les moyens les plus
importants.
Je re´sume donc en disant que pour l'instant, il est
proce´de´ a` une e´valuation. On se pose des questions
dans l'objectif d'ame´liorer la se´curite´ pour les citoyens.
De heer Jo Vandeurzen (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
na het antwoord van de minister te hebben gehoord
vraag ik mij af of het niet beter ware geweest deze vraag
in de commissie te stellen, wat ons zou hebben in staat
gesteld deze materie rustig met de minister te bespreken.
Hoe dan ook, ik noteer alvast dat de evaluatie zal
gebeuren op basis van criteria opgesteld door bepaalde
universiteiten.
Mijnheer de minister, u antwoordde evenwel niet op mijn
vraag, of u vo´o´r uw mededeling terzake contact had met
de contractanten en meer bepaald met de steden en
gemeenten, ook aan Vlaamse kant.
Tot slot wens ik mijn bezorgdheid te uiten omtrent de
gestelde
termijn.
Immers,
gezien
de
nakende
gemeenteraadsverkiezingen die eind van het jaar wel
eens zouden kunnen leiden tot een breuk in het beleid,
lijkt de timing terzake mij moeilijk haalbaar. Het niet-
naleven van de termijn moet echter absoluut worden
vermeden en daarop wou ik toch nog eens uw aandacht
vestigen.
M. Andre´ Fre´de´ric (PS) : Monsieur le pre´sident, j'ai
e´coute´ avec beaucoup d'inte´re^t les re´ponses du ministre.
Je suis conscient du fait que cette question d'actualite´ est
peut-e^tre trop complexe pour e^tre traite´e comple`tement
ici. Monsieur le ministre, je me ferai donc un plaisir d'y
revenir en commission de l'Inte´rieur.
Je tiens a` vous dire de`s a` pre´sent que je suis un ardent
de´fenseur de deux choses. La premie`re est un juste
e´quilibre entre le pre´ventif et le re´pressif; la deuxie`me,
une juste re´partition des moyens pour l'ensemble des
communes de ce royaume qui ont a` subir les de´sagre´-
ments lie´s aux masses d'argent importantes envoye´es
vers les grandes villes.
Mevrouw Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO) : Mijn-
heer de voorzitter, heb ik de minister goed begrepen als
hij zegt dat de taak van het Vast Secretariaat, dat volgens
de
veiligheidscontracten
moest
waken
over
het
preventiebeleid, in de toekomst zal worden opgeheven
en zal worden overgedragen aan andere diensten ?
M. Antoine Duquesne, ministre : Non pas du tout,
j'aurais des proble`mes avec mon administration, a` mon
retour au cabinet, si c'e´tait le cas. J'ai simplement dit que
le volet de pre´vention est examine´ par le secre´tariat a` la
pre´vention alors que le volet se´curite´ est examine´ par la
police ge´ne´rale du Royaume, ce qui me parai^t le´gitime.
Mevrouw Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO) : Mijn-
heer de voorzitter, onze bezorgdheid is dat het onderdeel
preventie steeds goed zou worden verdedigd in de
veiligheidscontracten.
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
j'ajoute a` l'intention de M. Fre´de´ric et de Mme Grauwels
que j'aurais peut-e^tre la chance de leur re´pondre de
manie`re plus pre´cise en commission de l'Inte´rieur ou` le
pre´sident de la Chambre ne sie`ge pas.
Comme eux, je suis attentif a` maintenir un e´quilibre entre
les deux volets mais la pre´vention a pour objectif plus de
se´curite´. Vous avez signale´ a` juste titre que la` ou` les
expe´riences re´ussissent, il y a risque de de´placement de
la criminalite´ vers les communes voisines.
Enfin, monsieur Vandeurzen, l'universite´ est bien en-
tendu associe´e a` l'ope´ration. Les communes le sont de
manie`re permanente. Chaque anne´e, elles participent a`
une e´valuation et elles seront associe´es a` la grande
e´valuation globale a` laquelle je proce`de pour l'instant. Je
crois que le timing pourra e^tre respecte´ parce qu'il s'agit
d'e´tablir une synthe`se cohe´rente d'analyses qui se fai-
saient jusqu'a` pre´sent, contrat par contrat.
Le pre´sident : Monsieur le ministre, je vous signale que
me^me en commission, le temps de parole est limite´, tant
pour les colle`gues du gouvernement que pour ceux de la
Chambre. J'y veille tre`s se´rieusement.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
HA 50
PLEN 045
13
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Question orale de Mme Miche`le Gilkinet au ministre
de l'Inte´rieur sur
le vote des e´trangers d'origine
europe´enne
Mondelinge vraag van mevrouw Miche`le Gilkinet aan
de minister van Binnenlandse Zaken over
het stem-
recht voor EU-onderdanen
Mme Miche`le Gilkinet (AGALEV-ECOLO) : Monsieur le
pre´sident, monsieur le ministre, lors des prochaines
e´lections communales, les e´trangers d'origine euro-
pe´enne auront le droit de vote, comme cela a de´ja` e´te´ le
cas pour d'autres e´lections par le passe´. Cette fois-ci, ils
pourront e´galement e^tre e´lus conseillers communaux.
Toutefois, les proce´dures restent encore complexes et
mal connues. Vous avez envisage´ a` un moment donne´
d'alle´ger ces proce´dures, notamment en e´laborant un
projet de loi qui aurait permis aux personnes inscrites au
registre de la population de figurer automatiquement sur
la liste des e´lecteurs.
Monsieur le ministre, comptez-vous mettre en place un
projet de ce type, qui permettrait d'accentuer la de´mo-
cratie chez nous ? Quelles mesures comptez-vous pren-
dre pour informer clairement les communes des proce´-
dures a` suivre dans le cadre de ces e´lections ? Quant
aux e´lecteurs europe´ens, quelles actions y aurait-il lieu
d'entreprendre pour les mettre au courant des nouvelles
possibilite´s qui s'ouvrent a` eux ?
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
madame Gilkinet, bis repetita placent, j'ai de´ja` re´pondu a`
cette question en commission. Nous appliquons stricte-
ment les dispositions de la directive imposant une de´-
marche volontaire du ressortissant de l'Union qui sou-
haite participer a` des e´lections locales.
J'ai pris une circulaire supple´mentaire en la matie`re, pour
leur faciliter la ta^che au maximum puisqu'ils peuvent
me^me demander par te´le´phone les formulaires d'inscrip-
tion ne´cessaires. Ce n'est que dans les pays ou` le vote
n'est pas obligatoire que le ressortissant peut e^tre auto-
matiquement inscrit sur les listes e´lectorales. Celui-ci
de´cide alors de voter ou non. Si nous proce´dions de la
sorte en Belgique, le vote e´tant obligatoire, vous expo-
seriez a` une sanction celui qui ne souhaite pas participer
au scrutin.
J'ai pris diverses mesures pour favoriser la participation a`
ces e´lections, non seulement en facilitant les formalite´s
mais aussi en mettant au point une brochure d'informa-
tion. Cette participation a e´te´ plus importante mais en-
core insuffisante lors des e´lections europe´ennes.
Cette brochure sera disponible dans toutes les maisons
communales et dans tous les bureaux de poste ainsi que
dans les e´coles europe´ennes. Elle a pour but de faire
savoir que le vote est un acte important de citoyennete´,
qu'en Belgique il est possible de participer au niveau
local, que les formalite´s sont simples et que nous espe´-
rons que ces citoyens de l'Union qui sont accueillis chez
nous participeront activement au fonctionnement de no-
tre de´mocratie.
Mme Miche`le Gilkinet (AGALEV-ECOLO) : Monsieur le
ministre, j'aurais e´galement voulu savoir ce que vous
pre´voyez pour que les communes soient bien au courant
des directives qu'elles doivent suivre. Je crois en effet
que de nombreux points restent confus.
Par ailleurs, si entre les e´lections de 1994 et celles de
1999, il y a eu un accroissement du nombre d'e´lecteurs
europe´ens, il faut rappeler qu'en juin 1999, il s'agissait de
38 000 e´lecteurs, soit 8% du total. Je vous encourage
donc a` poursuivre dans la voie de la publicite´ pour aider
les citoyens europe´ens a` bien connai^tre leurs droits et les
possibilite´s qui leur sont offertes. Actuellement, la situa-
tion est extre^mement confuse et nous nous posons de
nombreuses questions.
M. Antoine Duquesne, ministre : Je voudrais pre´ciser
que j'ai de´ja` fait les efforts d'encouragement ne´cessai-
res. J'ai de´ja` adresse´ des circulaires aux communes, je
leur enverrai le de´pliant permettant de donner l'informa-
tion et je comple´terai cela, d'ici le mois de juillet, par les
dernie`res instructions utiles.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Mondelinge vraag van de heer Joos Wauters aan de
minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid
en Leefmilieu over
medische fouten
Question orale de M. Joos Wauters a` la ministre de la
Protection de la consommation, de la Sante´ publique
et de l'Environnement sur
les erreurs me´dicales
De heer Joos Wauters (AGALEV-ECOLO) : Mijnheer de
voorzitter, mevrouw de minister, een bepaalde krant heeft
vandaag een taboe bespreekbaar gemaakt. Men laat
anonieme hoofdverpleegkundigen aan het woord, die
hun boekje opendoen over medische fouten. Bij derge-
lijke fouten denk ik in de eerste plaats aan geneesheren,
maar blijkbaar gaan ook verpleegkundigen over tot on-
gepaste technieken.
Men stelt een aantal zaken vast. De procedures, die zijn
voorgeschreven door de directies, worden niet gevolgd.
Verpleegkundigen komen in gewetensnood en verlaten
daarom het ziekenhuis. Deze problemen hebben ver-
schillende oorzaken. Er is een personeelstekort en de
problematiek is niet bespreekbaar in de ziekenhuizen.
Mevrouw de minister, ik heb de volgende vragen voor u.
14
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Joos Wauters
Ten eerste, bestaan er registratiesystemen ? Wat is het
resultaat van die registraties ?
Ten tweede, de journalist heeft zijn journalistiek werk
gedaan; dat is een beperkte steekproef. Is het, na deze
verklaringen, niet aangewezen dat we een diepgaander
onderzoek zouden instellen ?
Ten derde, het personeelstekort is al langer dan vandaag
een probleem. Er bestaan technieken om het aantal
personeelsleden op te drijven, via de sociale Maribel
bijvoorbeeld. Ik heb op deze tribune al enkele keren voor
een verhoging van de sociale Maribel gepleit. Hierdoor
zou de tewerkstelling in de sector kunnen toenemen. Wat
wilt u op dat terrein ondernemen, mevrouw de minister ?
Minister Magda Aelvoet : Mijnheer de voorzitter, mijn-
heer Wauters, de registratieplicht in ziekenhuizen is in
een bepaald koninklijk besluit geregeld. Hierbij spelen
verschillende factoren een rol, onder andere de fouten
van het verpleegkundig personeel. Die gegevens worden
bijgehouden op het niveau van elk ziekenhuis afzonder-
lijk. Ze worden niet doorgegeven aan een nationale of
federale instantie. De Vlaamse Gemeenschap, de Fran-
stalige Gemeenschap en het Waals Gewest naargelang
de verantwoordelijke, hebben toegang tot die gegevens.
Voor
bepaalde
erkenningsnormen
kunnen
zij
dat
registratiesysteem inkijken.
Er is echter het artikel 17 van de ziekenhuiswet, dat mij in
staat stelt met een aantal bevoegde instanties aan tafel
te gaan zitten om dit probleem op een goede manier
bespreekbaar te maken. Het artikel is een aanduiding. Ik
was geschokt toen ik een aantal zaken las. Toch zou het
overhaast zijn om er onmiddellijk conclusies aan te
verbinden. We moeten wel nagaan hoe we hierover een
zinvol gesprek kunnen voeren, zodat we zicht krijgen op
de omvang. Ik zal daar dus de nodige stappen voor
zetten.
Ten slotte, u maakte een opmerking over het persone-
elstekort. U weet dat we met de social profit in een
globaalpakket van onderhandelingen zitten, die vrij con-
structief verlopen. Tegen maart organiseren wij een eer-
ste afsluitende ronde. In dat verband zal er zeker aan-
dacht worden besteed aan het uitrekken van bijkomende
middelen voor die sector. Dat is evident.
De heer Joos Wauters (AGALEV-ECOLO) : Mevrouw
de minister, wat dat laatste betreft reken ik erop dat in die
onderhandelingen de sociale Maribel zal worden opge-
trokken om bijkomende tewerkstelling te bewerkstelligen.
Dat zou al een beetje soelaas bieden.
Wat de verpleegkundige fouten en het taboe daarrond
betreft, ben ik tevreden dat u een bijeenkomst met de
verschillende betrokkenen, namelijk met de gewesten en
de gemeenschappen, hebt aangekondigd. Ik verwacht
ook verdere initiatieven van u, zodat dit taboe wordt
doorbroken. Mensen stappen op omdat ze in gewetens-
nood verkeren. Zij moeten kunnen blijven werken. De
werkperiode van verpleegkundigen is heel beperkt. We
moeten daarop inspelen. Misschien is dat een reden om
de mensen in de ziekenhuizen langer in dienst te hou-
den.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Mondelinge vraag van de heer Ludwig Vandenhove
aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen
over
RSZ-berekeningen in de seizoenarbeid
Question orale de M. Ludwig Vandenhove au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur
le calcul
de l'ONSS pour les travailleurs saisonniers
De heer Ludwig Vandenhove (SP) : Mijnheer de voor-
zitter, mijnheer de minister, collega's, in 1994 werd voor
de land-en tuinbouwsector een specifieke RSZ-regeling
uitgewerkt. Deze regeling was vooral bedoeld om het
zwartwerk in de sector tegen te gaan. De aan de regeling
verbonden sancties waren echter bijzonder zwaar. Als op
een bedrijf werd vastgesteld dat een aantal werknemers
in overtreding was, werd het bedrijf zwaar beboet en
moest het RSZ-bijdragen betalen voor al de werknemers
van het bedrijf, ook voor degenen die wel waren inge-
schreven. Dit was een onrechtvaardige maatregel die
een pervers effect had op de sector. Bedrijven die veel
werknemers inschreven maar met een paar in de fout
gingen, moesten hoge boetes betalen.
Op 1 september 1997 werd deze regeling aangepast.
Vanaf dat ogenblik moeten de bedrijven alleen boetes en
RSZ-regularisatie betalen voor die werknemers die effec-
tief in overtreding waren.
Mijnheer de minister, is het niet mogelijk deze regeling
retroactief toe te passen op de overtredingen die gebeurd
zijn tussen 1 juli 1994 en 31 augustus 1997 ? Dit zou,
mijns inziens, niet meer dan rechtvaardig zijn. Een over-
treding is een overtreding, of ze vo´o´r of na 1 september
1997 is gebeurd. De sanctie voor een overtreding van
vo´o´r 1 september 1997 is echter wel veel zwaarder.
Minister Frank Vandenbroucke : Mijnheer de voorzitter,
collega's, de heer Vandenhove heeft gelijk. De regeling is
onbillijk. Ik schets eventjes de achtergrond. Men heeft
een
voordelige
socialezekerheidsregeling
voor
de
tuinbouwsector ingevoerd waarbij de bijdragen werden
berekend op basis van een forfaitair dagloon. Tegelijker-
tijd heeft men bijzonder strenge sancties ingevoerd voor
de overtredingen. Bij overtreding moeten de tuinbouwers
HA 50
PLEN 045
15
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Frank Vandenbroucke
een terugbetaling doen berekend op basis van al de
werknemers en al de dagen die ze ingeschreven hebben.
Dit betekent dat de braven gestraft worden. Tuinbouwers
die veel werknemers hadden ingeschreven, krijgen
zware boetes opgelegd.
Het koninklijk besluit van 18 juli 1997 voert een nieuwe
boeteregeling in die veel billijker is en beter werkt. Het is
correct dat deze regeling niet met terugwerkende kracht
werd ingevoerd. Dit heeft tot gevolg dat vaststellingen
van overtredingen tussen 1994 en juli 1997 onder de
oude sanctieregeling vallen en zwaar beboet worden.
Bovendien bestaat terzake grote rechtsonzekerheid. In
maart 1999 oordeelde een rechtbank dat de nieuwe
regeling moet worden toegepast.
Ik zal initiatieven nemen opdat de lichtere sanctieregeling
retroactief vanaf 1994 kan worden toegepast.
De heer Ludwig Vandenhove (SP) : Mijnheer de voor-
zitter, het antwoord van de minister verheugt me omdat
het heel wat familiale drama's oplost voor bedrijven die
tussen 1994 en juli 1997 werden beboet. Voor mijn regio,
Zuid-Limburg waar heel wat fruit-en tuinbouw is, is dit
een hele goede maatregel.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter : Mijnheer Valkeniers, u was er nog niet
toen ik gezegd heb dat men binnen zwijgt en buiten
spreekt.
Mondelinge vraag van de heer Marc Van Peel aan de
minister van Landsverdediging over
de beslissing
van de regering om de militaire luchthaven van
Melsbroek te verhuizen
Question orale de M. Marc Van Peel au ministre de la
De´fense sur
la de´cision du gouvernement de de´me´-
nager l'ae´roport militaire de Melsbroek
De heer Marc Van Peel (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik begrijp dat het pijnlijk moet
geweest zijn dat u via de pers moest vernemen dat de
vijftiende wing van Melsbroek zou verhuizen. Des te
pijnlijker omwille van het feit dat u in uw recente beleids-
nota had geschreven dat de vijftiende wing best in
Melsbroek zou blijven. Daar wil ik het nu niet over
hebben.
Vorige week bent u hierover ondervraagd in de commis-
sie voor de Landsverdediging. Zowel verbaal als non-
verbaal heeft u toen laten blijken dat die beslissing het
leger en ook u niet zinde. Het ging vooral over de vraag
wie dit gaat betalen. Een essentieel onderdeel in de
globale beslissing in verband met de nachtvluchten in
Zaventem is volgens de regering de verhuis van de
militaire luchthaven van Melsbroek.
In de commissie heeft u meer dan laten verstaan dat
deze operatie in geen geval ten koste van Landsverde-
diging zou mogen gebeuren.
Mijnheer de minister, staat u achter de beslissing van de
regering in verband met de nachtvluchten, ook wat de
consequenties ervan voor de militaire luchthaven be-
treft ? Dat is een formele vraag. Ik neem aan dat u hier
niet nee op zal antwoorden. Hoe ziet u de budgettaire
invulling van die beslissing ?
Minister Andre´ Flahaut : Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Van Peel, dit is inderdaad een moeilijk en zwaar dossier
voor Landsverdediging. Er spelen niet alleen technische
en economische aspecten, maar ook sociale aspecten
voor de families van de militairen van Melsbroek.
Ik heb aan de luchtmacht een studie gevraagd. Ik wacht
op het resultaat van deze studie om een definitieve
beslissing te nemen. De kosten van de verhuis moeten
volgens mij door BIAC betaald worden.
De heer Marc Van Peel (CVP) : Mijnheer de minister,
heb ik u goed begrepen als u zegt dat u op een studie van
de luchtmacht wacht vooraleer u een definiete beslissing
neemt inzake de verhuis ?
Minister Andre´ Flahaut : Ja.
De heer Marc Van Peel (CVP) : U heeft niet geantwoord
op mijn eerste vraag of u achter de beslissing van de
regering staat in verband met de globale nachtvluchten-
problematiek. Ik vind dit een evidentie. U zegt hier nu ja
op. Tegelijkertijd zegt u dat de ware beslissing pas valt na
een studie van de luchtmacht. Dan neem ik aan dat u het
niet alleen heeft over de eventuele nieuwe locatie, maar
ook over de vraag of de verhuis sowieso moet doorgaan.
M. Andre´ Flahaut, ministre : La de´cision de de´me´nager
est inscrite dans la de´cision globale du gouvernement,
mais il est e´galement pre´cise´ que, vu le cou^t et les
implications techniques que cela repre´sente, le ministre
de la De´fense examine les modalite´s. Le cou^t est une
conse´quence du de´me´nagement et je sais que cela va
cou^ter tre`s cher. Si on ne me donne pas les milliards
ne´cessaires, ce sera tre`s difficile.
Je re´ponds a` votre deuxie`me question, a` savoir qui
devrait payer. Pour moi, c'est clair, c'est BIAC.
16
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
De heer Marc Van Peel (CVP) : Als u zegt dat het heel
moeilijk zal zijn, dan neem ik aan dat de kans ook zeer
groot is dat dit onderdeel van de regeringsbeslissing wel
eens niet zou kunnen doorgaan. Dat is ook een mogelijke
consequentie.
M. Andre´ Flahaut, ministre : Je pre´fe`re attendre les
re´sultats de l'e´tude afin de disposer du chiffrage pre´cis et
de ses conse´quences sur le plan technique et social,
ainsi que de sa faisabilite´.
De heer Marc Van Peel (CVP) : De conclusie is dus
terecht dat dit onderdeel van de beslissing nog niet
volledig vaststaat.
Minister Andre´ Flahaut : Dat is uw conclusie, mijnheer
Van Peel.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Question orale de M. Jean-Paul Moerman au ministre
de la De´fense sur
la participation de la Belgique au
programme Joint Strike Fighter
Mondelinge vraag van de heer Jean-Paul Moerman
aan de minister van Landsverdediging over
de deel-
name van Belgie¨ aan het Joint Strike Fighter-
programma
M. Jean-Paul Moerman (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, je connais les efforts remarquables de´ploye´s
jusqu'a` pre´sent par le ministre de la De´fense nationale
dans l'e´tat ou` le de´partement lui a e´te´ conce´de´ par le jeu
des e´lections, si je puis dire.
Diffe´rents de´fis se posent a` nous. L'un d'entre eux a des
connotations a` la fois e´conomiques, sociales et techno-
logiques, sans oublier l'aspect de nos engagements
internationaux. Le programme JSF (Joint Strike Fighter)
pre´sente a` plus d'un e´gard la possibilite´ pour la Belgique
d'offrir a` ces entreprises le maintien d'un haut niveau de
technologie, le maintien d'un niveau d'emploi, le maintien
d'un jeu e´conomique positif.
Je sais qu'a` l'heure actuelle, le gouvernement est en train
d'envisager la question. Mais, de`s lors qu'au niveau du
programme de la force ae´rienne, diffe´rentes informations
sont collecte´es, je me suis permis d'intervenir sur la
question afin de savoir si oui ou non les potentialite´s et
perspectives qui se dessinent aujourd'hui pre´sentent des
aspects positifs en la matie`re.
M. Andre´ Flahaut, ministre : Monsieur le pre´sident,
monsieur Moerman, le gouvernement pre´ce´dent avait
de´cide´ de participer a` la premie`re phase du JSF. Mais,
pour ce faire, des conditions e´taient impose´es, a` savoir
associer les re´gions et les industries.
La premie`re re´alisation du nouveau gouvernement, de`s
apre`s son installation, a e´te´ de placer tout le monde sur
un me^me pied d'information, a` la fois les re´gions et
l'industrie. Ensuite, des divergences sont apparues : des
re´gions ne souhaitaient pas participer, d'autres oui, tan-
dis que l'industrie souhaiterait participer. Ainsi, les condi-
tions ne sont pas remplies pour une participation a` cette
premie`re phase. La date limite pour en de´cider e´tait fixe´e
au 31 mars de cette anne´e.
Entre-temps, les Etats-Unis nous ont fait savoir qu'il
n'e´tait pas souhaitable que le gouvernement s'inscrive
aujourd'hui dans cette premie`re phase. De`s lors, l'e´tat-
major de la Force ae´rienne a pris contact avec les
autorite´s ame´ricaines pour savoir quelles seraient les
autres phases. Je dis bien que cette initiative a e´te´ prise
par l'e´tat-major vu que je n'ai pas encore e´te´ contacte´
officiellement par les Etats-Unis pour prendre une de´ci-
sion au niveau gouvernemental pour notre participation
aux phases ulte´rieures.
Voila` la situation aujourd'hui. J'ai de´ja` eu l'occasion de
dire a` plusieurs reprises que je ne mourrai pas pour le
remplacement du F16 ni pour aucun autre investisse-
ment militaire. Je l'ai dit clairement.
Etant entendu que je n'ai pas encore e´te´ contacte´
officiellement par les Etats-Unis en vue d'une participa-
tion, participation qui devrait faire l'objet d'une de´cision
du gouvernement, a` une phase ulte´rieure. Telle est la
situation, aujourd'hui.
J'ai de´ja` eu l'occasion de dire clairement a` plusieurs
reprises que je ne
mourrai pas pour le remplacement
du F16 ou aucun autre investissement militaire.
Ceci e´tant dit, des remplacements devront avoir lieu.
Cela fera l'objet de de´cisions qui, comme vous l'avez dit,
devront e^tre prises dans le cadre de l'ensemble des
de´cisions que le gouvernement devra prendre en matie`re
d'e´quipements et de leur remplacement et en tenant
compte du contexte international et europe´en.
Les choses sont claires. Il n'y a pas de participation a` la
premie`re phase et une de´cision n'a pas encore e´te´ prise
en vue d'une participation e´ventuelle aux phases ulte´-
rieures. On ne nous a, en effet, encore rien demande´.
Cela fera de toute fac¸on l'objet d'une de´cision du gou-
vernement dans un cadre global, europe´en et internatio-
nal.
HA 50
PLEN 045
17
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
M. Jean-Paul Moerman (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, je tiens a` remercier le ministre pour sa re´-
ponse.
Je sais que le ministre de la De´fense nationale a toujours
e´te´ tre`s attentif a` tous les aspects e´conomiques, sociaux,
etc. ayant trait a` cette matie`re.
Je me permets, cependant, d'insister sur le fait que le
programme Joint Stricke Fighter repre´sentera 4 000 ap-
pareils, c'est-a`-dire un marche´ e´conomique immense.
Nos entreprises pourraient s'y inscrire. Dans ce cas, cela
voudra dire que nous maintiendrons un niveau de haute
technologie. Mais je sais que d'autres programmes peu-
vent e´galement parai^tre inte´ressants. De`s lors, je suis
persuade´ que c'est l'inte´re^t ge´ne´ral qui primera pour le
gouvernement.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Question orale de Mme Jacqueline Herzet au ministre
de la Justice sur
la cre´ation d'une commission
interdioce´saine qui accueillera les plaintes de victi-
mes d'abus sexuels commis dans l'exercice des
relations pastorales
Mondelinge vraag van mevrouw Jacqueline Herzet
aan de minister van Justitie over
de oprichting van
een interdiocesane commissie die de klachten zal
behandelen van slachtoffers van sexuele misbruiken
gepleegd in het kader van pastorale activiteiten
Mme Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, monsieur le ministre, chers colle`gues, la prise
de conscience et de reconnaissance par l'Eglise de ce
proble`me de pe´dophilie la concernant me re´jouit, me^me
si certains diront que cela arrive un peu tard.
Nous avons appris, ce matin, par la presse, la cre´ation
d'un commission interdioce´saine visant a` accueillir les
plaintes des victimes d'abus sexuels commis dans l'exer-
cice des relations pastorales.
Le but est tout a` fait louable et clairement de´fini. Il s'agit,
en fait, d'aider les victimes psychologiquement et admi-
nistrativement, d'interpeller les autorite´s eccle´siastiques
et, e´ventuellement, de recourir a` la justice.
Monsieur le ministre, la question des sanctions est
nettement moins bien de´finie.
Je ne vous cacherai pas que la cre´ation de cette com-
mission m'ame`ne a` me poser des questions et m'inquie`te
quelque peu. Ces questions sont au nombre de quatre.
1° En ce qui concerne les moyens, il semble que cette
commission disposera d'un ve´ritable pouvoir d'enque^te
(descendre sur le terrain, faire e´ventuellement pre´lever
du sperme par un me´decin). Ne pensez-vous pas, mon-
sieur le ministre, que de tels pouvoirs de´passent les
attributions de l'Eglise ?
2° Ne doit-on pas craindre que l'on instaure ainsi une
sorte de justice paralle`le qui pourrait servir d'
e´touffoir ?
Que devient, dans ces conditions, la notion d'assistance
a` personne en danger ? L'Eglise se de´fend en disant que
la victime a toujours la possibilite´ de s'adresser a` la
justice, auquel cas, la commission est suspendue.
Monsieur le ministre, pouvez-vous exiger des garanties
que cela ne se de´roulera pas de cette manie`re ? Avez-
vous des assurances quant a` la compe´tence, l'expe´-
rience des personnes qui proce´deront aux auditions des
enfants, puisque l'on parle ici de mineurs. Les personnes
qui seront appele´es a` interroger les individus qui se
seront rendus coupables d'abus sexuels, disposeront-
elles des connaissances ne´cessaires ? En effet, nous
savons tous combien cela peut e^tre difficile et de´licat.
3° Monsieur le ministre, avez-vous eu, ou aurez-vous des
contacts avec les autorite´s dioce´saines ? Pourrez-vous
contro^ler d'une fac¸on ou d'une autre le fonctionnement
de cette commission ? Ou cette commission sera-t-elle
totalement inde´pendante ?
Enfin, ne s'agit-il pas la` d'un pre´ce´dent dangereux ? Je
pense par exemple a` l'enseignement qui pourrait e´gale-
ment de´cider de prendre une telle de´cision, re´seau par
re´seau, pouvoir organisateur par pouvoir organisateur.
Monsieur le ministre, je voudrais e^tre rassure´e sur tous
ces points.
M. Marc Verwilghen, ministre : Monsieur le pre´sident,
madame Herzet, je vais essayer de vous mettre a` l'aise
et de vous fournir la certitude que vous demandez a` juste
titre.
Le texte de la commission dioce´saine m'est parvenu ce
matin. J'ai pu me rendre compte du fait que l'Eglise tente
d'apporter l'attention ne´cessaire au proble`me existant.
Hormis les contacts de´ja` e´tablis en 1997, hormis l'assis-
tance aux victimes des abus sexuels qui se sont produits,
je constate que c'est une troisie`me formule qui est mise
en oeuvre.
Les compe´tences de cette commission ne sont pas aussi
larges que vous les avez de´crites. Il va de soi que les
autorite´s eccle´siastiques ne peuvent intervenir qu'au sein
de leurs propres compe´tences et vis-a`-vis des personnes
directement concerne´es. Je pre´cise que la victime reste
totalement libre. Si elle ne veut pas collaborer a` cette
commission et qu'elle choisit par exemple la voie judi-
ciaire, elle est tout a` fait libre de le faire. De plus, me^me
18
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Verwilghen
si c'est le choix de la commission qui intervient, cela ne
de´gage pas les responsabilite´s pe´nales que chacun doit
assumer dans ce dossier au moment ou` les autorite´s
judiciaires de´cideraient de poursuivre l'affaire devant les
tribunaux.
Mme Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, je remercie le ministre qui m'a quelque peu
rassure´e. Mais quid au niveau d'autres instances qui
prendraient les me^mes de´cisions ? Je pense a` l'ensei-
gnement.
M. Marc Verwilghen, ministre : Il faut cerner le proble`me
tel qu'il est. Une prise de conscience a eu lieu au sein des
autorite´s dioce´saines qui ont constate´ un proble`me beau-
coup plus grave que pre´vu. C'est dans ce sens qu'il faut
comprendre cette initiative et la volonte´ de trouver des
solutions.
En ce qui me concerne, je suis tout a` fait rassure´ car je
sais que les solutions le´gales sont toujours possibles.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Mondelinge vraag van de heer Danny Pieters aan de
minister van Justitie over
het beleid inzake het
verlenen van individuele genade
Question orale de M. Danny Pieters au ministre de la
Justice sur
la politique en matie`re de droit de gra^ce
individuelle
De heer Danny Pieters (VU&ID) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, zowel het collectief als het indivi-
dueel toekennen van strafvermindering of het stopzetten
van de uitvoering van de straf vallen onder de term
genaderecht, dat tot de bevoegdheid van de Koning
behoort. Men signaleert mij dat de jongste jaren, ook
onder
uw
ministerschap,
steeds
meer
individuele
genadeverzoeken worden afgewezen. Naar verluidt zou-
den ook genadeverzoeken worden afgewezen die u naar
de Koning voor ondertekening hebt overgezonden.
Het behoort natuurlijk tot de bevoegdheid van de Koning
om al dan niet genade te verlenen. De Koning is on-
schendbaar. De minister is politiek verantwoordelijk.
Welk is uw beleid inzake het individuele genaderecht ?
Minister Marc Verwilghen : Mijnheer Pieters, ik zal u een
antwoord geven op uw concrete vragen.
Mijnheer de voorzitter, sta mij toe preliminair een zaak
formeel te weerleggen. Er is nooit ofte nimmer vanuit het
Paleis verzet gerezen om een voorgesteld individueel
genadeverzoek te weigeren. Ik wil dat daaromtrent geen
enkel misverstand bestaat.
Bij mijn aantreden heb ik in mijn kabinet vastgesteld dat
wekelijks tientallen brieven toekomen met betrekking tot
individuele genadeverzoeken. Mijn eerste vraag was dan
ook te vernemen welke de houding was die door mijn
voorgangers werd aangenomen. Men heeft mij toen
gezegd dat er een soort
vaste rechtspraak bestond, die
door de dienst van de strafinrichtingen werd opgevolgd.
Ik heb mijn diensten verzocht mij die rechtspraak op
basis van een document te vertalen en mij ook de criteria
van die vaste rechtspraak mee te delen. Ik ben tot de
vaststelling gekomen dat daaromtrent geen geschriften
zouden hebben bestaan, en ik druk mij voorzichtig uit.
Ik heb dan zelf een richtlijn uitgevaardigd om het toeken-
nen van de individuele genade zo objectief mogelijk te
maken. Mijn standpunt is dat de rechterlijke uitspraken
zoveel mogelijk moeten worden gerespecteerd. Wij zul-
len er pas mits een aantal omstandigheden van afwijken.
Eerste reden, wanneer nieuwe feiten zich voordoen die
niet bekend waren vo´o´r de veroordeling is opgelegd.
Tweede reden, wanneer er nieuwe feiten zich voordoen
die dateren van na de veroordeling. Dat heeft onder meer
te maken met het gedrag en de wil tot rei¨ntegratie die
men sedertdien heeft betoond.
Derde reden, als er zeer veel tijd verloren gaat tussen het
ogenblik van de veroordeling en de uitvoering van de
straf, omdat ik vind dat dit een tegenaangewezen middel
is.
Vierde reden, indien wij de beslissing nemen om genade
voor te stellen, dan zullen wij altijd nastreven om, hetzij
de opgelegde gevangenisstraf, hetzij de boete om te
zetten in straffen van dienstverlening of in opdrachten die
moeten worden volbracht, dit om de straf zo dicht moge-
lijk te laten aansluiten bij het misdrijf dat werd gepleegd of
het in de herstelgedachte van de aangerichte schade te
laten passen.
De heer Danny Pieters (VU&ID) : Mijnheer de minister,
uw antwoord is zeker verhelderend. Ik veronderstel even-
wel dat uw richtlijnen nog meer gedetailleerd zijn. Ik
veronderstel evenzeer dat uw richtlijnen werden bekend-
gemaakt en werden gepubliceerd.
Minister Marc Verwilghen : Het is een richtlijn die ik op
papier heb laten zetten en die door de dienst voor het
strafbeleid wordt gehanteerd. Wees ervan overtuigd dat
er ook later duidelijke sporen van zullen blijven.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
HA 50
PLEN 045
19
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Question orale de M. Jean-Pol Poncelet au ministre
de la Justice sur
les de´missions de membres du
cabinet de la Justice
Mondelinge vraag van de heer Jean-Pol Poncelet aan
de minister van Justitie over
de ontslagen op het
kabinet van Justitie
M. Jean-Pol Poncelet (PSC) : Monsieur le pre´sident,
monsieur le ministre, ce matin, la presse faisait e´tat d'un
e´ve´nement peu anodin, a` savoir la de´mission du chef de
cabinet du ministre de la Justice. Il apparai^t que ce qui
n'aurait pu e^tre qu'un dysfonctionnement - terme que
vous utilisez souvent - prend une tout autre ampleur
puisqu'il s'agirait en fait de la de´mission de sept mem-
bres du cabinet, dont le chef de cabinet et le chef de
cabinet adjoint. Il ne s'agit donc plus d'un dysfonctionne-
ment, mais d'une ve´ritable he´catombe. Je me suis de`s
lors pose´ la question de savoir quelle pourrait en e^tre
l'origine. Je me suis dit que dans la loi que nous avons
vote´e la semaine dernie`re, il y avait peut-e^tre une cause
cache´e de justice acce´le´re´e qui nous avait e´chappe´ et
qui a conduit vos collaborateurs a` s'en aller. A l'e´vidence,
ce n'est pas le cas.
Autre e´ventualite´ : l'adversaire est-il a` ce point coriace
que sept membres du cabinet de´sertent face a` lui ? Je ne
sous-estime pas le poids de l'opposition, mais j'imagine
que ce n'est pas la cause non plus.
Finalement, s'agit-il peut-e^tre d'une mise en oeuvre
anticipe´e des nouvelles modalite´s applicables a` la fonc-
tion publique et de´cide´es par votre colle`gue, M. Vanden-
bossche ? Mais une dure´e de sept mois pour un mandat
nous semble tout de me^me un peu courte.
Selon vos de´clarations, il s'agirait du re´sultat d'un audit
que vous auriez commande´ au sujet du personnel de
votre cabinet. Vous avez donc engage´ des collaborateurs
en qui vous faisiez confiance et, ensuite, vous de´cidez de
commander un audit pour les mettre en cause et finale-
ment les mettre a` pied. C'est un fait sans pre´ce´dent dans
la formation des cabinets ministe´riels ! Pourriez-vous
m'expliquer s'il s'agit bien d'une de´mission d'autant de
membres de votre cabinet ? Quelle en est la raison ?
Pouvez-vous me dire s'il ne s'agit pas pluto^t de la
de´fiance de vos collaborateurs a` l'e´gard d'un certain
nombre de propositions que vous avez faites ? Nous en
avons vote´ quelques-unes depuis plusieurs mois. A l'e´-
vidence, vous avez de´ja` coalise´ contre vous une grande
partie des magistrats et des avocats. Y a-t-il encore
d'autres personnes que vous coaliserez contre vous ?
Finalement, tous les acteurs du monde judiciaire, y
compris vos collaborateurs, semblent a` pre´sent me´fiants
a` votre e´gard.
M. Marc Verwilghen, ministre : Monsieur le pre´sident,
chers colle`gues, je ne ferai pas usage, monsieur Ponce-
let, de l'article 85 du Re`glement qui me permettrait de ne
pas re´pondre a` la question que vous m'adressez. Si je ne
me trompe, vous avez e´te´ ministre plus longtemps que
moi-me^me. De`s lors, vous devriez savoir que l'organisa-
tion du cabinet rele`ve des compe´tences du ministre. Si
ce dernier de´cide de re´organiser son cabinet en vue
d'ame´liorer son efficacite´ et son inte´grite´, il en a le droit.
Je n'ai pas d'autre explication a` vous donner.
M. Jean-Pol Poncelet (PSC) : Monsieur le pre´sident, je
prends acte de la re´ponse du ministre. Je crains que
cette re´ponse, me^me si elle est justifie´e par un article du
Re`glement, continue a` entretenir la confusion et le ma-
lentendu sur le fonctionnement de l'e´quipe. Cela ne sera
malheureusement que pre´judiciable a` l'exercice de la
justice dans notre pays.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Interpellaties
Interpellations
Samengevoegde interpellaties van :
- de heer Gerolf Annemans tot de minister van
Justitie over
het veiligheidsplan van de regering
(nr. 259)
- de heer Marc Van Peel tot de minister van Justitie
over
het veiligheidsplan van de regering (nr. 260)
- de heer Jean-Jacques Viseur tot de minister van
Justitie over
het feit dat het federaal veiligheids- en
penitentiair beleidsplan niet in het parlement werd
voorgesteld
(nr. 262)
- de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister van
Justitie over
het veiligheidsplan (nr. 282)
Interpellations jointes de :
- M. Gerolf Annemans au ministre de la Justice sur
le
plan de se´curite´ du gouvernement
(n° 259)
- M. Marc Van Peel au ministre de la Justice sur
le
plan de se´curite´ du gouvernement
(n° 260)
- M. Jean-Jacques Viseur au ministre de la Justice
sur
la non-pre´sentation du plan de se´curite´ et de
politique pe´nitentiaire
(n° 262)
- M. Karel Van Hoorebeke au ministre de la Justice
sur
le plan de se´curite´ (n° 282)
20
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Collega's, zoals afgesproken in de Conferentie van voor-
zitters, wil ik erop aandringen dat de collega's bij de
ontwikkeling van hun interpellatie de toegestane spreek-
tijd zouden eerbiedigen. Ik zal die nu even detailleren.
Collega Annemans zal als eerste interpelleren. Hij krijgt
10 minuten. De collega's Van Peel, Jean-Jaques Viseur
en Van Hoorebeke krijgen elk 5 minuten toebedeeld.
Le ministre a la possibilite´ de re´pondre durant 20 minu-
tes. Ensuite, chaque interpellateur peut encore prendre
la parole pendant 2 minutes. J'aimerais que l'on respecte
ces temps de parole car la concision est une vertu de
l'orateur.
Ik wens dus dat de toegestane spreektijd zou worden
gee¨erbiedigd. De heer Annemans zal de minister van
Justitie als eerste interpelleren. Daarna komen de heren
Van Peel, Viseur en Van Hoorebeke aan de beurt.
De heer Gerolf Annemans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
voorzitter, ik lever mijn bijdrage tot het welslagen van het
debat door niet langer dan vijf minuten te spreken. Ik heb
er ook niet meer nodig.
Mijnheer de minister, ik heb u gei¨nterpelleerd om u te
verplichten tot spreken, dus om in een democratie de
democratische puntjes op de democratische i te plaatsen
en dit, nog vo´o´r de voortvarendheid van uw eerste
minister er opnieuw een loopje mee neemt. Ik interpelleer
u om met u in het parlement een debat aan te gaan over,
of u minstens te horen, de voorstelling van uw federaal
veiligheidsplan zoals het thans voorligt.
Ik wens u dus te verplichten tot spreken. Sta mij toe,
mijnheer de minister, om het zeer duidelijk te stellen. Men
heeft u verboden te spreken, wat een zaak is, maar u
hebt vervolgens ook daadwerkelijk gezwegen. U hebt
zich het zwijgen laten opleggen en dat was voor mij een
diepe ontgoocheling. De Vlamingen hebben u gekozen,
mijnheer de minister, om te spreken en niet om te
zwijgen. Men heeft u niet alleen gekozen, meer nog, men
heeft u meer stemmen gegeven dan Guy Verhofstadt !
Dat was voorwaar toch niet om te moeten aanschouwen
dat hij u met een simpel telefoontje of op eenvoudig
verzoek uit beeld zou kunnen laten verdwijnen en zeker
niet op bevel van de Parti Socialiste !
Wij zijn al wat gewoon van de heer Verhofstadt als het
erom aankomt zijn regeringscombinatie of regerings-
schuit boven water te houden. Hij is dan tot alles in staat,
dat weten wij ondertussen wel. Hij liegt, hij bedriegt, hij
verraadt wat hij liefhad, hij verbrandt wat hij aanbad en hij
manipuleert desgevallend zijn medestanders. Van zijn
geloofwaardigheid, van zijn imago van jonge vernieuwer,
indien hij die al zou gehad hebben, blijft nagenoeg niets
meer over. Zijn politieke moraliteit is nul, vraag dat maar
aan de Volksunie, naar aanleiding van de kwestie over
het onderwijsgeld, of aan eenieder die uw federaal
veiligheidsplan heeft gelezen en meer bepaald het voor-
woord ervan.
Hierover wilden wij u vorige week een vraag stellen, maar
gelukkig was de heer De Croo daar om dat te verhinde-
ren. Waarschijnlijk gebeurde dat ook op bevel en na een
telefoontje van Guy Verhofstadt.
De voorzitter : U gelooft het niet ?
De heer Gerolf Annemans (Vlaams Blok) : Ik geloof u
niet, mijnheer de voorzitter. Ik heb geen enkele reden om
te veronderstellen dat u het Reglement naast u zou
leggen, tenzij de heer Verhofstadt het vraagt. Het valt
anders niet te verklaren.
In al onze nai¨viteit lezen wij het voorwoord dat eindigt
met en ik citeer :
Binnen de perken van haar federale
bevoegdheden
- ik heb mijn twijfels hierover, toen ik het
document las vond ik veel vingerwijzingen naar het
Vlaamse niveau, of naar de regionale niveaus, maar
goed -
heeft de federale regering beslist om vo´o´r het
einde van het jaar een federaal veiligheidsplan op te
stellen. De federale regering heeft de regierol opgedra-
gen aan de heer Mark Verwilghen, minister van Justitie
.
Het slot luidt als volgt :
Namens de federale regering en
de minister van Justitie leggen wij het veiligheidsplan en
een nieuw strafuitvoerings- en gevangenisbeleid neer als
het federaal veiligheids- en detentieplan
.
Wij zijn nai¨ef en denken dat het hierover, over dit dossier
met een rood kaft gaat.
Nu goed, wij zijn nai¨ef en denken dat het over dit
document hier gaat maar dat schijnt niet zo te zijn, als we
tenminste de uitleg van de heer Verhofstadt mogen
geloven.
Verhofstadt is e´e´n zaak maar dat u, Marc Verwilghen,
niet bestand bent tegen de druk van buitenuit, verontrust
ons. Ik wil u deze vraag in alle kalmte stellen, mijnheer de
minister. Ik stel ze ook op een dag dat alle nieuwszenders
spreken van een crisis op het kabinet van Justitie, op de
dag dat iedereen zich afvraagt wat eraan schort. Ik vraag
u hetzelfde : wat schort eraan ?
U hebt zelf een week geleden in het weekblad Humo
verklaard dat u zich momenteel in een schiettent waant.
In dat geval hebt u verschillende mogelijkheden : ofwel
maakt u zich uit de voeten, ofwel probeert u de kogels te
ontwijken, ofwel schiet u terug. Ik ben tot nu toe wellicht
een beetje te beleefd geweest. Een vraag van Humo
luidde :
Is dit een waarschuwing aan het adres van de
magistraten die dwars blijven liggen ?
Uw antwoord
luidde :
Het mag stilaan weleens duidelijk worden wie
Justitie probeert te saboteren.
Dat zijn zware woorden.
HA 50
PLEN 045
21
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Gerolf Annemans
Goed, een mens leest zoiets, hoewel ik meen dat men bij
het lezen van Humo niet moet overdrijven. Terwijl men
het leest, hoort men op de radio zeggen dat Verwilghen
zijn afspraak met het parlement afblaast, een vastge-
legde, niet-betwiste, duidelijke, loyale open afspraak met
het parlement. Immers, hij mag niets doen van zijn
premier.
Zoiets kan dus niet. Als een dergelijke plan, in welk
stadium het zich ook bevindt, goed genoeg is voor een
nieuwjaarsrentree in de pers, dan is het ook goed genoeg
voor het parlement. Ik herhaal dus mijn vraag : schort er
ergens iets aan ? Ik verwacht van u, mijnheer de minister,
dat u hier en nu alle twijfels wegneemt en een duidelijk
beeld schetst van uw federaal veiligheidsplan. U kunt
namelijk niet langer van alle walletjes tegelijk blijven eten.
Het gaat hier niet om de vraag of de PS u mag verhin-
deren over dit plan te spreken in het parlement. Nee, o´f u
luistert naar de PS en Verhofstadt, o´f naar het parlement.
Ik ga aandachtig luisteren naar uw woorden en daarna
repliceren indien nodig. Volgens ons moet u echter ook in
uw veiligheidsplan zelf keuzes durven te maken. Ik vraag
me namelijk af waar de PS zich eigenlijk druk om maakt.
Dit federaal veiligheidsplan is geschreven in groene en
rode inkt. Het staat naar ons oordeel vol progressieve
prietpraat over preventie. Er wordt met geen woord in
gerept over de´ justitiepijler van de harde aanpak van de
criminaliteit, namelijk de uitbouw van een sterk Openbaar
ministerie. Er is geen sprake in van jeugdgevangenissen.
Er is geen kwantificering meer van de criminaliteitsdaling,
geen prioritaire aanpak van de electoraal aangebrachte
vormen van criminaliteit zoals stadscriminaliteit, geweld-
pleging, diefstal en inbraken, geen uitbreiding van de
gevangeniscapaciteit, enzovoort. Dit is dus geen harde
aanpak van de criminaliteit. Waar maakt de PS zich dan
druk over ?
Dit is helemaal geen harde aanpak van de criminaliteit
maar iets dat de indruk van een veiligheidsplan moet
wekken, een federaal veiligheidsplan dat zal passen in
lokale veiligheidsplannen. Tegelijkertijd zal de heer Du-
quesne ook nog eens zijn nationaal veiligheidsplan klaar-
maken, dat dan zal aansluiten op zonale veiligheids-
plannen. Met de hulp van specialisten raken wij er nog
wel wijs uit maar de burger vindt er zijn veiligheid niet
meer in terug.
De Vlaamse burgers - onze kiezers en in iets mindere
mate uw kiezers, mijnheer de minister - hebben maar e´e´n
ding gezien : Verwilghen komt met een begin van een
veiligheidsplan aandraven maar het is Di Rupo die de
touwtjes in handen heeft en houdt. Dat is de symboliek
van de gebeurtenissen van de afgelopen week en dat
beeld - met mijn excuses, mijnheer de minister - kunt u
niet meer uitwissen.
De voorzitter : Mijnheer Annemans, u hebt de spreektijd
gee¨erbiedigd. Mijnheer Van Peel, ik verwacht uiteraard
hetzelfde van u.
De heer Marc Van Peel (CVP) : Mijnheer de voorzitter, u
maakt zich al van tevoren zorgen over mijn tijd. Hoe zou
dat komen ?
De voorzitter : Van tijd tot tijd maak ik mij zorgen over uw
tijd.
De heer Marc Van Peel (CVP) : Mijnheer de minister, in
een persmededeling van 1 oktober zei de federale rege-
ring dat het veiligheidsplan als beheersinstrument van de
veiligheidspolitiek een feit zou zijn voor het einde van het
jaar, dus vo´o´r 31 december 1999. U moest daarvan de
coo¨rdinator en de architect zijn. Op 27 januari werd in de
Conferentie van de voorzitters beslist, overigens met uw
volledige instemming, dat u de commissie voor de Justi-
tie daarover breedvoerig zou informeren. Tussen haak-
jes, ook de heer Eerdekens maakt deel uit van de
Conferentie van de voorzitters. Ik neem dan ook aan dat
hij van zijn baas Di Rupo naar zijn oren gekregen heeft
omdat hij dit zonder meer had laten passeren. Vorige
week was er echter een incident. Mijnheer de minister, u
mocht toen niet komen van de eerste minister en dus
onrechtstreeks van Di Rupo. Daarop kwam er een een-
parige reactie van de commissie voor de Justitie die dit
feit aankloeg. Die reactie was weliswaar eenparig in
afwezigheid van de PS. Dat doet zich echter voor in veel
van onze commissies en we kunnen daar dan ook geen
punt van maken. Hier moet dit echter worden vermeld.
Mijnheer de minister, u hebt toen publiek gereageerd en
gezegd dat u de reactie van de parlementsleden begreep
maar ook die van de eerste minister. U moet dus oppas-
sen dat het er niet op uitdraait dat u iedereen begrijpt
terwijl niemand u nog begrijpt. Op de duur begrijpen wij er
immers niets meer van. Mijnheer de minister, legt u ons
dat nu eens uit. Wij dachten dat er zich met betrekking tot
de inhoud van het veiligheidsplan een probleem voor-
deed inzake de cohesie in de regering. Vandaag hebben
we echter vastgesteld dat het probleem met betrekking
tot de inhoud wellicht nog dieper zit.
De heer Poncelet heeft u zojuist ondervraagd over de
ontslagen die op uw kabinet zijn gevallen. Er zijn veel
aanwijzingen voor het feit dat ook die ontslagen te maken
hebben met fundamentele meningsverschillen tot in uw
kabinet over de inhoud van de beleidsplannen die u naar
voren schuift. U hebt eigenlijk laten verstaan dat deze
mensen niet loyaal en efficie¨nt genoeg waren maar
bovendien ook niet trouw genoeg. Dat laatste is toch een
eigenaardige redenering. Door onrechtstreekse informa-
tie die wellicht komt van wat er nog van uw kabinet
22
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Van Peel
overblijft, vernemen wij dat een aantal van die kabinet-
sleden zogenaamd CVP'ers zouden zijn. Het zouden
CVP'ers zijn en men gaat zo ver te suggereren dat het
omwille van dat feit is dat zij niet loyaal en trouw genoeg
zijn.
Mijnheer de minister, ten eerste moet ik u zeggen dat als
zij CVP'ers zouden zijn, zij trouw en loyaal zouden zijn.
Ten tweede, is het erg belangrijk om hier eens duidelijk te
onderstrepen dat niemand van de belangrijke medewer-
kers op uw kabinet van ver of dichtbij iets met de CVP te
maken heeft, laat staan dat zij contacten met ons zouden
hebben. Gelieve de mensen daarvoor dus niet te achter-
volgen.
In verband met het federaal veiligheidsplan is de vast-
stelling dat daarrond in de coalitie ernstige problemen
bestaan en dat hierover zelfs in uw kabinet ernstige
discussies gevoerd worden die geleid hebben tot de
crisis waarmee u nu geconfronteerd wordt. Mijnheer de
minister, neem het woord vanop deze tribune. U kent
onze kritiek op het veiligheidsplan. Wij vinden dat de
doelstellingen en de middelen onvoldoende duidelijk zijn.
Onze kritiek doet hier echter minder terzake. Het interes-
seert mij vooral te horen wat nu uw prioriteiten zijn en
welke zaken u naar voren schuift. Wat vindt u met name
van het denkspoor van de publieke en private samen-
werking ?
Ik noem een aantal prioriteiten. Wat denkt u over de
samenwerking tussen publieke en private sector ? Mijn-
heer Di Rupo zegt hierover in een krant, ik citeer :
Een
aantal van de voorgestelde maatregelen zijn voor mijn
partij onaanvaardbaar. Ik denk daarbij aan de verschil-
lende projecten die op een privatisering van de veiligheid
uitdraaien.
Hij had het verder ook over, ik citeer : ... het
kortzichtig en simplistisch amalgaam dat de minister
heeft gemaakt met zijn onderzoek naar de mogelijke
band tussen afkomst en criminaliteit
.
Wat denkt u over de bijzondere opsporingstechnieken ?
Dit was ook terug te vinden in de aanbevelingen van de
commissie-Dutroux. Blijft u pleiten voor de invoering van
deze technieken ?
Mijnheer de minister, leg ons vanaf deze tribune duidelijk
uit waar uw prioriteiten liggen. Begrijp de parlementsle-
den en tracht een duidelijke uitleg te geven.
Het zou mij ook benieuwen te weten of de ontslagen op
uw kabinet te maken hebben met een grondige discussie
over de inhoud van dit federale veiligheidsplan. Iedereen
weet dat de chef van uw politiek kabinet in een conflict
was gewikkeld met uw technisch kabinet. Eigenlijk komt
het erop neer dat heel wat mensen uit dat technisch
kabinet - waaronder heel wat mensen uit de magistratuur
- helemaal niet kunnen leven met de dictatuur die wordt
opgelegd. Wat u een interne audit van uw kabinet noemt,
is eigenlijk een zuiveringsoperatie van de ene vleugel ten
opzichte van de andere vleugel.
Dit zou allemaal niet zo tragisch zijn als we nu reeds over
dit veiligheidsplan, dat op 1 januari had moeten klaar zijn,
konden beschikken. Nu is heel dit plan echter verzand in
grote discussies binnen de meerderheid en op uw eigen
kabinet.
De voorzitter : Mijnheer Van Peel, ik maakte me wel
degelijk terecht zorgen over de duur van uw betoog.
M. Jean-Jacques Viseur (PSC) : Monsieur le pre´sident,
monsieur le ministre, chers colle`gues, le gouvernement a
introduit ou invente´ un nouveau genre the´a^tral, qui n'est,
he´las, pas la
commedia dell'arte, mais pluto^t la come´-
die de l'arc-en-ciel. Ceci est un bon exemple, puisqu'il
ressemble tre`s fort a` la pie`ce
En attendant Godot. Ici,
c'est en attendant le plan de se´curite´ dont on ignore s'il
va e^tre mis en place.
Cette pie`ce se de´roule avec un prologue, une parade,
trois actes manque´s et un interme`de.
Tout d'abord, le prologue : le plan de se´curite´, clef de
vou^te de la politique du ministre de la Justice, e´tait
annonce´ pour la fin de l'anne´e et il n'a pas e´te´ pre´sente´
dans les de´lais au parlement. Si j'en crois les informa-
tions concernant l'incident qui s'est de´roule´ au sein du
cabinet de la Justice, dois-je en de´duire qu'une des
muses de ce projet e´tait trop occupe´e par ses activite´s
prive´es a` l'inte´rieur de la socie´te´ de gardiennage ?
Venons-en a` pre´sent a` la parade : il y a quelques
semaines, le ministre a pre´sente´ son plan de se´curite´. Il
aurait normalement du^ le pre´senter aux communaute´s,
au Conseil des ministres ou au parlement. Or, il a choisi
de le pre´senter a` la presse. Je rappelle ne´anmoins que le
plan est pre´ce´de´ d'un avant-propos du premier ministre,
dont je vous donnerai lecture de deux passages :
Le
gouvernement fe´de´ral a, dans les limites de ses compe´-
tences fe´de´rales,
- bravo pour Mme Mare´chal, qui ne
semble pas connai^tre les compe´tences fe´de´rales,
puisqu'elles sont extraordinairement larges -
de´cide´ de
re´diger, d'ici la fin de l'anne´e, un plan fe´de´ral de se´cu-
rite´
. Il ajoute : Au nom du gouvernement fe´de´ral, donc
au nom de l'ensemble de la majorite´ et au nom du
ministre de la Justice,
nous de´posons le plan de se´curite´
et une nouvelle politique d'exe´cution des peines et de la
politique pe´nitentiaire en tant que plan fe´de´ral de se´curite´
et de politique pe´nitentiaire.
C'est une parade particulie`rement audacieuse, car le
gouvernement n'en a pas de´cide´, pas plus que les
communaute´s n'en ont e´te´ averties. C'est vraiment le
signal de cette parade. On fait beaucoup de bruit et on ne
le fait pas la` ou` il faut.
HA 50
PLEN 045
23
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Jean-Jacques Viseur
Le premier acte manque´ survient un mois plus tard,
lorsqu'on annonce que le parlement va pouvoir non pas
de´battre - ce the´a^tre est un lieu de pre´sentation d'une
pie`ce et non un lieu de participation - mais e´couter la
premie`re lecture de cette pie`ce pour e^tre informe´ du
contenu du fameux plan, dont chacun posse`de depuis
tre`s longtemps une copie.
Les agendas de la Chambre et du Se´nat pre´voient que le
ministre de la Justice vienne pre´senter son plan fe´de´ral
de se´curite´ et de politique pe´nitentiaire devant une
commission mixte. Le de´cor n'est pas pre^t. La repre´sen-
tation est annule´e in extremis et les tickets non rembour-
se´s. Il apparai^t que le premier ministre s'aperc¸oit brus-
quement que le gouvernement ne se re´duit pas au VLD
et que quelques semaines sont ne´cessaires pour pren-
dre des contacts avec les autres partis du gouvernement.
C'est le me^me premier ministre qui annonc¸ait fie`rement
que c'e´tait au nom du gouvernement fe´de´ral qu'il avait
e´crit cette pie`ce.
Deuxie`me acte manque´ : apparemment, comme dans
tout bon vaudeville, c'est le partenaire trompe´ qui fait
semblant de n'e^tre au courant de rien et qui de´couvre,
apre`s tout le monde, son infortune. M. Di Rupo a fait une
communication s'e´tonnant de la non-discussion du sujet
et demandant davantage de pre´cisions. Mme Mare´chal a
eu une re´action saine, s'interrogeant quant a` la finalite´ du
plan, qui empie´tait sur des compe´tences communautai-
res. On ne joue plus
En attendant Godot, mais un
vaudeville ordinaire avec le mari trompe´.
L'interme`de consiste dans le retour, cette semaine, du
plan devant la commission de la Justice. A ce moment,
c'est le ministre de l'Inte´rieur qui se voit interdit d'en
discuter. C'est de nouveau un acte manque´.
Et nous apprenons aujourd'hui que c'en est apparem-
ment trop pour un certain nombre de re´gisseurs de
second ro^le et de machinistes qui, vu la mauvaise qualite´
du spectacle, de´cident de quitter la pie`ce et en tout cas le
de´partement et le cabinet de la Justice.
Face a` cela, nous assistons a` plus qu'une cacophonie.
Comment expliquez-vous les diffe´rentes annulations de
discussions pre´vues au parlement la semaine dernie`re ?
J'aimerais par ailleurs que le ministre de la Justice et le
premier ministre nous disent s'ils conside`rent comme
normal, de bonne gestion, respectueuse des citoyens, de
l'Etat fe´de´ral et du parlement, de pre´senter en priorite´ a` la
presse un plan que l'on pre´sente comme e´manant du
gouvernement, sans l'avoir fait adopter pre´alablement
par le Conseil des ministres. Or, il ne s'agit la` que d'une
e´bauche. Est-il conforme a` une bonne gestion de pre´-
senter ce plan sans avoir eu aucune concertation re´elle
avec les communaute´s, alors qu'il empie`te manifeste-
ment sur leurs compe´tences ? Est-il normal de program-
mer tre`s tardivement une rencontre avec les parlemen-
taires, puis de l'ajourner sine die ?
Et enfin, le plus important : quand disposerons-nous de
ce qui est la cle´ de vou^te de la politique du gouvernement
en matie`re de justice, telle que pre´vue dans la de´clara-
tion gouvernementale, c'est-a`-dire un plan de se´curite´
dont on peut dire qu'il est le plan du gouvernement, qu'il
traduit la volonte´ de ce dernier en la matie`re et qu'il n'est
pas une de ces pie`ces irrepre´sentables que n'importe
quelle confe´rence d'acteurs rejetterait pour son insuffi-
sance ?
De voorzitter : De heer Karel Van Hoorebeke heeft het
woord. U kent de gereglementeerde spreektijd van
5 minuten.
De heer Karel Van Hoorebeke (VU&ID) : Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, collega's, het is natuurlijk
moeilijk om in dit korte tijdsbestek het veiligheidsplan
inhoudelijk te bespreken. Dat is iets wat wij eigenlijk
vorige week in de commissie uitvoerig hadden moeten
doen. Ik zal mij dus moeten beperken tot een aantal
algemene bedenkingen.
Ik hoorde vanmiddag op de radio, naar aanleiding van
het ontslag van een deel van uw kabinet, dat u de laatste
tijd een belaagd minister zou zijn. Dit stemt ons niet tot
vreugde. Enerzijds, hebben wij een zekere sympathie
voor u, mijnheer de minister, maar anderzijds, beant-
woordt dit niet aan de hoge verwachtingen die u hebt
gecree¨erd bij het volk inzake de verbetering van Justitie
en het Gerecht. Natuurlijk komt uw imago hierdoor onder
druk te staan. Wij moeten vaststellen dat u bijgevolg uw
doelstellingen waarschijnlijk nooit zult kunnen realiseren.
De vraag rijst dan hoe dit mogelijk is want u bent goed
begonnen. Het VLD-veiligheidsplan dat u hebt aange-
bracht in de aanloop van de verkiezingen is altijd goed
overgekomen. Ik herinner mij de analyse die professor
Fijnaut daarvan heeft gemaakt. Hij heeft gezegd dat dit
plan ten opzichte van het SP-veiligheidsplan en het
CVP-veiligheidsplan veel beter uitgewerkt en veel cohe-
renter was. Wanneer u dit VLD-veiligheidsplan hebt
omgezet in uw federaal veiligheidsplan zou men denken
dat dit een goed plan zou zijn geweest. We moeten
echter vandaag vaststellen dat dit niet het geval is want
de kritiek blijft toenemen.
Hoe komt dit, collega's ? Is het te wijten aan een ver-
keerde analyse van professor Fijnaut. In een interview
deze week met Knack zegt professor Fijnaut dat het
federaal veiligheidsplan niet aan de gestelde verwachtin-
gen voldoet. Is dat omwille van het feit dat professor
Fijnaut gefrustreerd is omdat hij niet betrokken geweest
is bij de uitwerking van uw federaal veiligheidsplan ? Dit
zou kunnen, want zijn ambities zijn wat dat betreft
onbeperkt. Maar collega's, het zou natuurlijk ook kunnen
te wijten zijn aan een gebrek aan consensus in de
meerderheid. Wij hebben al gemerkt dat het niet gemak-
kelijk is om tot een consensus te komen in de
24
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Karel Van Hoorebeke
meerderheidspartijen. Vandaag moeten wij dus vaststel-
len dat dit ook voor het federaal veiligheidsplan het geval
is. Ik zie dan ook geen enkele reden waarom de eerste
minister en de heer Di Rupo u hebben verboden om dit
veiligheidsplan in de commissie voor de Justitie te be-
spreken.
Nu wil ik graag van u vernemen, mijnheer de minister,
wat de finaliteit van dit plan is ? Ik ga dus niet in op het
inhoudelijke van het veiligheidsplan maar ik vraag u of
het afgewerkt is en dat er alleen nog een consultatie-
ronde moet volgen bij de magistraten, bij een aantal
actoren van Justitie ? Of is dit plan alleen maar een
werkdocument dat nog moet worden verfijnd ? Dat is dan
wel een inhoudelijke vaststelling. Het is zo weinig con-
creet. Er is geen tijdsplanning in vastgelegd. Er is ook
geen budget aan vastgekoppeld. Wat is dus de finaliteit
van uw plan ?
Collega's, dit zijn de vragen die wij ons terzake moeten
stellen. Ik wil niet zover gaan, mijnheer de minister, dat
het feit dat een deel van uw kabinet ontslag heeft het
genomen, te wijten is aan een gebrek aan instemming
met uw veiligheidsplan. De juiste analyse lijkt mij eerder
dat een aantal leden van de CVP zijn weggegaan. Het
siert u in elk geval dat u hebt geprobeerd om een aantal
andersdenkenden in uw kabinet op te nemen. Bij de
CVP-ministers zal men nooit leden van de VLD in de
kabinetten tegenkomen. Die politieke vernieuwingsge-
dachte is bij de CVP in elk geval nog niet aanwezig,
mijnheer Van Peel.
Ik denk dat de verwachtingen die u hebt gecree¨erd,
mijnheer de minister, niet zullen worden waargemaakt
met het veiligheidsplan dat hier voorligt. U legt, in tegen-
stelling tot het Vlaams Blok, te veel de nadruk op
repressie in de plaats van op preventie. Dit is nochtans
een essentieel uitgangspunt voor een goed, doeltreffend
veiligheidsplan.
Dat is nochtans een essentieel uitgangspunt voor een
goed en doeltreffend veiligheidsplan. U legt teveel de
klemtoon op repressie in plaats van preventie. In elk
geval is uw plan onsamenhangend. Als u in de komende
maanden of jaren met een effectief veiligheidsplan voor
het parlement moet komen, zal het in elk geval een
werkdocument moeten zijn dat concreet is uitgewerkt en
concrete doelstellingen voor ogen houdt. Het zal meer
moeten zijn dan de vrijblijvende, weliswaar omvangrijke,
tekst die u terzake hebt gebracht. Ik zou dus concreet
willen weten wat de precieze finaliteit en doelstelling is
van dit veiligheidsplan, want ik wil weten op welke wijze
u niet alleen de grote criminaliteit, maar voornamelijk de
stads- en straatcriminaliteit in de komende maanden en
jaren wilt aanpakken.
Minister Marc Verwilghen : Mijnheer de voorzitter,
collega's, er werden verschillende interpellaties inge-
diend en wel door de heren Annemans, Van Peel,
Bourgeois - hier overgenomen door de heer Van Hoore-
beke - en Viseur.
En effet, ils me donnent la possibilite´ de donner une
re´ponse devant le parlement, bien que cela se fasse
avec un de´lai d'une semaine.
Ik zal de mij gevraagde toelichting verstrekken en vijf
punten belichten.
Ten eerste, wens ik het te hebben over het huidige
statuut van het Federaal Veiligheids- en Detentieplan.
Waarvoor staat het, waarvoor mag het aanzien worden,
wat is er momenteel en in de toekomst de bedoeling
van ?
Ten tweede, zal ik een aantal geformuleerde kritieken
trachten te weerleggen.
Ten derde, wil ik even blijven stilstaan bij de verhouding
tussen het Federaal Veiligheidsplan en de politieplannen
waarvan sprake is in de wet op de politiehervorming.
Ten vierde, zal ik het hebben over de opbouw van het
Federaal Veiligheids- en Detentieplan en, ten vijfde, zal ik
uitweiden over de gebruikte methodologiee¨n.
Ik denk dat het parlement inderdaad het recht heeft om
ingelicht te worden nopens dit belangrijk beleids-
document, dat trouwens een van de pijlers is waarop het
regeerakkoord stoelt. Het statuut van het huidige plan is
ten dele de uitvoering van wat is opgenomen in Het
regeerakkoord - brug naar de 21ste eeuw, meer bepaald
het punt 3. Daarin heeft men het over een veilige
samenleving.
De federale regering heeft mij op een bepaald ogenblik
de regie daarvan toegekend, wat duidelijk te onderschei-
den valt van het beslissingsniveau. Het is vanzelfspre-
kend dat een minister van Justitie niet de enige is die zich
moet buigen over de veiligheid. Er zijn zoveel andere
departementen die niet alleen op het federale niveau,
maar ook op het gemeenschapsniveau en het gemeen-
telijk niveau belangrijk zijn. Zij hebben een essentie¨le
bijdrage te bieden inzake veiligheid. In die context mag u
de regierol niet verwarren met het zich toe-eigenen van
verantwoordelijkheden die aan anderen toekomen.
Er werd mij gevraagd, in datzelfde federaal regeerak-
koord, om dat voor het einde van het jaar 1999 af te
ronden. Mijnheer Van Peel, het veiligheidsplan werd door
mij aan het Kernkabinet voorgelegd op 21 december
1999. Wat dat betreft, heb ik mij aan de gevraagde
termijn gehouden.
Het is eigen aan het concept van de integrale veiligheids-
zorg dat de veiligheid een taak is van iedereen en van
verschillende niveaus. In diezelfde context stelde ik het
HA 50
PLEN 045
25
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Verwilghen
plan op 10 januari 2000 voor aan de pers. Ik stuurde het
ook onmiddellijk voor advies naar al mijn collega's in de
federale regering - voor zover zij betrokken zijn bij deze
problematiek -, naar de minister-presidenten van de
diverse deelregeringen en naar veertien overheidsdien-
sten die werkzaam zijn op het veiligheidsdomein. Som-
mige hiervan ressorteren onder mijn departement, an-
dere niet. Ik som ze even op, opdat u ten minste daarover
volledigheid zou hebben : het college van procureurs-
generaal, de Dienst voor het strafrechtelijk beleid, het
Nationaal instituut voor de criminologie en de criminalis-
tiek, het Commissariaat-generaal van de gerechtelijke
politie, de Veiligheid van de Staat, het Algemeen com-
mando van de rijkswacht, de Vaste Commissie voor de
gemeentepolitie, de Algemene rijkspolitie, de Dienst
Vreemdelingenzaken, het Belgisch instituut voor ver-
keersveiligheid, de douane en accijnzen, de Bijzondere
belastinginspectie en het Centrum voor gelijkheid van
kansen en racismebestrijding.
Op die wijze hebben wij alle personen die op het terrein
werkzaam zijn kennis gegeven van de inhoud van het
veiligheidsplan. Ondertussen had ik reeds een aantal
werkafspraken en kreeg ik reacties van diverse instan-
ties, bijvoorbeeld, vanwege de eerste minister, de minis-
ter van Binnenlandse Zaken, de staatssecretaris voor
Buitenlandse Handel, de regeringscommissaris voor het
grootstedelijk beleid, de minister-presidenten van de
Duitstalige Gemeenschap en van het Brussels Hoofdste-
delijk Gewest en ook van het Centrum voor gelijke
kansen.
Ik heb altijd gezegd - en het is ook altijd het standpunt
van de regering geweest - dat het veiligheidsplan zal
worden verfijnd rekening houdend met de opmerkingen
die door de diverse instanties worden gemaakt. Mijnheer
Van Hoorebeke, het is immers hun bevoegdheid en zij
zullen moeten begroten welke de middelen zijn waarover
men moet beschikken. Overigens, vooraleer dit docu-
ment op 21 december aan het kernkabinet werd voorge-
legd, had het het voorwerp uitgemaakt van een tiental
besprekingen in interkabinetten, waarbij ook de minister-
presidenten waren betrokken.
Ik kom nu tot de kritieken die werden geformuleerd.
Mijnheer de voorzitter, ik heb mij gee¨ngageerd om voor
de verenigde commissies voor de Justitie van Kamer en
Senaat, uitleg te komen geven. Dat was op verzoek van
de leden van die commissies, zowel van de meerderheid
als van de oppositie. Ik ga nog altijd uit van het standpunt
dat het de wetgevende macht is die de uitvoerende
macht controleert. Daarom heb ik mij bereid verklaard om
in alle openheid de stand van zaken met betrekking tot dit
document toe te lichten. Als lid van de uitvoerende macht
moet ik uiteraard ook mijn loyauteit en collegialiteit beto-
nen ten aanzien van de leden van de federale regering,
en in het bijzonder van de eerste minister. Van een
minister kan of mag men niet anders verwachten.
Een van de eerste kritieken, die werd geuit een uur nadat
het plan aan de pers werd voorgesteld, was dat het een
soort van babbelbox zou worden. Ongeacht de materie¨le
onmogelijkheid om binnen een uur na de voorstelling van
dit vrij uitgebreide document, de inhoud ervan te kennen,
moet ik u zeggen, mijnheer Van Peel, dat ook in het
vorige regeerakkoord stond dat men een veiligheidsplan
zou opstellen. In de vier jaar die men daarvoor heeft
kunnen benutten, is er echter geen enkel veiligheidsplan
op papier gezet. De twee enige documenten die ik ooit
heb gezien was in 1996 een orie¨ntatienota inzake straf-
en gevangenisbeleid, die een aantal beperkte reflecties
over gevangenisoverbevolking, alternatieve straffen en
maatregelen bevatte, en in 1998 een orie¨ntatienota in-
zake het strafrechtelijk beleid. Wat ik daarin niet heb
gevonden, is een concept over de methode waarop men
de veiligheid zou aanpakken of een vooropgestelde
timing.
Ik zou dit onderdeel willen afsluiten met een citaat van
professor Ponsaers uit De Standaard :
Ik vind het een
hele prestatie dat een minister prioriteiten naar voren
schuift. Dat is moedig, nieuw en verdienstelijk. Ik heb nog
niet veel ministers gezien met zo'n concreet programma.
De kritiek dat het een babbelbox is waarin iedereen het
zijne vindt vind ik nogal gemakkelijk. Je moet het maar
doen om gestructureerd en overzichtelijk alle problemen
op een rijtje te zetten en concrete oplossingen voor te
stellen.
Mijnheer Annemans, uw kritiek is dat het plan met rode
inkt is geschreven en met groene saus overgoten. Dit
soort van uitlatingen bewijst dat het federale veiligheids-
plan op het juiste niveau zit. Voor de ene is het te
repressief en voor de andere wellicht te passief. Ik denk
dat wij juist zitten omdat ik in publiek- en privaatrechte-
lijke samenwerkingsverbanden geloof. Ik zal daarop
straks dieper ingaan.
Ten slotte wil ik even stilstaan bij het probleem van de
privatisering, want het is een van de kritieken die is geuit.
Ik denk dat het woord
privatisering - dat overigens niet
voorkomt in dat document - te kwader trouw wordt
overroepen. Niet ik zeg dat, maar ik citeer professor De
Ruyver in een interview in De Morgen :
Dat luik van het
plan wordt gruwelijk overschat.
Een gei¨ntegreerde samenwerking tussen publieke en
particuliere partners inzake Justitie is evenmin nieuw. In
dat verband herinner ik u eraan dat tijdens de vorige
legislatuur, de meerderheid, inclusief de PS, niet minder
dan drie wetten goedgekeurde die op dit principe zijn
gebaseerd, namelijk de wet op de prive´-detectives, de
wet op de bewakingsfirma's en de wet op de beveiligings-
ondernemingen.
Wat dat betreft meen ik dat de klus geklaard is. Mocht
blijken dat het vertrouwen is overschat, dan wijs ik u erop,
mijnheer Van Hoorebeke, dat in het regeerakkoord dui-
26
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Verwilghen
delijk wordt gestipuleerd dat de aanbevelingen van de
diverse parlementaire onderzoekscommissies - noteer
dat ik de meervoudsvorm gebruik - door de huidige
regering zullen worden uitgevoerd, inbegrepen het feit
dat er een wettelijke basis tot stand moet komen voor de
bijzondere opsporingstechnieken. Laat daarover geen
twijfel bestaan.
Ten derde, de verhouding tussen de federale veiligheids-
plannen en de politieplannen schijnt nogal voor verwar-
ring te zorgen. Welnu, het veiligheidsplan dat ik voorstel
is een blauwdruk; het geeft de algemene beleidslijnen
weer waarop de politieplannen kunnen worden afge-
stemd. De plannen tot hervorming van de politiediensten
zijn eigenlijk van organisatorische aard; zij moeten de
politie, zowel op federaal als op lokaal vlak, in staat
stellen goed te kunnen functioneren. Dat het federaal
veiligheidsplan in dat verband een inspiratiebron kan zijn
is evident.
Ik kom thans tot het vierde deel van mijn betoog, met
name de opbouw van het federaal veiligheids- en
detentieplan. Aan de grondslag hiervan ligt het concept
van de globale en integrale veiligheidszorg. Dat impli-
ceert dat elk probleem dat wordt onderzocht, driemaal
wordt getoetst. De eerste schakel van de ketting - en
meteen ook de belangrijkste - is de preventieve aanpak.
In deze fase gaat het erom hoe een bepaald fenomeen
kan worden voorkomen. De tweede schakel is de repres-
sieve aanpak en hier gaat het erom wat er moet worden
ondernomen wanneer de preventieve aanpak heeft ge-
faald. Last but not least is er de derde schakel, ook niet
onbelangrijk, waarbij men zich moet bezinnen over de
nazorg die zal worden verleend, zowel ten aanzien van
de maatschappij, van de slachtoffers als van de daders.
Het lijkt mij evident dat een dergelijk project een weten-
schappelijk onderbouwd programma vereist en daarvoor
hebben wij dan ook geopteerd aangezien wij een dubbel
doel voor ogen hebben : ten eerste, ervoor zorgen dat
alle vormen van criminaliteit worden teruggedrongen en
ten tweede, de ophelderingsgraad van misdrijven opdrij-
ven.
In concreto is het federaal veiligheidsplan logisch opge-
bouwd, stap per stap. In dat verband denk ik aan het
concept van de integrale veiligheidszorg, aan alle doel-
stellingen terzake, aan de ingevoerde methodologie, aan
de wetenschappelijke onderbouw en dergelijke. Het is
juist dat er geen cijfers werden gegeven, maar er werden
belangrijke nieuwe elementen ingevoerd, zoals meet-
instrumenten om de geboekte resultaten te bepalen,
alsook een opvolgingssysteem dat aangeeft of de richt-
lijnen effectief worden gevolgd.
De negen vooropgestelde federale prioriteiten in het
programma, zullen uiteraard niet tegelijk kunnen worden
uitgevoerd en er zal dus een keuze moeten worden
gemaakt. Onder andere de heer Annemans vroeg naar
deze prioriteiten. Welnu, vooraf wil ik zeggen dat wat de
aangelegenheden betreft die Justitie aanbelangen en
bijgevolg onder mijn bevoegdheid ressorteren, ik so-
wieso de nodige inspanningen zal leveren. Sommige
materies beschouw ik evenwel dringender dan andere. Ik
wens absolute prioriteit te geven aan ten eerste, de
gewelddelicten en de stadscriminaliteit omdat zij het
sociaal gevoel in onze maatschappij aantasten, met alle
gevolgen vandien en, ten tweede, het jeugdsanctierecht
dat een antwoord moet bieden op de moeilijke omstan-
digheden waarin aan jongeren de nodige opvang moet
worden geboden om zich opnieuw te integreren in de
maatschappij.
Er zijn ook een tiental actiemiddelen opgesomd, waarvan
er twee mijn absolute voorkeur wegdragen en voor mij,
op het vlak van justitie, prioritair zijn, met name het
normstellend optreden en de bestrijding van corruptie. Bij
het normstellend optreden legt men een aantal zaken
vast die niet door de vingers zullen worden gezien en
waarop absoluut moet worden gereageerd. Het betreft
hier toestanden die voor ons onaanvaardbaar zijn. De
corruptie willen wij bestrijden onder meer door de oprich-
ting van een federale anticorruptiedienst.
Mijnheer de voorzitter, ik wil ook even de methodologie
bespreken. We hebben niet voor juridische concepten
gekozen. Zoiets had ons in een soort van harnas gesto-
ken. We hebben wel voor criminologische begrippen of
figuren gekozen, omdat die de regering in staat stellen
om een zekere soepelheid te hanteren bij de bestrijding
van de fenomenen die zich aandienen. Wij willen dit
planmatig bestrijden. Dat is de reden waarom wij voor elk
van
de
negen
prioriteiten
hebben
gevraagd
een
veiligheidsprogramma uit te schrijven dat we stap voor
stap zullen uitvoeren. Ik wil even de vergelijking met
Nederland maken omdat men daar al ervaring heeft met
veiligheidsplannen. Sinds 1995 heeft men daar een
evolutie kunnen vaststellen. Hun veiligheidsprogramma's
zijn er op dezelfde manier ingebed en ingekaderd en
worden aan de noodwendigheden aangepast.
Ten
slotte
wil
ik
nogmaals
herhalen
dat
deze
programma's volledig in overeenstemming zijn met de
politieplannen die, conform de wet op de politie-
hervormingen, moeten worden uitgevoerd.
J'en arrive aux de´lais retenus. Il y a trois types de de´lais
dans le cadre desquels nous voulons re´aliser nos priori-
te´s : le de´lai court d'un an maximum, le de´lai a` moyen
terme d'un an a` deux ans et le de´lai a` long terme d'une
dure´e de quatre ans. Notre plan e´tablit une approche
horizontale et globale de la se´curite´. Horizontale, c'est-
a`-dire d'abord une action organise´e aupre`s des citoyens,
des e´coles et surtout des acteurs sociaux de terrain ou`
les gens se rencontrent et ou` la vie sociale s'e´panouit.
HA 50
PLEN 045
27
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Verwilghen
De horizontale invulling heb ik hier net weergegeven.
Maar, we hebben ook een verticale invulling nodig, die
van het laagste tot het hoogste niveau zal gaan; van het
lokale niveau -indien noodzakelijk verfijnd tot de hot-
spots, waar de zijn problemen gesitueerd - tot en met het
federale of internationale niveau. Wij hebben er altijd op
aangedrongen dat dit zou gebeuren zoals in het buiten-
land. In dit land werd reeds eerder beslist dat de publieke
en private sector moeten samenwerken, voor zolang die
samenwerking een positieve connotatie inhoudt voor de
private sector.
Ten slotte, ik ben enigszins verrast door bepaalde deduc-
ties die men hier in de Kamer doet om te kunnen
verklaren dat er onenigheid in de regering is. Meer zelfs,
men beweert dat die onenigheid zich vertaalt tot in mijn
kabinet. Mijnheer Van Peel, als u daar zo van overtuigd
bent, kan ik u alleen het volgende vragen. Hoe komt het
dat u dat zo goed weet ?
Je confirme au colle`gue Viseur que la re´organisation de
mon cabinet n'a strictement rien a` voir avec la philoso-
phie des plans de se´curite´ et de de´tention. En effet, ces
plans ont e´te´ e´tablis et leur application doit e^tre mise au
point, dans les mois a` venir, au cours de discussions
avec divers services.
Mijnheer de voorzitter, ik wil u herinneren aan het feit dat
de timing een belangrijk aspect is. Momenteel hebben de
diverse diensten, die ik daarstraks heb opgesomd, tot 31
maart de tijd om te reageren op het voorliggend plan.
Daarna zal de regering de besprekingen hernemen om te
kunnen afronden in april of mei. Op dat ogenblik willen wij
een definitief veiligheidsplan voorleggen dat op het zo-
juist toegelichte concept zal zijn gebaseerd. Op dat
moment zal ik het vertrouwen van de Kamer vragen.
De heer Gerolf Annemans (Vlaams Blok) : Mijnheer de
minister, ik dank u voor uw antwoord omdat u uw belofte
bent nagekomen en aan het parlement uitleg hebt ver-
schaft en uw veiligheidsplan hebt voorgesteld.
Als ik hoor wie er allemaal zijn zeg moet krijgen bij het
opstellen van uw veiligheidsplan wens ik u veel geluk. Ik
vrees dat uw paard er als een dromedaris zal uitkomen.
Mijnheer de minister, het parlement neemt er akte van
dat u op 21 december 1999 uw voorstel in de Minister-
raad hebt ingediend, dat een kernkabinet er zich over
gebogen heeft en interkabinettenwerkgroepen langdurig
en uitvoerig hebben vergaderd. Wellicht komt daar de
groene inkt vandaan. Wellicht is de PS daar in slaap
gevallen maar nadien weer wakker geschoten.
Mijnheer de minister, u hebt geen antwoord gegeven op
mijn vraag waar de PS van wakker ligt. U hebt ons de
eigenlijke achtergrond van het verzet van de PS niet
kunnen uitleggen. Was het alleen maar een spelletje
Verwilghen pesten of steekt er een politieke reden ach-
ter ? Dit debat heeft ons terzake niet wijzer gemaakt.
Ik betreur dat.
U hebt aangetoond dat het een regeringsdocument is
waarover consensus bestaat in de regering en dat men
moet niet beweren dat dit niet het geval is. Vraag blijft
echter waar de rel vandaan komt ? We zullen de actua-
liteit van de volgende weken met argusogen moeten
volgen om de achterliggende reden te weten te komen.
Op onze kritiek dat uw plan geen prioriteiten bevat, hebt
u vanop de tribune verkondigd dat geweldscriminaliteit,
stadscriminaliteit en jeugdcriminaliteit voor u prioriteiten
zijn. We wensen u veel geluk want dit staat niet in de
tekst. Het federaal veiligheidsplan bevat geen elementen
om te mogen veronderstellen dat u van deze soorten
criminaliteit prioriteiten gaat maken. Wij zijn bereid te
wachten op het definitieve document. Op dat ogenblik
zullen we kunnen vaststellen of uw verklaringen vanop
de tribune stroken met de inhoud van het definitieve
veiligheidsplan.
U hebt gezegd dat het een goed plan is omdat het zowel
uit linkse als uit rechtse hoek kritiek krijgt. Mijnheer de
minister, een dergelijke redenering gaat niet op. Dit soort
redeneringen hoor ik reeds jaren verkondigen. De op-
dracht die de opeenvolgende ministers van Justitie de
voorbije 15 jaar van de kiezer hebben gekregen, was niet
ervoor te zorgen dat de straathoekwerkers, de psycho-
logen en sociologen ook kritiek konden hebben op het
justitieel beleid. De opdracht was niet te laveren tussen
de kiesuitslag en de sociologen. Neen, een beleidsman
heeft te luisteren naar de kiezer. De redenering dat de
kiezer die de voorbije 15 jaar verkiezing na verkiezing
een rechtse boodschap de wereld heeft ingestuurd,
tevreden moet zijn omdat het plan niet rechts is maar zich
tussen links en rechts bevindt, is een redenering die geen
rekening houdt met de verkiezingsuitslagen. Zo lang het
beleid dit niet wil inzien, zal de kiezer via het Vlaams Blok
blijven roepen om een rechtsere, krachtigere, duidelijk-
ere en hardere aanpak van de criminaliteit. Op dit ogen-
blik wordt die vraag van de kiezer niet beantwoord, tenzij
u de PS die u de voorbije week belachelijk heeft gemaakt
niet op een ordentelijke manier kunt terugfluiten.
Het Vlaams Blok zal toekijken en de verschillen blootleg-
gen tussen de boodschap van de kiezer en het definitief
veiligheidsplan.
De heer Marc Van Peel (CVP) : Mijnheer de minister, ik
wil reageren op uw laatste opmerking over mijn analyses
over wat er op uw kabinet gebeurd is. De reden dat ik dit
weet is vrij eenvoudig, mijnheer de minister. Er zijn maar
twee mogelijke redenen. Er zijn 6 of 7 inhoudelijke
medewerkers die u amper zes maanden geleden in
dienst hebt genomen. Ofwel stelt u nu vast dat dit totaal
de verkeerde mensen waren - en ik denk niet dat dit het
geval is; u voert een verstandiger personeelsbeleid -,
28
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Van Peel
ofwel is er sprake van een ernstig inhoudelijk menings-
verschil. Het gaat niet over e´e´n persoon, het gaat over
een groepsuittocht. U moet er dus geen groot deductief
vermogen voor hebben om dit te kunnen uitmaken.
Mijnheer de minister, ik weet niet of u het hebt gemerkt,
maar na uw uiteenzetting - waarin trouwens een heel
aantal positieve punten zaten - werd op de banken van
de heer Eerdekens en de heer Vandermaelen niet geap-
plaudisseerd. Op de banken van de heer Eerdekens, die
ons straks zal vertellen wat de heer Di Rupo nu weer in
petto heeft, is er in ieder geval niet geapplaudisseerd.
Dat verwondert mij niet.
Het siert u dat u niet alleen uw plan bent komen toelich-
ten, maar dat u ook duidelijke prioriteiten hebt gesteld
over het jeugdsentierecht, het bestrijden van de jeugd-
delinquentie en de veel voorkomende stadscriminaliteit.
Deze prioriteiten onderschrijven wij volledig. We hebben
dit ook gedaan in het geval van het snelrecht.
De schoen wringt echter bij de leden van de PS. U hebt
gezegd dat sommigen - ik neem aan dat dit de heer Di
Rupo is omdat hij het plan overroepen heeft toen het ging
over de publiek- en privaatrechtelijke samenwerkingsver-
banden - ter kwader trouw het probleem overroepen. Ik
denk inderdaad dat ze het op deze manier doen.
De vraag is des te prangender, mijnheer de minister. Uw
analyse is ook de onze. De veel voorkomende straat-
criminaliteit moet beter worden aangepakt, de jeugdde-
linquentie moet worden bestreden en drugs moeten met
een goede opsporingsrichtlijn worden bestreden. Dit zijn
prioriteiten waarvoor u een ruime Vlaamse meerderheid
zou hebben. De PS zet echter voortdurend op een
brutale manier de voet dwars. Dat is de zwakke schakel
op dit moment.
U zegt zelf dat het plan op het kernkabinet en in
verschillende interkabinettenwerkgroepen werd bespro-
ken. Waarom zijn de PS-kritieken toen niet gei¨nte-
greerd ? Waarom komt u dan op deze tribune manhaftig
verklaren dat dit uw prioriteiten zijn ? Voer ze uit en laat
u de wet niet dicteren door de heer Di Rupo.
Ten slotte, mijnheer de minister, hebt u geantwoord op
onze babbelboxkritieken. U hebt daarvoor uit een artikel
geciteerd. U weet toch wat de kop van dat artikel was ?
Die luidde :
De ondraaglijke lichtheid van de minister
van Justitie
. Dat was de titel van het artikel. U hebt daar
de twee zinnen uitgehaald die wat positief klonken.
Desalniettemin hebt u onze steun voor de prioriteiten die
u hier naar voren hebt geschoven. Als oppositie willen wij
alleen weten of u de steun van heel de regering hebt.
De heer Karel Van Hoorebeke (VU&ID) : Mijnheer de
minister, de heer Van Peel heeft gelijk wanneer hij zegt
dat uw uiteenzetting heel verhelderend was en inderdaad
een aantal positieve punten heeft aangebracht. Daarom
is het zo jammer dat uw veiligheidsplan dit lot heeft
moeten ondergaan, mer bepaald het smadelijk afvoeren
van een bespreking ervan in de gemeenschappelijke
commissies van Justitie van Kamer en Senaat. Wat u hier
hebt gebracht, had u ook aan die gemeenschappelijke
commissie kunnen voorleggen. Wij hadden er dan rustig
van gedachten over kunnen wisselen, terwijl dit vandaag
niet is gelukt.
Ik begrijp nog altijd niet wat het huidige statuut van dit
plan is. Volgens u is het een werkdocument, dat aan 14
overheidsdiensten, de Gemeenschappen en alle minis-
ters werd toegezonden. Er werd in interkabinetten-
werkgroepen over gesproken. Waarom kon het dan ook
niet worden besproken in de commissie van het parle-
ment, zodat ook de ideee¨n van de parlementsleden in de
eindtekst konden worden opgenomen ?
Het is onbegrijpelijk dat dit verbod er is gekomen. Het is
niet echt een verbod van de eerste minister, maar een
verbod van de PS, via de heer Di Rupo die daarvoor de
eerste minister heeft ingeschakeld. U bent natuurlijk
loyaal aan de eerste minister, maar vandaag blijft de
oorzaak van dit feit onduidelijk.
Mijnheer de minister, u hebt mijns inziens iets te veel de
nadruk gelegd op het feit dat u maar de regisseur bent in
het ganse geheel. Dat is natuurlijk juist. U hebt uw
veiligheidsplan, dat ook op het terrein zal moeten worden
uitgevoerd. Daarvoor hebt u de politiehervorming en de
politiediensten nodig.
Mijnheer de minister, als u zegt maar de regisseur te zijn
in het ganse geheel, dan wijst u op de achilleshiel van
deze hervorming. Wilt u Justitie hervormen, wilt u uw
prioriteiten
verwezenlijken,
met
name
de
stads-
criminaliteit aanpakken en het jeugdsanctierecht uitbou-
wen, dan hebt u ook een performante politiedienst nodig.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, wij hebben
er vandaag de grootste twijfels over dat die politie-
hervorming op een performante wijze zal worden door-
gevoerd. Wat de minister van Binnenlandse Zaken de
laatste weken van die politiehervorming maakt, doet
twijfels rijzen over de manier waarop dit project zal
worden gerealiseerd.
Mijnheer de minister, zo kom ik tot de tijdsplanning. U
hebt gezegd dat tegen 31 maart alle adviezen binnen
moeten zijn, dat in april en mei u zich erover zult buigen
om eind mei, begin juni met een duidelijk document naar
het parlement te gaan. Mijnheer de minister, dit zal te laat
zijn. Er zal teveel tijd verlopen zijn. Ik vrees dat wij
uiteindelijk een aantal maanden zullen hebben kwijtge-
speeld, periode die ons had kunnen toelaten om op een
performante wijze met dat veiligheidsplan van start te
gaan. Vandaar ons grote voorbehoud.
HA 50
PLEN 045
29
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Karel Van Hoorebeke
Mijnheer de minister, laten wij zo spoedig mogelijk over
uw definitieve tekst debatteren, zodat wij samen met de
partijen die bereid zijn dit regeringsbeleid te ondersteu-
nen, het plan concreet kunnen uitvoeren.
De voorzitter : Tot besluit van deze bespreking werden
volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion, des motions ont e´te´
de´pose´es.
Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door
de heer Jean-Jacques Viseur en luidt als volgt :
De Kamer, gehoord de interpellaties van de heren
Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques Viseur
en Karel Van Hoorebeke
en het antwoord van de minister van Justitie, - betreurt
dat de regering haar federaal veiligheidsplan niet vo´o´r
het einde van het jaar heeft voorgesteld, zoals zij had
beloofd;
- beveelt de regering aan haar veiligheids- en penitentiair
beleidsplan zo snel mogelijk aan het parlement voor te
leggen, zodat het kan worden besproken.
Une premie`re motion de recommandation a e´te´ de´pose´e
par M. Jean-Jacques Viseur et est libelle´e comme suit :
La Chambre, ayant entendu les interpellations de
MM. Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques
Viseur et Karel Van Hoorebeke
et la re´ponse du ministre de la Justice, - de´plore que le
gouvernement n'ait pas pre´sente´ son plan fe´de´ral de
se´curite´ avant la fin de l'anne´e dernie`re, comme il s'y
e´tait engage´;
- recommande au gouvernement de pre´senter au parle-
ment son plan de se´curite´ et de politique pe´nitentiaire
dans les plus brefs de´lais afin qu'un de´bat ait lieu sur
cette question.
Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Tony Van Parys, Jo Vandeurzen en Servais
Verherstraeten en luidt als volgt :
De Kamer, gehoord de interpellaties van de heren
Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques Viseur
en Karel Van Hoorebeke
en het antwoord van de minister van Justitie, vraagt dat
de minister van Justitie in de commissie Justitie van de
Kamer het veiligheidsplan zou toelichten om het parle-
ment toe te laten hierover het debat te voeren.
Une deuxie`me motion de recommandation a e´te´ de´-
pose´e par MM. Tony Van Parys, Jo Vandeurzen et
Servais Verherstraeten et est libelle´e comme suit :
La Chambre, ayant entendu les interpellations de
MM. Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques
Viseur et Karel Van Hoorebeke
et la re´ponse du ministre de la Justice, demande que le
ministre de la Justice vienne commenter le plan de
se´curite´ en commission de la Justice de la Chambre, afin
de permettre au parlement d'y consacrer un de´bat.
Een derde motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Gerolf Annemans en Bart Laeremans en luidt
als volgt :
De Kamer, gehoord de interpellaties van de heren
Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques Viseur
en Karel Van Hoorebeke
en het antwoord van de minister van Justitie, - stelt vast
dat het huidige veiligheidsplan absoluut geen waarbor-
gen biedt voor een efficie¨nte en harde aanpak van de
criminaliteit, - vraagt de regering haar huiswerk over te
doen.
Une troisie`me motion de recommandation a e´te´ de´pose´e
par MM. Gerolf Annemans et Bart Laeremans et est
libelle´e comme suit :
La Chambre, ayant entendu les interpellations de
MM. Gerolf Annemans, Marc Van Peel, Jean-Jacques
Viseur et Karel Van Hoorebeke
et la re´ponse du ministre de la Justice, - constate que
l'actuel plan de se´curite´ ne pre´sente absolument aucune
garantie pour une approche efficace et re´solue de la
criminalite´;
- demande au gouvernement de remettre son ouvrage
sur le me´tier.
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heren
Claude Eerdekens, Hugo Coveliers, Joos Wauters, Fred
Erdman en mevrouw Jacqueline Herzet.
Une motion pure et simple a e´te´ de´pose´e par
MM. Claude Eerdekens, Hugo Coveliers, Joos Wauters,
Fred Erdman et Mme Jacqueline Herzet.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking
is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ulte´rieurement. La
discussion est close.
Wetsontwerpen en voorstellen
Projets de loi et propositions
Wetsontwerp
houdende
goedkeuring
van
het
samenwerkingsakkoord tussen de Gemeenschappe-
lijke
Gemeenschapscommissie,
de
Franse
Gemeenschapscommissie en de Federale Staat in-
zake de begeleiding en behandeling van daders van
seksueel misbruik (overgezonden door de Senaat)
(352/1 en 2)
30
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
voorzitter
Projet de loi portant assentiment de l'accord de
coope´ration entre la Commission communautaire
commune, la Commission communautaire franc¸aise
et l'Etat fe´de´ral relatif a` la guidance et au traitement
d'auteurs d'infractions a` caracte`re sexuel (transmis
par le Se´nat) (352/1 et 2)
La discussion ge´ne´rale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Mme Jacqueline Herzet, rapporteur : Monsieur le pre´si-
dent, je me re´fe`re a` mon rapport e´crit.
Le pre´sident : Quelqu'un demande-t-il encore la pa-
role ? (Non)
Vraagt nog iemand het woord ? (Nee)
La discussion ge´ne´rale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons a` la discussion des articles. Le texte
adopte´ par la commission sert de base a` la discussion.
(Rgt 66,4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door
de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de
bespreking. (Rgt 66,4) (352/1)
Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.
Aucun amendement n'a e´te´ de´pose´.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 a` 3 sont adopte´s article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangeno-
men.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensem-
ble du projet de loi aura lieu ulte´rieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming
over het geheel van het wetsontwerp zal later plaatsvin-
den.
Wetsontwerp tot wijziging van artikel 1409 van het
Gerechtelijk Wetboek, met het oog op de aanpassing
van het bedrag van het loon dat niet vatbaar is voor
overdracht of beslag (overgezonden door de Senaat)
(383/1 tot 10)
Projet de loi modifiant l'article 1409 du Code judi-
ciaire, en vue d'adapter la quotite´ non cessible ou
non saisissable de la re´mune´ration (transmis par le
Se´nat) (383/1 a` 10)
Ce projet de loi a e´te´ renvoye´ en commission, apre`s
pre´sentation par le rapporteur, lors de la se´ance ple´nie`re
du 17 fe´vrier 2000.
La discussion ge´ne´rale est reprise.
De algemene bespreking is hervat.
Mevrouw Greta D'Hondt, rapporteur : Mijnheer de voor-
zitter, mijnheer de minister, collega's, in mijn verslag
tijdens de plenaire vergadering van vorige week, 17
februari 2000, van de bespreking van wetsontwerp nr.
383, kon ik meedelen dat de commissie voor de Sociale
Zaken dit wetsontwerp unaniem had goedgekeurd. Door
dit wetsontwerp, gebaseerd op het wetsvoorstel van
CVP-senator Bea Cantillon, worden de grenzen van het
loon dat voor beslag in aanmerking komt verhoogd met
2 000 frank per kind ten laste, waardoor een niet onbe-
langrijke werkloosheidsval wordt weggewerkt.
De minister van Justitie heeft onmiddellijk na mijn verslag
aangekondigd om, via een amendement op dit wetsont-
werp, uitvoering te willen geven aan een onderdeel van
het met de sociale partners gesloten akkoord dat betrek-
king heeft op het loonbeslag. Mijnheer de voorzitter, op
uw voorstel werd beslist om dit wetsontwerp opnieuw te
verzenden naar de commissie voor de Sociale Zaken.
Als gevolg van deze beslissing hield de commissie op 22
februari 2000 een vergadering. Er werden vier regering-
samendementen ingediend. Bij aanvaarding van het
hoofdamendement nr. 1, regelen de drie andere amen-
dementen de conformiteit van de artikelen van het Ge-
rechtelijk Wetboek. Het hoofdamendement van de rege-
ring, amendement nr. 1, beoogde de vervanging van het
tweede lid van § 1 van artikel 2 van het wetsontwerp en
verleent zo uitvoering aan het reeds geciteerde akkoord
met de sociale partners, waardoor het voor beslag vrij-
gestelde deel van het loon uit arbeid wordt verhoogd.
Na aanvaarding van dit geamendeerde wetsontwerp zal
op het loon uit arbeid voor de inkomensschijf tussen
29 000 frank en 32 000 frank in de toekomst slechts 30%
vatbaar worden gesteld voor beslag in plaats van de
huidige 40%. Het beslag van een vijfde voor de
inkomensschijf tussen 27 000 frank en 29 000 frank en
het beslag van 40% voor de inkomensschijf tussen
32 000 frank en 35 000 frank blijven behouden, evenals
het niet voor beslag vatbaar zijn van de inkomens lager
dan 27 000 frank en het voor 100% beslag vatbaar zijn
van de inkomens boven de 35 000 frank.
In de commissie rezen moeilijkheden bij het interpreteren
van al deze cijfers. De sociale partners hanteerden in hun
voorstellen
gei¨ndexeerde
bedragen,
terwijl
in
het
regeringsamendement
gedesindexeerde
bedragen
moesten worden gebruikt, opdat deze bedragen konden
worden ingeschreven in artikel 1409 van het Gerechtelijk
Wetboek. Door het ingewikkelde mechanisme van in-
dexering en desindexering diende het door de sociale
partners voorgestelde bedrag van 38 000 frank, in artikel
1409 terecht te worden omgezet in 32 000 frank.
HA 50
PLEN 045
31
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Greta D'Hondt
In antwoord op een vraag van uw rapporteur over de
toepassing van de formules van indexering en des-
indexering op de gehanteerde inkomensschijven, heeft
de minister bevestigd dat de gehanteerde inkomens-
schijven niet de volledige vertaling zijn van het akkoord,
gesloten met de sociale partners. De regering heeft
beslist slechts rekening te houden met het gemiddelde
van de door de sociale partners voorgestelde percenta-
ges, zodat deze percentages konden worden ingepast in
het artikel 1409. In dit artikel mag niet met vorken worden
gewerkt, wat de sociale partners oorspronkelijk wel had-
den gedaan.
Mijnheer de voorzitter, ik wil, als rapporteur voor de leden
van de commissie en bij lezing van het voorlopige
verslag, mijn felicitaties overbrengen aan de leden van
het secretariaat van de commissie voor de Sociale
Zaken, die dit voorlopige verslag hebben opgesteld. Zij
zijn erin geslaagd om de wirwar van indexatie en des-
indexatie om te zetten in een voor de commissieleden
verstaanbare taal. Zij leveren in dit voorlopig verslag
vergelijkbaar materiaal tussen gei¨ndexeerde en gedes-
indexeerde cijfers. Diegenen die de besprekingen in de
commissie voor de Sociale Zaken hebben meegemaakt,
weten dat sommige commissieleden het ietwat moeilijker
hadden dan de anderen om hun weg te vinden tussen
indexatie en desindexatie. Deze felicitaties zijn welge-
meend, mijnheer de voorzitter.
Met hetzelfde amendement nummer 1 voegde de rege-
ring een paragraaf 1bis toe, waardoor de inkomsten uit
andere activiteiten - wat moet worden verstaan onder
vervangingsinkomens - onderhevig blijven aan de hui-
dige regels van beslag, zowel wat de inkomensschijven
als wat de percentages betreft.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik
moet ook vermelden dat de commissarissen van de
commissie voor de Sociale Zaken vo´o´r de vergadering
van 22 februari 2000 een brief met aangehechte docu-
menten hebben ontvangen van de heer Vanheukelen,
voorzitter van de Nationale Kamer van gerechtsdeur-
waarders. Die Kamer verklaart er voorstander van te zijn
dat, bij de bepaling van het inkomen dat voor loonbeslag
in aanmerking wordt genomen, ook de personen ten
laste in aanmerking worden genomen. De heer Vanheu-
kelen drukt echter de wens uit, namens de Nationale
Kamer van gerechtsdeurwaarders, de problematiek van
de niet voor beslag vatbare inkomens, op korte termijn
globaal te kunnen herbekijken.
Aldus keurde de commissie voor de Sociale Zaken
unaniem het geamendeerde wetsontwerp goed en, zoals
vorige week was afgesproken, zou ik vandaag in de
plenaire vergadering een mondeling verslag uitbrengen
en zouden we deze namiddag stemmen over dit wets-
ontwerp, zoals het op 22 februari is geamendeerd.
Dat zou echter iets te snel en te efficie¨nt zijn geweest.
Immers, bij het begin van deze plenaire vergadering
vroeg u ons, mijnheer de voorzitter, opnieuw te vergade-
ren met de commissie voor de Sociale Zaken, omdat er
een nieuw amendement was ingediend. Uw commissie
vergaderde om 14.30 u, onder het voorzitterschap van de
heer Wauters. Onderwerp waren twee amendementen
ingediend door de heer Wauters. Met die amendementen
wil de indiener de zekerheid inbouwen dat de oorsprong
van dit wetsontwerp - namelijk het voorstel van senator
Cantillon om de voor het beslag vrijgestelde inkomsten te
verhogen met 2 000 frank per persoon ten laste - zonder
discussie van toepassing te maken op de vervangings-
inkomens. De ingediende amendementen en het aldus
geamendeerde wetsontwerp werden door de commissie
voor de Sociale Zaken deze namiddag met unanimiteit
van stemmen goedgekeurd.
Mme Pierrette Cahay-Andre´ (PRL FDF MCC) : Mon-
sieur le pre´sident, monsieur le ministre, chers colle`gues,
le projet que nous examinons, aujourd'hui, s'inscrit dans
une politique familiale pour les petits revenus.
A notre e´poque, les de´penses des familles sont de plus
en plus lourdes a` porter. Les biens de consommation de
premie`re ne´cessite´ (alimentation, logement, chauffage,
sante´) prennent une large part du budget des me´nages.
En outre, l'e´ducation des enfants ne´cessite des moyens
supple´mentaires importants. C'est la raison pour laquelle
ce projet veut tenir compte des situations familiales.
Lorsque l'adversite´ frappe un foyer, et que saisie ou
cession de re´mune´rations ou de revenus interviennent, il
n'est pas rare de le voir basculer dans la pre´carite´, voire
la pauvrete´, avec toutes les conse´quences sociales que
cela suppose.
La majoration de 2000 francs par enfant a` charge de la
quotite´ salariale non saisissable ou non cessible de la
re´mune´ration ne constitue certes pas une panace´e.
D'autres mesures de correction seront encore ne´cessai-
res a` l'avenir.
De plus, ce projet rencontre aussi la proble´matique des
pie`ges a` l'emploi et de la re´insertion professionnelle des
personnes concerne´es par ces dispositions, personnes
qui ne sont gue`re encourage´es a` reprendre un travail si
c'est pour se voir saisir une partie significative de leur
re´mune´ration. Cela provoque ine´vitablement un effet
pervers.
Les amendements du gouvernement et de M. Wauters,
qui ont e´te´ adopte´s, traduisent les accords intervenus
entre les partenaires sociaux et s'inscrivent dans ce
sens. Comme Mme D'Hondt l'a dit, ils ont e´te´ adopte´s a`
l'unanimite´. Nous voterons donc ce projet de loi.
32
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Mevrouw Greta D'Hondt (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, de CVP is enorm ver-
heugd dat dit wetsontwerp vandaag kan worden goed-
gekeurd en dat om twee redenen. Ten eerste, bevestigt
het de continui¨teit in het beleid en, ten tweede, toont het
aan dat in alle constellaties, regeringen en meerder-
heden mensen te vinden zijn die bereid zijn om de familie
en de mensen met het laagste inkomen te verdedigen.
Wij zijn er fier op dat wij aan de basis van dit wetsontwerp
liggen en wij zijn ook de sociale partners uitermate
dankbaar omdat zij in hun akkoord de inkomensgrenzen
voor beslag en de percentages verhoogd hebben. Hier-
mee is niet alleen een enorme stap gezet in het wegwer-
ken van de werkloosheidsvallen maar ook in de
armoedebestrijding. Het verheugt ons dat families en
kinderen weer iets meer aandacht krijgen, mede door het
wetsvoorstel dat aan de basis van het wetsontwerp lag.
Door het vrijwaren van een bepaald inkomen kan ieder
gezin en iedere familie op een waardige wijze aan de
samenleving participeren.
Le pre´sident : La discussion ge´ne´rale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons a` la discussion des articles. Le texte
adopte´ par la commission sert de base a` la discussion.
(Rgt 66,4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door
de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de
bespreking. (Rgt 66,4) (383/10)
L'intitule´ du projet de loi a e´te´ modifie´ par la commission
en
projet de loi modifiant les articles 1409, 1409bis,
1410 et 1411 du Code judiciaire, en vue d'adapter la
quotite´ non cessible ou non saisissable de la re´mune´ra-
tion
.
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in
wets-
ontwerp tot wijziging van de artikelen 1409, 1409bis,
1410 en 1411 van het Gerechtelijk Wetboek, met het oog
op de aanpassing van het bedrag van het loon dat niet
vatbaar is voor overdracht of beslag
.
Le projet de loi compte 5 articles.
Het wetsontwerp telt 5 artikelen.
Aucun amendement n'a e´te´ de´pose´.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 a` 5 sont adopte´s article par article.
De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangeno-
men.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensem-
ble du projet de loi aura lieu ulte´rieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming
over het geheel van het wetsontwerp zal later plaatsvin-
den.
Voorstellen
tot
wijziging
van
het
Reglement
(448/1 en 2)
Propositions
de
modification
du
Re`glement
(448/1 et 2)
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
Le texte adopte´ par la commission sert de base a` la
discussion. (Rgt 66,4)
De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 66,4) (448/2)
Les propositions de modification du Re`glement portent
sur les articles 11, 18, 24, 25bis, 51, 55, 55bis, 96octies
(nouveau), 98bis (nouveau).
De voorstellen tot wijziging van het Reglement hebben
betrekking tot de artikelen 11, 18, 24, 25bis, 51, 55,
55bis, 96octies (nieuw), 98bis (nieuw).
De heer Marc Van Peel, rapporteur : Mijnheer de voor-
zitter, collega's, mijn verslag zal een beetje saai zijn maar
het is wel belangrijk want het gaat over ons reglement.
De bijzondere commissie voor het Reglement en voor de
Hervorming van de parlementaire Werkzaamheden heeft
twee vergaderingen gewijd aan de bespreking van een
aantal voorstellen tot wijziging van het Reglement. Sta
me toe even stil te staan bij de belangrijkste punten.
In een eerste punt ging het over de interne en externe
benoemingen en voordrachten. Aan de commissie wer-
den voorstellen voorgelegd tot invoeging van een nieuw
artikel 12bis en tot wijziging van de artikelen 11 en 12 van
het Reglement.
In artikel 11 wordt uitdrukkelijk bepaalt dat alle interne
benoemingen en voordrachten bij volstrekte meerderheid
dienen te gebeuren voor zover de Grondwet of de wet
niet anders bepaalt. In een nieuw artikel 12bis wordt een
nieuwe regeling voorgesteld met betrekking tot de ex-
terne benoemingen en voordrachten. Dit nieuwe artikel
zou de steeds toenemende gevallen moeten regelen
waarin de Kamer op basis van de wet of de Grondwet
benoemingen en voordrachten doet andere dan die in
parlementaire organen. Tot dusver gebeurde dit bij toe-
passing van de artikelen 11 en 12 met een volstrekte
meerderheid en via een geheime stemming.
De oorspronkelijk ingediende tekst voorzag in de moge-
lijkheid om te stemmen over een modellijst die door de
Conferentie van voorzitters werd geredigeerd op vraag
HA 50
PLEN 045
33
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Van Peel
van de voorzitter van de Kamer. Daarbij zou de Confe-
rentie streven naar een zo evenwichtig mogelijke, ik
citeer :
... vertegenwoordiging van alle democratische,
filosofische en ideologische strekkingen.
Bovendien zou
worden gestreefd naar een lijst die de steun geniet van
fracties die samen de vereiste meerderheid van de leden
van de Kamer vertegenwoordigen. Indien die modellijst
wordt aangenomen, zijn de kandidaten verkozen. Bij
gebrek aan modellijst of goedkeuring van de modellijst
kan worden overgegaan tot een lijststemming. Dit is het
huidige systeem.
De meerderheid van de leden maakte tijdens de bespre-
king in de commissie duidelijk dat ze voorstander is van
een nieuw systeem voor externe benoemingen, even-
tueel via een stemming over een modellijst. Toch werden
er diverse opmerkingen gemaakt over dat streven naar
een evenwichtige vertegenwoordiging van alle strekkin-
gen en over de vaststelling van de vereiste meerderheid
in de Conferentie van voorzitters. Bovendien had de heer
Bourgeois principie¨le bezwaren tegen het systeem van
modellijst. Hij is van oordeel dat die werkwijze de toets
van de wettigheidscontrole door de Raad van State niet
kan doorstaan. Andere leden vroegen zich dan weer af of
de motiveringsplicht voldoende wordt nageleefd bij een
stemming over een modellijst.
In de commissie werd hierover uitvoerig van gedachten
gewisseld en de commissie stemde uiteindelijk in met de
invoering van een nieuw artikel 12bis als rekening wordt
gehouden met de gemaakte opmerkingen. De volgende
principes moeten daarbij worden gerespecteerd. Ten
eerste, er moet steeds een consensus bestaan opdat
men op het vlak van de procedure met een modellijst kan
werken. Ten tweede, de voorzitter van de Kamer moet
zich ervan vergewissen dat de modellijst een vereiste
meerderheid geniet. Ten derde, de juridische dienst van
de Kamer wordt ermee belast na te gaan in hoeverre een
ree¨el risico bestaat dat een niet-benoemde kandidaat,
met een redelijke kans op slagen, in beroep kan gaan
tegen een benoeming door de Kamer in het algemeen of
tegen een benoeming via een modellijst in het bijzonder.
Op basis van die afspraak heeft de commissie beslist de
stemming over het nieuwe artikel 12bis uit te stellen en
de daarmee samenhangende wijziging van artikel
12 ook.
Een tweede belangrijk punt handelde over de redactie en
de termijnen van verslag in de commissie. In het huidige
artikel 18 worden een aantal nieuwe bepalingen inge-
voerd. Vooreerst wordt
in fine van het verslag van de
commissie over een wetsontwerp of -voorstel een lijst
toegevoegd waarin de bevoegde minister aanduidt welke
bepalingen
van
de
besproken
tekst
uitvoerings-
maatregelen
vergen.
Nota
bene,
in
een
ander
reglementsartikel wordt bepaald dat de Kamer om de zes
maand een overzicht publiceert van in het Belgisch
Staatsblad gepubliceerde wetten waarvoor de vereiste
uitvoeringsbesluiten nog niet werden genomen. De com-
missie vond dit een belangrijke innovatie in het verbete-
ren van de controle van het parlement en ging unaniem
akkoord met deze wijziging.
Dan is er een nieuw artikel 18/4A bis. Daarin wil men de
commissieleden laten beschikken over een duidelijk ge-
consolideerd voorstel van eindtekst vo´o´r de eind-
stemming in de commissie, wanneer er in de commissie
amendementen zijn aangenomen. In dat geval zal de
commissie niet meer onmiddellijk over het geheel van de
aangenomen tekst kunnen stemmen. Ze zal moeten
wachten tot ze beschikt over een geconsolideerde versie
van de aangenomen tekst, waarin de aangenomen
amendementen zijn verwerkt. Die geconsolideerde tekst
moet 48 uur vo´o´r de eindstemming in de commissie
beschikbaar zijn. Deze voorgestelde tekst heeft als be-
langrijke doelstelling de kwaliteit van de door de Kamer
aangenomen wetteksten te verbeteren door een zoge-
naamde legistieke bedenktijd in te bouwen. Deze nieuwe
procedure dient er niet alleen toe te zorgen dat de
kamerleden met kennis van zaken stemmen over het
geheel. Ze biedt de diensten ook de mogelijkheid om
bepaalde vergissen recht te zetten en wetgevings-
technische verbeteringen voor te stellen. Tijdens de
bespreking wordt van in het begin een consensus vast-
gesteld rond het principe van de voorgestelde wijziging.
Evenzeer wordt gewezen op het gevaar dat deze wijzi-
ging tot tijdverlies of obstructie zou kunnen leiden ten
aanzien van de snelle aanneming van belangrijke ont-
werpen. Daarom vind ik het nuttig om enigszins in detail
in te gaan op deze regeling.
Concreet betekent deze nieuwe regeling dat de juridi-
sche dienst van de Kamer de in de commissie geamen-
deerde voorstellen en ontwerpen aan een onderzoek zal
onderwerpen en zo nodig een wetgevingstechnische
nota zal opstellen. Die nota wordt ter beschikking gesteld
van de commissie. Op basis van deze nota en in overleg
met de commissievoorzitter en de rapporteur kan de
bevoegde commissiesecretaris in voorkomend geval op
de drukproef van de aangenomen tekst tekstverbeterin-
gen voorstellen die al dan niet door de commissie worden
aangenomen. Dit betekent dat binnen de aangenomen
tekst ook grafisch een onderscheid moet worden ge-
maakt tussen de tekstwijzigingen die het gevolg zijn van
amenderingen, en die bijvoorbeeld onderstreept zullen
worden zoals dat nu al het geval is, en de verbeteringen
voorgesteld door de dienst, die bijvoorbeeld hand-
geschreven in de marge kunnen worden voorgesteld. Het
spreekt overigens voor zich dat geen enkele wijziging
kan worden doorgevoerd zonder het akkoord van de
commissie. Let wel op het feit dat deze maatregel tot
verbetering van de kwaliteit van de aangenomen tekst los
staat van de reeds bestaande controles. Zo zal het
wetgevend secretariaat een voorafgaande wetgevings-
34
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marc Van Peel
technische controle blijven uitoefenen op de redactie van
de
wetsvoorstellen.
De
bevoegde
commissie-
secretarissen kunnen vanaf het begin van de besprekin-
gen in de commissie, al dan niet in overleg met de
juridische dienst, tekstverbeteringen suggereren. Het
spreekt voor zich dat deze regeling in bepaalde gevallen
tot een beperkt uitstel kan leiden. De diensten zullen dan
ook snel moeten werken. De enkele dagen uitstel echter
die deze procedure met zich zou kunnen brengen, zullen
ruimschoots worden teruggenomen door het feit dat er
minder terugzendingen zijn naar de commissie door het
kleinere aantal errata. Wij hebben dat vorige week en
vandaag nog meegemaakt.
Het spreekt voor zich dat er gevallen zullen zijn waarin
zelfs een uitstel van 48 uren teveel kan lijken, al moeten
die zoveel mogelijk vermeden worden. Daarom heeft uw
commissie beslist dat de termijn van 48 uur niet geldt,
wanneer voor het besproken ontwerp de urgentie is
verworven. De verplichting om te beschikken over een
geconsolideerde tekst, waarin alle aangenomen amen-
dementen zijn verwerkt, blijft dan weliswaar bestaan
maar de tekst moet in dat geval niet 48 uur voordien ter
beschikking van de commissieleden zijn. Deze wijziging
werd eenparig in uw commissie goedgekeurd.
Een andere wijziging waar ik niet lang bij zal blijven
stilstaan is dat de prerogatieven van de Kamervoorzitter
zullen worden uitgebreid inzake de verstoring van de
orde. Dit betreft echter een technische wijziging. minis-
ters zijn geen parlementsleden meer maar de voorzitter
moet hen uiteraard ook tot de orde kunnen roepen.
Ten vierde werd een regeling voorgesteld voor de
begeleidingscommissie van het vast Comite´ P die een-
parig is aangenomen.
Het voorlaatste punt betreft de sancties bij de schending
van de geheimhoudingsplicht. Het huidige artikel 55 bis
regelt de geheimhoudingsplicht in het kader van de
parlementaire onderzoekscommissies. Bovendien dient
ook op basis van de wet de geheimhoudingsplicht in het
kader van de werkzaamheden van de begeleidings-
commissie van het Comite´ P te worden geregeld. Het
gebeurt steeds vaker dat een of andere vorm van
geheimhoudingsplicht aan de kamerleden wordt opge-
legd, zoals bij de procedure van de naturalisaties.
Daarom vroeg de commissie de diensten een algemeen
artikel
te
redigeren,
dat
op
algemene
wijze
de
geheimhoudingsplicht regelt. Een nieuw artikel 55ter
bepaalde in een eerste versie dat onder deze algemene
geheimhoudingsplicht
zouden
ressorteren
de
onderzoekscommissies, de begeleidingscommissie van
het Comite´ P en de commissie voor de Naturalisaties.
Bovendien zou de Kamer dit - mits voldoende juridische
grondslag - kunnen uitbreiden naar welbepaalde dos-
siers en organen van de Kamer. Na bespreking in uw
commissie werd de commissie voor de Naturalisaties
voorlopig uit de lijst weggelaten in de context van een
nieuwe redactie van het reglementsartikel zelf over de
naturalisatie, om het in overeenstemming te brengen met
de nieuwe naturalisatieprocedure. Twee andere commis-
sies werden nominatim toegevoegd : de commissie voor
Inbeschuldigingstelling van ministers en de commissie
voor Vervolgingen. De mogelijkheid voor de Kamer om in
plenaire vergadering de geheimhoudingsplicht en de
sancties ook van toepassing te maken op welbepaalde
materies en organen van de Kamer, bleef uitdrukkelijk
weerhouden.
De sancties waarin wordt voorzien zijn dezelfde die reeds
gelden in onderzoekscommissies met dien verstande,
dat zij interactief zijn in de diverse organen waarop de
geheimhoudingsplicht slaat : ten eerste, het verlies van
het recht op lidmaatschap of bijwonen van vergaderingen
waarop de geheimhoudingsplicht van toepassing is; ten
tweede, inhouding van 20% van de parlementaire ver-
goeding gedurende drie maanden; ten derde geen ver-
vanging voor de fractie in de betrokken commissies. De
formele procedure blijft ongewijzigd : vaststelling van de
overtreding en mededeling van zijn beslissing aan de
plenaire vergadering door de Kamervoorzitter na advies
van de betrokken commissie en na het lid te hebben
gehoord. Deze aankondiging geeft geen aanleiding tot
debat.
Nog kort een laatste punt, met name de controle op de
uitvoering van de wetten. Ik heb daar reeds even allusie
op gemaakt. Ik verwijs naar het nieuwe systeem dat
wordt ingevoerd en waarbij een lijst van te nemen
uitvoeringsbesluiten aan elk goedgekeurd ontwerp of
voorstel wordt toegevoegd. De Kamer zal dan geregeld
- om de zes maanden - een overzicht publiceren van
goedgekeurde en gepubliceerde wetten waarvoor nog
niet de vereiste uitvoeringsbesluiten werden genomen.
Bovendien zal ook een overzicht worden gegeven van de
niet gepubliceerde wetten, zodat aan de regering kan
worden gevraagd welke redenen aan dit uitstel ten
grondslag liggen.
Tot daar het verslag. Ik wil ook van harte de diensten
danken die zeer uitvoerig en zeer hard hebben gewerkt
aan deze reglementswijziging en die mij mede in staat
hebben gesteld om een zeer grondig en uitgewerkt
verslag aan u voor te dragen. Los van mijn functie van
verslaggever wil ik nog zeggen dat onze fractie het hier
uiteraard ook mee eens is. Ik verheug mij er ten zeerste
over dat de controlemogelijkheden van de Kamer op de
uitvoerende macht toch wel wat groter worden, iets waar
ik blij mee was in de meerderheid en nog tevredener in
de oppositie.
De voorzitter : Mijnheer de rapporteur, u bent bedankt,
ook voor uw appreciatie voor deze diensten die, zoals
andere diensten van de Kamer, waardering verdienen.
HA 50
PLEN 045
35
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
De heer Geert Bourgeois (VU&ID) : Mijnheer de voor-
zitter, collega's, ik dank de rapporteur voor zijn correct
verslag en ik sluit mij aan bij de dankwoorden die hij heeft
gericht aan de diensten die inderdaad in deze uitstekend
werk hebben verricht en die de commissie heel goed
hebben begeleid.
Mijnheer de voorzitter, u weet dat wij bij de besprekingen
in de commissie tegenover de meeste van uw voorstellen
een positieve houding hadden. Over enkele punten wil ik
het hier niet hebben, zoals de regeling bij ordeverstoring
die u meer machten verleent dan vroeger. Ik denk dan
ook aan de vertrouwelijkheidsregeling en de mogelijkheid
om die te handhaven. Ook daar ga ik niet op in.
Wel wil ik even stilstaan bij twee goede punten, verbete-
ringen van de rol van het parlement. De heer Van Peel
heeft er ook reeds op gewezen. Het eerste is de afkoe-
lingsperiode. Wanneer er in een commissie amendemen-
ten worden goedgekeurd, zal er een afkoelingsperiode
worden ingevoerd. Daardoor wordt het de leden mogelijk
kennis te nemen van een ontwerp zoals dat er uit zal zien
na amendering. Ten vroegste 48 uur later zal er daarover
een stemming komen. Ik vind dit een goede regeling. In
de commissie was er even discussie of dit niet tot
tijdverlies zou leiden. Ik denk dat niet. Ik denk integen-
deel dat dit tijdwinst is.
Dit zal de kwaliteit van de wetgeving enkel ten goede
komen. Het zal vermijden dat er fouten worden gemaakt
en dat er achteraf verbeterende wetten, correcties en
dergelijke meer moeten worden goedgekeurd, wat geen
goed beeld geeft van het werk dat hier wordt geleverd.
Aan de buitenstaanders ontlokt het soms wel eens
schampere bedenkingen over een gebrek aan aandacht
voor de kwaliteit van de wetgeving.
Een tweede uitstekende wijziging die de controletaak van
het parlement verbetert is dat in de toekomst bij de
ontwerpen een lijst zal worden gevoegd van de bepalin-
gen die uitvoering behoeven. Bovendien zal, op regelma-
tige tijdstippen een lijst worden gepubliceerd van de
bekendgemaakte wetten waaraan nog geen uitvoering is
gegeven.
Ik vind dit een heel goed initiatief. Het zal de controletaak
van het parlement vergemakkelijken en de regering ertoe
aanzetten om werk te maken van de uitvoering van de
wetten die zijn goedgekeurd.
Wij onderschrijven deze voorstellen volledig. Ik wil er
enkel aan toevoegen, voorzitter, dat dit nog maar het
begin is. Ik bezorgde u destijds een lijst van zaken die
ertoe zouden kunnen bijdragen de rol en de taak van dit
parlement te verbeteren. Er zijn allerlei initiatieven aan de
gang, ook in de commissie voor de politieke Vernieuwing.
Ik noem, voor de vuist weg, een paar zaken op. We zijn
dringend toe aan een regeling, zoals deze in Nederland,
waarbij de voorontwerpen van de regering niet alleen aan
het middenveld of allerlei externe drukgroepen en andere
kanalen gecommuniceerd worden, maar dat ze ook,
zoals in het Vlaams parlement de regel is, ingediend
worden in het parlement. Zo kan het parlement zelf ook
zijn proactieve rol vervullen. Ik vind dit een essentie¨le
zaak.
Ik denk ook aan het probleem van het inzagerecht.
Collega Brepoels wees u daar een tijd geleden op. Het is
voor een parlementslid een ware lijdensweg om, gebruik-
makend van de wet op de openbaarheid van bestuur, net
zoals iedere andere burger, inzage te krijgen in een
aantal documenten. Ik vind dat wij een aparte regeling
moeten hebben. Ik wees er al enkele keren op dat
gemeenteraadsleden voor hun bevoegdheden over veel
uitgebreidere
controlemogelijkheden
beschikken
en
inzagerecht hebben. Wij hebben dit niet.
Tot slot wil ik uw aandacht en die van de collega's
vestigen op de bepaling die niet goedgekeurd werd, bij
gebrek aan overeenstemming daarover. Voor ons blijft
deze bepaling onaanvaardbaar. Ik heb het over de be-
paling dat voor externe benoemingen een modellijst zou
opgemaakt worden door de voorzitter van de Kamer, na
raadpleging van de fracties, en dat die lijst zou
streven
- dit is niet echt een legistiek woord zoals de heer Van
Peel terecht heeft opgemerkt - naar een evenwicht van
de democratische, filosofische en ideologische strekkin-
gen.
Wij zijn het daar niet mee eens. Wij zijn van oordeel dat,
als er externe benoemingen gebeuren in dit halfrond, die
ook moeten onderworpen zijn aan de regels zoals die
ontwikkeld zijn in de rechtspraak van de Raad van State.
Deze staan eveneens in artikel 151 van de Grondwet
voor de benoeming en bevordering van magistraten en
gelden thans ook voor beslissingen van deze Kamer als
administratief orgaan, met name wanneer deze Kamer
aanbestedingen doet, overheidsopdrachten gunt en be-
noemingen of bevorderingen doet.
Ik heb mij als enige tegen uw voorstel verzet. Wij zullen
ons daartegen blijven verzetten. Ik vind dat wij, als Kamer
en als wetgever, die van
lagere organen zoals
gemeente- en provincieraden eist dat zij bij benoemin-
gen, bevorderingen en zelfs bij geheime stemmingen een
rangschikking opstellen, een afweging maken van titels,
verdiensten, bekwaamheid en geschiktheid, ook op dit
punt het voorbeeld moeten geven.
Ik herhaal dat ik er helemaal niet zeker van ben dat,
wanneer de Kamer toch uw voorstel zou goedkeuren,
deze stand zou houden wanneer er een beroep zou
komen bij de Raad van State. De Raad van State is
daarvoor weliswaar wettelijk niet bevoegd. Volgens arti-
36
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Geert Bourgeois
kel 14 van de gecoo¨rdineerde wetten kan er enkel
getoetst worden bij gunning van overheidsopdrachten en
bij benoemingen en bevorderingen. Als de Raad van
State een dergelijke zaak zou voorgeschoteld krijgen, en
er wordt aangedrongen op een prejudicie¨le vraag, dan
zou het wel eens kunnen zijn dat deze regeling strijdig
blijkt te zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.
Voor ons is het hoe dan ook een principie¨le zaak.
Vandaag is dit niet aan de orde, maar ik stel er toch prijs
op hier te beklemtonen dat wij aan dergelijke regeling niet
zullen meewerken.
Le pre´sident : La discussion est close.
De bespreking is gesloten.
Aucun amendement n'a e´te´ de´pose´ ou rede´pose´.
Er werden geen amendementen ingediend of her-
ingediend.
Le vote sur les propositions de modification du Re`gle-
ment aura lieu ulte´rieurement.
De stemming over de voorstellen tot wijziging van het
Reglement zal later plaatsvinden.
Inoverwegingneming van voorstellen
Prise en conside´ration de propositions
Aan de orde is de inoverwegingneming van een reeks
voorstellen waarvan de lijst als bijlage gaat.
L'ordre du jour appelle la prise en conside´ration d'une
se´rie de propositions dont la liste est reprise en annexe.
Pas d'observation ?
Geen bezwaar ?
M. Jean-Pierre Grafe´ (PSC) : Je rappelle simplement
que j'ai cosigne´ la proposition n° 465 relative a` l'Ordre
des avocats.
Le pre´sident : Nous y viendrons dans un instant.
La prise en conside´ration est adopte´e.
De inoverwegingneming is dus aangenomen.
Rouwhulde
Eloge fune`bre
De voorzitter (voor de staande vergadering / devant
l'assemble´e debout)
: Op zaterdag 19 februari jongstle-
den is, op 85-jarige leeftijd, onze oud-collega de heer
Bert Van Hoorick overleden. Ik heb hem goed gekend en
heb acht jaar met hem in dit halfrond doorgebracht.
Bert Van Hoorick werd geboren in Aalst op 31 januari
1915. In onze vergadering vertegenwoordigde hij het
arrondissement Aalst van 1946 tot 1949 en van 1958 tot
1976.
Op zijn achttiende sloot hij zich aan bij de Belgische
Werkliedenpartij. Op het eind van de jaren '30 behoorde
hij tot de leiding van de Communistische Partij. Tijdens
de Tweede Wereldoorlog werd hij een zeer vooraan-
staand verzetslid. Hij werd aangehouden in januari 1943
en opgesloten in de concentratiekampen van Breendonk
en Buchenwald. Na de bevrijding in 1945 werd hij hoofd-
redacteur van De Rode Vaan, het partijblad van de
Communistische Partij.
En 1946, Bert Van Hoorick devient conseiller communal
communiste a` Alost et de´pute´ jusqu'en 1949. A la Cham-
bre, il prend la de´fense du
menu fretin de la collabora-
tion et fustige les collaborateurs e´conomiques.
Au lendemain des e´ve´nements tragiques en Hongrie, a`
l'automne 1956, Van Hoorick rompt avec le Parti com-
muniste et devient membre du Parti socialiste belge en
janvier 1957.
En 1958, Van Hoorick devient de´pute´ pour le parti
socialiste et le reste jusqu'en 1976. De 1971 a` 1974, il est
e´galement nomme´ Secre´taire de la Chambre. Il s'inte´-
ressait tout particulie`rement a` l'e´conomie re´gionale, a` la
politique e´trange`re et a` l'emploi. De 1959 a` 1971, il est
e´chevin de l'Enseignement et de la Culture a` Alost.
Bert Van Hoorick was in alle opzichten een opmerkelijk
en aantrekkelijk figuur. Hij bleef steeds attent voor wat er
aan de basis van de maatschappij gebeurde en voor de
wijze waarop de gewone burger sociale en economische
problemen ervaart. Dit blijkt duidelijk uit zijn memoires die
onder de titel
In tegenstroom, herinneringen 1919-1956
verschenen. Dit levensverhaal is eerst en vooral een
hulde aan degenen die voor hun overtuiging zijn geval-
len.
In juli 1991 kreeg hij de gouden Erepenning van het
Vlaams Parlement
omdat hij als trouwe aanhanger van
het authentieke socialisme met inzet van zijn vrijheid en
leven, gestreden heeft voor de solidariteit van alle ver-
volgden en verdrukten en omdat hij een van de pioniers
is geweest van een waarachtig Vlaamse sociaal-
democratische partij.
HA 50
PLEN 045
37
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
voorzitter
In uw naam heb ik aan zijn familie onze gevoelens van
medeleven betuigd.
Minister Marc Verwilghen : Mijnheer de voorzitter,
collega's, namens de regering wil ik mij aansluiten bij het
rouwbeklag naar aanleiding van het overlijden van de
gewezen volksvertegenwoordiger, schrijver en journalist
Bert Van Hoorick.
Bert Van Hoorick was vele jaren volksvertegenwoordiger
voor Aalst, secretaris van deze Kamer en van de toen-
malige Cultuurraad. Hij zal vriend en vijand bijblijven als
een integer politicus en een bewogen schrijver en jour-
nalist, die in snel veranderende tijden zijn idealen trouw is
gebleven. Vooral wil ik hem gedenken als getuige van de
Tweede Wereldoorlog en als een overlevende van de
nazikampen, die voor zijn politieke idealen een zo hoge
prijs betaalde. In dit verband wil ik hulde brengen aan alle
Belgen die in deze onvergetelijke jaren om hun politieke
idealen werden vervolgd en van hun menselijkheid wer-
den beroofd.
Dankbaar om deze grote getuige van een bewogen eeuw
wil ik deze vergadering uitnodigen hem in stilte te geden-
ken.
- De Kamer neemt een minuut stilte in acht.
- La Chambre observe une minute de silence.
Stemmingen
Votes
Voorstel tot wijziging van artikel 11 van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 11 du Re`gle-
ment (448/2)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 1)
Oui
134
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
1
Onthoudingen
Total
135
Totaal
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
De heer Danny Pieters (VU&ID) : Ik heb een stem-
afspraak met de heer Henk Verlinde.
M. Jean-Pol Henry (PS) : Je voulais voter
oui.
Voorstel tot wijziging van artikel 18 van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 18 du Re`gle-
ment (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot wijziging van artikel 24 van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 24 du Re`gle-
ment (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot wijziging van artikel 25bis van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 25bis du
Re`glement (448/2)
38
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot wijziging van artikel 51 van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 51 du Re`gle-
ment (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot wijziging van artikel 55 van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 55 du Re`gle-
ment (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot wijziging van artikel 55bis van het Regle-
ment (448/2)
Proposition de modification de l'article 55bis du
Re`glement (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot invoeging van een artikel 96octies
(nieuw) van het Reglement (448/2)
Proposition d'insertion d'un article 96octies (nou-
veau) du Re`glement (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Voorstel tot invoeging van een artikel 98bis (nieuw)
van het Reglement (448/2)
Proposition d'insertion d'un article 98bis (nouveau)
du Re`glement (448/2)
Peut-on conside´rer que le re´sultat du vote pre´ce´dent est
valable pour celui-ci ? (Oui)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook gelden voor
deze stemming ? (Ja)
(vote/stemming 1)
En conse´quence, la proposition de modification du Re`-
glement est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel tot wijziging van het Reglement
aangenomen. (448/2)
Motions de´pose´es en conclusion des interpellations de :
- M. Karel Van Hoorebeke sur
l'intervention de la police
a` l'occasion de la visite princie`re a` Anvers
(n° 231)
- M. Ludo Van Campenhout sur
l'intervention de la police
lors de la Joyeuse Entre´e a` Anvers
(n° 250)
- M. Guido Tastenhoye sur
la Joyeuse Entre´e a` Anvers
(n° 253)
Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van :
- de heer Karel Van Hoorebeke over
het optreden van de
politie naar aanleiding van het prinselijk bezoek te Ant-
werpen
(nr. 231)
HA 50
PLEN 045
39
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
- de heer Ludo Van Campenhout over
het politie-
optreden naar aanleiding van de Blijde Intrede in Antwer-
pen
(nr. 250)
- de heer Guido Tastenhoye over
de Blijde Intrede in
Antwerpen
(nr. 253)
Ces interpellations ont e´te´ de´veloppe´es en re´union pu-
blique de la commission de l'Inte´rieur, des Affaires ge´ne´-
rales et de la Fonction publique du 15 fe´vrier 2000.
Deze interpellaties werden gehouden in de openbare
vergadering van de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt van
15 februari 2000.
Trois motions ont e´te´ de´pose´es (n° 25/50) :
- une premie`re motion de recommandation a e´te´ de´-
pose´e par MM. Guido Tastenhoye et Koen Bultinck;
- une deuxie`me motion de recommandation a e´te´ de´-
pose´e par M. Karel Van Hoorebeke;
- une motion pure et simple a e´te´ de´pose´e par MM. Andre´
Fre´de´ric, Patrick Lansens, Tony Smets et Denis D'hondt
et Mme Kristien Grauwels.
Drie moties werden ingediend (nr. 25/50) :
- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Guido Tastenhoye en Koen Bultinck;
- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door
de heer Karel Van Hoorebeke;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de heren
Andre´ Fre´de´ric, Patrick Lansens, Tony Smets en Denis
D'hondt en mevrouw Kristien Grauwels.
La motion pure et simple ayant la priorite´ de droit, je mets
cette motion aux voix.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang
heeft, breng ik deze motie in stemming.
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
(Nee)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 2)
Oui
81
Ja
Non
52
Nee
Abstentions
3
Onthoudingen
Total
136
Totaal
La motion pure et simple est adopte´e. Par conse´quent,
les motions de recommandation sont caduques.
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg verval-
len de moties van aanbeveling.
Reden van onthouding ?
De heer Guido Tastenhoye (Vlaams Blok) : Mijnheer de
voorzitter, ik heb mij bij deze stemming onthouden om de
gelegenheid te krijgen aan de regering te vragen bij de
volgende Blijde Intrede van het prinsenpaar op 1 maart te
Gent, de rambo's van de ordedienst een beetje in toom te
houden.
Immers, politiemensen moeten volgens ons in de eerste
plaats worden ingezet om de criminaliteit te bestrijden en
niet om de vrije meningsuiting te beknotten.
De voorzitter : Mijnheer Pieters, ik noteer thans dat uw
onthouding het gevolg is van een stemafspraak.
Motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
M. Tony Van Parys sur
la nomination des membres du
Conseil de la concurrence
(n° 233)
Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de
heer Tony Van Parys over
de benoeming van de leden
van de Raad voor Mededinging
(nr. 233)
Cette interpellation a e´te´ de´veloppe´e en re´union publique
de la commission de l'Economie, de la Politique scienti-
fique, de l'Education, des Institutions scientifiques et
culturelles nationales, des Classes moyennes et de
l'Agriculture du 15 fe´vrier 2000.
Deze interpellatie werd gehouden in de openbare verga-
dering van de commissie voor het Bedrijfsleven, het
Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de nationale weten-
schappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en
de Landbouw van 15 februari 2000.
Deux motions ont e´te´ de´pose´es (n° 25/48) :
- une motion de recommandation a e´te´ de´pose´e par
MM. Tony Van Parys et Karel Van Hoorebeke;
- une motion pure et simple a e´te´ de´pose´e par Mmes
Anne Barzin et Muriel Gerkens et MM. Henk Verlinde,
Jacques Chabot et Bruno Van Grootenbrulle.
Twee moties werden ingediend (nr. 25/48) :
- een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heren Tony Van Parys en Karel Van Hoorebeke;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames
Anne Barzin en Muriel Gerkens en de heren Henk
Verlinde, Jacques Chabot en Bruno Van Grootenbrulle.
La motion pure et simple ayant la priorite´ de droit, je mets
cette motion aux voix.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang
heeft, breng ik deze motie in stemming.
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
40
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
De heer Tony Van Parys (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
de benoeming van de voorzitter van de Raad voor
Mededinging is onwettig.
Inderdaad, de desbetreffende wet bepaalt dat de voorzit-
ter van de Raad voor Mededinging tweetalig moet zijn,
maar uit het dossier blijkt dat de benoemde voorzitter
behoort tot de Franstalige rol en geenszins het bewijs
leverde van zijn kennis van de Nederlandse taal.
Zelfs uit het benoemingsbesluit blijkt dat de basis-
voorwaarde terzake niet werd vervuld, aangezien in de
voorwaardelijke wijs werd gestipuleerd :
Gelet op het feit
dat kandidaat X zou bewijzen dat hij de kennis heeft van
de Nederlandse taal...
.
Ik nodig de leden van deze assemblee dus uit de
eenvoudige motie niet aan te nemen, want anders keu-
ren zij de onwettige benoeming van de voorzitter van de
Raad voor Mededinging goed.
De voorzitter : Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 3)
Oui
80
Ja
Non
44
Nee
Abstentions
11
Onthoudingen
Total
135
Totaal
La motion pure et simple est adopte´e. Par conse´quent, la
motion de recommandation est caduque.
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt
de motie van aanbeveling.
Motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
M. Luc Paque sur
la tarification des droits d'expertise de
l'Institut d'expertise ve´te´rinaire a` l'attention des petits
abattoirs
(n° 242)
Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van de
heer Luc Paque over
het tarief van de keuringsrechten
dat het Instituut voor veterinaire keuring de kleine slacht-
huizen aanrekent
(nr. 242)
Cette interpellation a e´te´ de´veloppe´e en re´union publique
de la commission de la Sante´ publique, de l'Environne-
ment et du Renouveau de la Socie´te´ du 15 fe´vrier 2000.
Deze interpellatie werd gehouden in de openbare verga-
dering van de commissie voor de Volksgezondheid, het
Leefmilieu en de Maatschappelijke Hernieuwing van 15
februari 2000.
Deux motions ont e´te´ de´pose´es (n° 25/49) :
- une motion de recommandation a e´te´ de´pose´e par
M. Luc Paque;
- une motion pure et simple a e´te´ de´pose´e par Mmes
Colette Burgeon, Maggie De Block et Anne-Mie Des-
cheemaeker.
Twee moties werden ingediend (nr. 25/49) :
- een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Luc Paque;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames
Colette Burgeon, Maggie De Block en Anne-Mie De-
scheemaeker.
La motion pure et simple ayant la priorite´ de droit, je mets
cette motion aux voix.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang
heeft, breng ik deze motie in stemming.
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ?
M. Luc Paque (PSC) : Monsieur le pre´sident, chers
colle`gues, en commission de la Sante´ publique, j'avais
attire´ l'attention de la ministre sur la situation dans
laquelle se trouvent les petits abattoirs. Je sais qu'elle
n'est en charge du dossier que depuis le mois
d'aou^t 1999, mais il n'en demeure pas moins que le
28 septembre - soit un mois plus tard -, elle a fait
approuver par le gouvernement l'arre^te´ royal qui fixait
pre´cise´ment les tarifs. Il en re´sulte que la situation
financie`re des petites exploitations est devenue si mau-
vaise que plusieurs d'entre elles sont sur le point de
devoir cesser leurs activite´s.
A l'heure ou` l'on pro^ne la diversification dans le monde
agricole, ainsi que la production de produits de qualite´,
ces infrastructures ont un ro^le essentiel a` jouer aux
niveaux e´conomique, de la sante´ et de l'emploi, plus
pre´cise´ment dans les zones rurales. La motion que j'ai
de´pose´e demande donc au gouvernement de de´finir, de
toute urgence, une re´glementation adapte´e a` ces exploi-
tations, a` savoir une tarification qui soit lie´e au poids des
animaux contro^le´s et non plus au temps de prestation
que les ve´te´rinaires y consacrent.
Par conse´quent, le groupe PSC ne soutiendra pas la
motion pure et simple.
De voorzitter : Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
HA 50
PLEN 045
41
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
(stemming/vote 4)
Oui
79
Ja
Non
50
Nee
Abstentions
4
Onthoudingen
Total
133
Totaal
La motion pure et simple est adopte´e. Par conse´quent, la
motion de recommandation est caduque.
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt
de motie van aanbeveling.
Raison d'abstention ?
M. Robert Denis (PRL FDF MCC) : Monsieur le pre´si-
dent, je me suis abstenu de voter cette motion pure et
simple pour pouvoir rappeler aussi souvent qu'il le faudra
a` Mme la ministre de la Sante´ publique qu'elle doit
modifier les arre^te´s de financement de l'Institut d'exper-
tise ve´te´rinaire. Tels qu'ils existent actuellement, ces
arre^te´s de financement favorisent les grandes entrepri-
ses industrielles au de´triment des petites entreprises
artisanales. Or, ce sont ces entreprises-la` qui, dans leur
ensemble, occupent le plus de personnel et qui nous
fournissent des produits de qualite´, souvent labellise´s,
auxquels nous tenons beaucoup.
Motions de´pose´es en conclusion de l'interpellation de
Mme Greta D'Hondt sur
les supple´ments d'honoraires
re´clame´s dans les ho^pitaux
(n° 245)
Moties ingediend tot besluit van de interpellatie van me-
vrouw Greta D'Hondt over
de ereloonsupplementen in
ziekenhuizen
(nr. 245)
Cette interpellation a e´te´ de´veloppe´e en re´union
publique de la commission des Affaires sociales du
16 fe´vrier 2000.
Deze interpellatie werd gehouden in de openbare verga-
dering van de commissie voor de Sociale Zaken van
16 februari 2000.
Deux motions ont e´te´ de´pose´es (n° 25/51) :
- une motion de recommandation a e´te´ de´pose´e par Mme
Greta D'Hondt et MM. Luc Goutry et Jean-Jacques
Viseur;
- une motion pure et simple a e´te´ de´pose´e par Mmes
Maggy Yerna et Pierrette Cahay-Andre´ et MM. Jef Valk-
eniers et Joos Wauters.
Twee moties werden ingediend (nr. 25/51) :
- een motie van aanbeveling werd ingediend door me-
vrouw Greta D'Hondt en de heren Luc Goutry en Jean-
Jacques Viseur;
- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames
Maggy Yerna en Pierrette Cahay-Andre´ en de heren Jef
Valkeniers en Joos Wauters.
La motion pure et simple ayant la priorite´ de droit, je mets
cette motion aux voix.
Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang
heeft, breng ik deze motie in stemming.
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
Mevrouw Greta D'Hondt (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
collega's, tijdens de vorige legislatuur hebben wij samen
met de collega's van SP en PS, vooral bij monde van de
heren Lenssens en Vermassen, de toenmalige minister
van Sociale Zekerheid verzocht om een wettelijk initiatief
te nemen dat ertoe zou leiden de ereloonsupplementen
in de ziekenhuizen aan banden te leggen en te regle-
menteren. Wij zijn toen in ons opzet geslaagd. Op
1 januari 2000 is de geldigheid van deze regeling verlo-
pen. Met deze motie willen wij de minister in beleefde en
voorzichtige termen aanmanen om geen tijd te verliezen
bij de oplossing van dit vacuu¨m. De minister is van goede
wil, dat betwijfelen we niet. Deze motie wil hem een zetje
bij geven. Het is voor onze fractie onaanvaardbaar dat de
terechte vraag naar privacy van een zieke, die het meest
kwetsbaar en afhankelijk is, zich in een verschil in
ereloonsupplement mag vertalen. Met deze motie vragen
wij aan de minister om de prachtige realisatie van de
vorige coalitie, die er onder impuls van de heren Lens-
sens en Vermassen kwam, op zeer korte termijn opnieuw
toe te passen. Wij moeten vaststellen dat wij niet meer
dezelfde partners hebben voor dit onderwerp.
De voorzitter : Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 5)
Oui
80
Ja
Non
53
Nee
Abstentions
3
Onthoudingen
Total
136
Totaal
La motion pure et simple est adopte´e. Par conse´quent, la
motion de recommandation est caduque.
De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt
de motie van aanbeveling.
Projet de loi contenant le re`glement de´finitif des budgets
des services d'administration ge´ne´rale de l'Etat et d'or-
ganismes d'inte´re^t public pour l'anne´e 1989 ou pour des
anne´es ante´rieures (sans rapport) (230/1)
42
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
voorzitter
Wetsontwerp houdende eindregeling van de begrotingen
van de diensten van algemeen bestuur van de Staat en
van instellingen van openbaar nut van het jaar 1989 of
voorgaande jaren (zonder verslag) (230/1)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
(Nee)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 6)
Oui
121
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
16
Onthoudingen
Total
137
Totaal
En conse´quence, la Chambre adopte le projet de loi. Il
sera soumis a` la sanction royale.
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal
aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.
(230/2)
Proposition de loi de M. Servais Verherstraeten modifiant
l'article 171, 5°, du Code des impo^ts sur les revenus 1992
(100/5)
Wetsvoorstel van de heer Servais Verherstraeten tot
wijziging van artikel 171, 5°, van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 (100/5)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
(Nee)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 7)
Oui
136
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
0
Onthoudingen
Total
136
Totaal
En conse´quence, la Chambre adopte la proposition de
loi. Elle sera transmise en tant que projet au Se´nat.
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal
als ontwerp aan de Senaat worden overgezonden.
(100/6)
Proposition de M. Daniel Bacquelaine et consorts visant
a` instituer une commission d'enque^te parlementaire
charge´e de de´terminer les circonstances exactes de
l'assassinat de Patrice Lumumba et l'implication e´ven-
tuelle des responsables politiques belges dans celui-ci
(312/4)
Voorstel van de heer Daniel Bacquelaine c.s. tot oprich-
ting van een parlementaire onderzoekscommissie belast
met het vaststellen van de precieze omstandigheden
waarin Patrice Lumumba werd vermoord en van de
eventuele betrokkenheid daarbij van Belgische politici
(312/4)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ?
M. Daniel Fe´ret (FN) : Monsieur le pre´sident, monsieur
le ministre, chers colle`gues, le doute que j'ai exprime´ hier
devant notre assemble´e quant a` une issue positive des
travaux de la commission parlementaire charge´e de faire
la lumie`re sur l'assassinat de Patrice Lumumba a e´te´
confirme´ et me^me amplifie´ par les interventions de
plusieurs porte-paroles dans le de´bat.
J'ai releve´ un passage singulie`rement inte´ressant dans la
de´claration de notre colle`gue Lefevre qui s'exprimait au
nom des de´mocrates chre´tiens francophones. Redevenu
se´rieux apre`s une excursion hors sujet pour fustiger une
fois de plus Jo¨rg Haider - prenez garde, monsieur
Lefevre, faire du hors-piste vous expose a` des avalan-
ches -, M. Lefevre mettait en garde les libe´raux dont on
pourrait mettre a` jour l'implication a` e´galite´ avec celle des
autres partis dans l'affaire Lumumba.
(Des cliquetis se font entendre dans la salle)
Le colle`gue Lefevre ne croit pas si bien dire tant il est vrai
qu'a` cette e´poque s'e´tait re´alise´e en Belgique une union
nationale des trois forces politiques, une union sacre´e,
contre le premier premier ministre congolais.
En tout e´tat de cause, une chose est certaine : les partis
politiques qui sont force´ment hors de cause, parce qu'ils
ont un alibi en be´ton, sont le Vlaams Blok, la Volskunie,
ECOLO-AGALEV et le Front national.
Notre colle`gue Willems, parlant hier au nom de la Volk-
sunie, a fait remarquer avec pertinence que les exe´cu-
tants de´signe´s comme assassins de Lumumba sont
toujours en vie et qu'on peut de`s lors les interroger.
Comme je l'ai dit, ils ne se sont d'ailleurs pas prive´s de
parader sur les e´crans de te´le´vision en Allemagne, mais
depuis qu'il est question d'une enque^te parlementaire, ils
sont devenus subitement amne´siques.
HA 50
PLEN 045
43
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Daniel Fe´ret
Que l'on cesse en tout cas de nous faire croire qu'ils sont
morts... ou alors les morts re´pondent au te´le´phone.
Pourquoi continuer a` taire ce que tout le monde sait ?
Lumumba a e´te´ exe´cute´ par des barbouzes au service de
la Belgique, des barbouzes tueurs, que l'on appelle, dans
nos services secrets, des effaceurs - ou des tueurs de
crocodiles quand ils ope`rent en Afrique -, commandite´s
par des politiques. Je le re´pe`te, cela ne se fit pas pour
raison d'Etat mais pour prote´ger les inte´re^ts financiers de
particuliers au plus haut niveau.
Les libe´raux viennent d'allumer une me`che. La dynamite
pourrait leur exploser au visage. Je ne les plaindrai point
et ne serai pas le dernier a` en rire.
C'est pourquoi je voterai sans he´sitation pour la re´union
d'une commission d'enque^te, me^me si je ne puis m'em-
pe^cher de craindre qu'elle ne soit empe^che´e de recher-
cher toute la ve´rite´.
Le pre´sident : Chers colle`gues, ce n'est pas parce que
vous ne voulez pas entendre un orateur qu'il faut faire du
bruit.
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 8)
Oui
121
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
16
Onthoudingen
Total
137
Totaal
En conse´quence, la proposition est adopte´e.
Bijgevolg is het voorstel aangenomen. (312/5)
Reden van onthouding ?
De heer Filip Anthuenis (VLD) : Mijnheer de voorzitter,
ik heb mij onthouden omdat ik mij niet kan overtuigen van
het nut van het oprichten van een dergelijke commissie.
Wetsontwerp
houdende
goedkeuring
van
het
samenwerkingsakkoord tussen de Gemeenschappe-
lijke
Gemeenschapscommissie,
de
Franse
Gemeenschapscommissie en de Federale Staat in-
zake de begeleiding en behandeling van daders van
seksueel misbruik (overgezonden door de Senaat)
(352/1)
Projet de loi portant assentiment de l'accord de
coope´ration entre la Commission communautaire
commune, la Commission communautaire franc¸aise
et l'Etat fe´de´ral relatif a` la guidance et au traitement
d'auteurs d'infractions a` caracte`re sexuel (transmis
par le Se´nat) (352/1)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
(Non)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 9)
Oui
120
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
16
Onthoudingen
Total
136
Totaal
En conse´quence, la Chambre adopte le projet de loi. Il
sera soumis a` la sanction royale.
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal
aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.
(352/2)
Projet de loi modifiant les articles 1409, 1409bis, 1410
et 1411 du Code judiciaire, en vue d'adapter la quotite´
non cessible ou non saisissable de la re´mune´ration
(nouvel intitule´) (transmis par le Se´nat) (383/10)
Wetsontwerp tot wijziging van de artikelen 1409,
1409bis, 1410 en 1411 van het Gerechtelijk Wetboek,
met het oog op de aanpassing van het bedrag van het
loon dat niet vatbaar is voor overdracht of beslag
(nieuw opschrift) (overgezonden door de Senaat)
(383/10)
Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
44
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 10)
Oui
137
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
0
Onthoudingen
Total
137
Totaal
En conse´quence, le projet de loi est adopte´ a` l'unanimite´.
Etant donne´ qu'il a e´te´ amende´, il sera renvoye´ au Se´nat.
Bijgevolg is het wetsontwerp eenparig aangenomen.
Gezien het geamendeerd werd, zal het naar de Senaat
worden teruggezonden. (383/11)
Projet de re´vision du titre II de la Constitution en vue
d'y inse´rer des dispositions nouvelles permettant
d'assurer la protection des droits de l'enfant a` l'inte´-
grite´ morale, physique, mentale et sexuelle (transmis
par le Se´nat) (424/1)
Ontwerp houdende herziening van titel II van de
Grondwet om nieuwe bepalingen in te voegen die de
bescherming van de rechten van het kind op morele,
lichamelijke, geestelijke en seksuele integriteit ver-
zekeren (overgezonden door de Senaat) (424/1)
Un projet de re´vision de la Constitution doit e^tre adopte´
conforme´ment a` l'article 195 de la Constitution.
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une de´claration
avant le vote ?
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring ?
De heer Danny Pieters (VU&ID) : Mijnheer de voorzitter,
collega's, de bescherming van het kind ligt ons na aan
het hart. We waren allemaal geschokt door de gebeurte-
nissen van enkele jaren geleden. Velen van ons hebben
deelgenomen aan de witte marsen. De hervorming van
gerecht en politie is een antwoord op de schok van toen.
De rechten van het kind zijn te belangrijk voor ons om
vandaag deel te nemen aan een vertoning waarbij een
tekst in de Grondwet wordt ingeschreven waarvan nie-
mand, tijdens geen enkele fase in de besprekingen, ons
de juridische waarde heeft kunnen duidelijk maken. De
eerdere bespreking van dit belangrijk amenderingswerk
aan de Grondwet laat vermoeden dat velen hier zullen
meehuilen met de wolven en - baat het niet, dan schaadt
het niet - het toch maar zullen goedkeuren. Wij scharen
ons aan de kant van het kind, dat roept :
De keizer heeft
geen kleren aan
.
Mevrouw Alexandra Colen (Vlaams Blok) : Mijnheer de
voorzitter, collega's, het Vlaams Blok heeft drie funda-
mentele bemerkingen gemaakt inzake het ontwerp tot
herziening van titel II van de Grondwet.
Ten eerste, de discussie moet niet gaan over de bescher-
ming van rechten maar over de bescherming van kinde-
ren. Met deze bepalingen zullen kinderen minder in
plaats van meer beschermd zijn.
Ten tweede, dit ontwerp ondermijnt het ouderlijk gezag
over de kinderen. Het is gericht tegen de ouders en niet
tegen de Dutroux's.
Ten slotte, als men toch over rechten wil spreken, is het
bijzonder hypocriet dat het meest fundamentele recht
van een kind, het recht op leven en geboren worden,
helemaal niet wordt vermeld.
Om al deze redenen kan het Vlaams Blok dit ontwerp niet
goedkeuren.
Mme Jacqueline Herzet (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, chers colle`gues, nous sommes tre`s fiers que
certaines parmi nous aient pris l'initiative de ce texte. Je
pense notamment a` Mme de 'T Serclaes qui a e´te´ la
premie`re a` de´poser un texte au Se´nat.
Contrairement a` ce que les pre´ce´dents orateurs ont
de´clare´, nous sommes tous persuade´s que la re´vision de
ce titre de la Constitution permettra de mieux prote´ger les
enfants.
Nous voulions poser un geste symbolique, c'est vrai,
mais aussi un geste politique tre`s fort. Nous voulons
pre´server tous les enfants de la violence, quelle qu'elle
soit et ou` qu'elle soit.
Je demande a` l'assemble´e de voter en conscience pour
cette re´vision de la Constitution, comme l'a d'ailleurs fait
le Se´nat a` l'unanimite´.
Mevrouw Yolande Avontroodt (VLD) : Mijnheer de voor-
zitter, collega's, de VLD zal dit ontwerp met overtuiging
goedkeuren. De opname van dit artikel in de Grondwet
strekt ertoe een ruimere houvast te geven omdat de
grondwetsbepaling een rechtstreekse werking in de in-
terne rechtsorde verzekert.
De voorzitter : Begin van de stemming / De´but du vote.
Heeft iedereen gestemd en zijn stem gecontroleerd ? /
Tout le monde a-t-il vote´ et ve´rifie´ son vote ?
Einde van de stemming / Fin du vote.
Uitslag van de stemming / Re´sultat du vote.
(stemming/vote 11)
Oui
114
Ja
Non
0
Nee
Abstentions
22
Onthoudingen
Total
136
Totaal
HA 50
PLEN 045
45
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
voorzitter
Le quorum des pre´sents est atteint. La majorite´ des 2/3
est acquise. En conse´quence, la Chambre adopte le
projet de re´vision du titre II de la Constitution. Il sera
soumis a` la sanction royale.
Het quorum van de aanwezigen is bereikt. De 2/3 meer-
derheid is verworven. Bijgevolg neemt de Kamer het
ontwerp houdende herziening van titel II van de Grond-
wet aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden
voorgelegd. (424/3)
Adoption de l'ordre du jour
Goedkeuring van de agenda
Nous devons nous prononcer sur le projet d'ordre du jour
que vous propose la Confe´rence des pre´sidents.
Wij moeten ons thans uitspreken over de ontwerp-
agenda die de Conferentie van voorzitters u voorstelt.
Pas d'observation ? (Non) La proposition est adopte´e.
Geen opmerkingen ? (Nee) Het voorstel is aangenomen.
De vergadering is gesloten.
La se´ance est leve´e.
- De vergadering wordt gesloten om 17.48 uur. Volgende
plenaire
vergadering
donderdag
2
maart
2000
om 14.15 uur.
- La se´ance est leve´e a` 17.48 heures. Prochaine se´ance
ple´nie`re jeudi 2 mars 2000 a` 14.15 heures.
46
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
BIJLAGE
ANNEXE
PLENAIRE VERGADERING
SEANCE PLENIERE
DONDERDAG 24 FEBRUARI 2000
JEUDI 24 FE
uVRIER 2000
STEMMINGEN
VOTES
Detail van de naamstemmingen
Détail des votes nominatifs
De uitslag van elke naamstemming alsmede de verklaringen na
sluiting van de stemming worden vermeld in het corpus van het
Beknopt Verslag en van de Parlementaire Handelingen
Le résultat de chaque vote nominatif ainsi que les déclarations
après vote figurent dans le corps du
Compte rendu analytique
et des
Annales parlementaires
Vote nominatif n° 1 - Naamstemming nr. 1
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois,
Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Colen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block,
De Clerck, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Man, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt,
Detremmerie, D'haeseleer, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fe´ret,
Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Grauwels, Harmegnies, Hendrickx, Herzet, Hove,
Janssens, Laenens, Laeremans, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre, Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain,
Mayeur, Michel, Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Mortelmans, Paque, Peeters, Picque´, Pieters Dirk, Pieters
Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Schoofs, Seghin, Sevenhans, Smets Andre´, Smets Tony, Somers,
Spinnewyn, Talhaoui, Tant, Tastenhoye, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Van den
Broeck, Van den Eynde, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van
Grootenbrulle, Van Hoorebeke, Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen,
Van Weert, Verherstraeten, Versnick, Viseur Jean-Jacques, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Pieters Danny.
Vote nominatif n° 2 - Naamstemming nr. 2
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel,
Coenen, Collard, Coveliers, De Block, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker,
Desmedt, D'hondt Denis, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris,
Grauwels, Harmegnies, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lejeune, Lenssen,
Maingain, Mayeur, Michel, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Peeters, Picque´, Schalck, Schellens, Seghin, Smets Tony,
Somers, Talhaoui, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft,
Van der Maelen, Van Grootenbrulle, Vanhoutte, Vanoost, Vanvelthoven, van Weddingen, Versnick, Wauters, Wauthier, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Borginon, Bourgeois, Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Colen, Creyf, De Clerck, De
Man, Detremmerie, D'haeseleer, D'Hondt Greta, Eyskens, Fe´ret, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Hendrickx, Laeremans, Langendries,
Lefevre, Leterme, Milquet, Mortelmans, Paque, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schauvliege, Schoofs, Sevenhans,
Smets Andre´, Spinnewyn, Tant, Van de Casteele, Van den Broeck, Van den Eynde, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Hoorebeke, Van
Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Van Weert, Verherstraeten, Viseur Jean-Jacques, Willems.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Pieters Danny, Tastenhoye, Tavernier.
HA 50
PLEN 045
47
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Vote nominatif n° 3 - Naamstemming nr. 3
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel,
Coenen, Collard, Coveliers, De Block, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker,
Desmedt, D'hondt Denis, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Grauwels,
Harmegnies, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lejeune, Lenssen, Maingain, Michel,
Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Peeters, Picque´, Schalck, Schellens, Seghin, Smets Tony, Somers, Talhaoui,
Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen,
Van Grootenbrulle, Vanhoutte, Vanoost, Vanvelthoven, van Weddingen, Versnick, Wauters, Wauthier, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Borginon, Bourgeois, Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Colen, Creyf, De Clerck, De
Man, D'haeseleer, D'Hondt Greta, Eyskens, Fe´ret, Goutry, Goyvaerts, Hendrickx, Laeremans, Leterme, Mortelmans, Pieters Dirk,
Pieters Trees, Pinxten, Schauvliege, Schoofs, Sevenhans, Spinnewyn, Tant, Tastenhoye, Van de Casteele, Van den Broeck, Van den
Eynde, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Hoorebeke, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Van Weert, Verherstraeten, Willems.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Detremmerie, Grafe´, Langendries, Lefevre, Milquet, Paque, Pieters Danny, Poncelet, Smets Andre´,
Tavernier, Viseur Jean-Jacques.
Vote nominatif n° 4 - Naamstemming nr. 4
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel,
Coenen, Collard, Coveliers, De Block, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Depreter, Descheemaeker, Desmedt,
D'hondt Denis, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Grauwels,
Harmegnies, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lejeune, Lenssen, Maingain, Michel,
Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Peeters, Picque´, Schalck, Schellens, Seghin, Smets Tony, Somers, Talhaoui,
Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen,
Van Grootenbrulle, Vanhoutte, Vanoost, Vanvelthoven, van Weddingen, Versnick, Wauters, Wauthier, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Borginon, Bourgeois, Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Colen, Creyf, De Clerck, De
Man, D'haeseleer, D'Hondt Greta, Fe´ret, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Hendrickx, Laeremans, Langendries, Lefevre, Leterme, Milquet,
Mortelmans, Paque, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schauvliege, Schoofs, Sevenhans, Smets Andre´, Spinnewyn, Tant,
Tastenhoye, Van de Casteele, Van den Broeck, Van den Eynde, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Hoorebeke, Van Parys, Van Peel,
Vanpoucke, Van Weert, Verherstraeten, Viseur Jean-Jacques, Willems.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Denis, Detremmerie, Pieters Danny, Tavernier.
Vote nominatif n° 5 - Naamstemming nr. 5
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel,
Coenen, Collard, Coveliers, De Block, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker,
Desmedt, D'hondt Denis, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Grauwels,
Harmegnies, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lejeune, Lenssen, Maingain, Mayeur,
Michel, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Peeters, Picque´, Schalck, Schellens, Seghin, Smets Tony, Somers, Talhaoui,
Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Van
Grootenbrulle, Vanhoutte, Vanoost, Vanvelthoven, van Weddingen, Versnick, Wauters, Wauthier, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Borginon, Bourgeois, Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Colen, Creyf, De Clerck, De
Man, Detremmerie, D'haeseleer, D'Hondt Greta, Eyskens, Fe´ret, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Hendrickx, Laeremans, Langendries,
Lefevre, Leterme, Milquet, Mortelmans, Paque, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schauvliege, Schoofs, Sevenhans,
Smets Andre´, Spinnewyn, Tant, Tastenhoye, Van de Casteele, Van den Broeck, Van den Eynde, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van
Hoorebeke, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Van Weert, Verherstraeten, Viseur Jean-Jacques, Willems.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Pieters Danny, Tavernier, Timmermans.
48
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Vote nominatif n° 6 - Naamstemming nr. 6
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois, Brepoels,
Brouns, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block, De Clerck, Decroly, De Croo, de
Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt, Detremmerie, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi,
Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Grafe´, Grauwels,
Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre,
Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain, Mayeur, Michel, Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Paque, Peeters,
Picque´, Pieters Danny, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Seghin, Smets Andre´, Smets
Tony, Somers, Talhaoui, Tant, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Vandenhove,
Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Grootenbrulle, Van Hoorebeke,
Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen, Van Weert, Verherstraeten,
Versnick, Viseur Jean-Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Annemans, Bouteca, Bultinck, Colen, De Man, D'haeseleer, Fe´ret, Goyvaerts, Laeremans, Mortelmans,
Schoofs, Sevenhans, Spinnewyn, Tastenhoye, Van den Broeck, Van den Eynde.
Vote nominatif n° 7 - Naamstemming nr. 7
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois,
Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Colen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block,
De Clerck, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Man, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt,
D'haeseleer, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fe´ret, Fre´de´ric, Genot,
Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Grauwels, Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet, Hove, Janssens,
Laenens, Laeremans, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre, Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain, Mayeur,
Michel, Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Mortelmans, Paque, Peeters, Picque´, Pieters Danny, Pieters Dirk,
Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Schoofs, Seghin, Sevenhans, Smets Andre´, Smets Tony, Somers,
Spinnewyn, Talhaoui, Tant, Tastenhoye, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Van den
Broeck, Van den Eynde, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van
Grootenbrulle, Van Hoorebeke, Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen,
Van Weert, Verherstraeten, Versnick, Viseur Jean-Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Personne - Niemand.
Vote nominatif n° 8 - Naamstemming nr. 8
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Ansoms, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois, Brepoels, Brouns,
Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block, De Clerck, Decroly, De Croo, de Donne´a,
Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt, Detremmerie, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi, Drion,
Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fe´ret, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Grafe´, Grauwels,
Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre,
Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain, Mayeur, Michel, Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Paque, Peeters,
Picque´, Pieters Danny, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Seghin, Smets Andre´, Smets
Tony, Somers, Talhaoui, Tant, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Vandenhove,
Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Grootenbrulle, Van Hoorebeke,
Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen, Van Weert, Verherstraeten,
Versnick, Viseur Jean-Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Annemans, Anthuenis, Bouteca, Bultinck, Colen, De Man, D'haeseleer, Goyvaerts, Laeremans, Mortelmans,
Schoofs, Sevenhans, Spinnewyn, Tastenhoye, Van den Broeck, Van den Eynde.
HA 50
PLEN 045
49
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Vote nominatif n° 9 - Naamstemming nr. 9
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois, Brepoels,
Brouns, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block, De Clerck, Decroly, De Croo, de
Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt, Detremmerie, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi,
Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Grafe´, Grauwels,
Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre,
Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain, Mayeur, Michel, Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Paque, Peeters,
Picque´, Pieters Danny, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Seghin, Smets Andre´, Smets
Tony, Somers, Talhaoui, Tant, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van de Casteele, Vandenhove, Vanden Poel-
Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van Grootenbrulle, Van Hoorebeke, Vanhoutte, Vanoost, Van
Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen, Van Weert, Verherstraeten, Versnick, Viseur Jean-
Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Annemans, Bouteca, Bultinck, Colen, De Man, D'haeseleer, Fe´ret, Goyvaerts, Laeremans, Mortelmans,
Schoofs, Sevenhans, Spinnewyn, Tastenhoye, Van den Broeck, Van den Eynde.
Vote nominatif n° 10 - Naamstemming nr. 10
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Annemans, Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Borginon, Bourgeois,
Bouteca, Brepoels, Brouns, Bultinck, Burgeon, Cahay-Andre´, Chabot, Chastel, Coenen, Colen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block, De
Clerck, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Man, De Meyer, Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt, Detremmerie,
D'haeseleer, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens, Erdman, Eyskens, Fe´ret, Fre´de´ric, Genot,
Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Goyvaerts, Grafe´, Grauwels, Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet, Hove, Janssens, Laenens,
Laeremans, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre, Lejeune, Lenssen, Leterme, Maingain, Mayeur, Michel,
Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Mortelmans, Paque, Peeters, Picque´, Pieters Danny, Pieters Dirk, Pieters
Trees, Pinxten, Poncelet, Schalck, Schauvliege, Schellens, Schoofs, Seghin, Sevenhans, Smets Andre´, Smets Tony, Somers,
Spinnewyn, Talhaoui, Tant, Tastenhoye, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Van den
Broeck, Van den Eynde, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen, Van Eetvelt, Van
Grootenbrulle, Van Hoorebeke, Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen,
Van Weert, Verherstraeten, Versnick, Viseur Jean-Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Willems, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Personne - Niemand.
Vote nominatif n° 11 - Naamstemming nr. 11
Ont re´pondu oui - Voor hebben gestemd :
Les membres-De leden : Ansoms, Anthuenis, Avontroodt, Bacquelaine, Bartholomeeussen, Bonte, Brouns, Burgeon, Cahay-Andre´,
Chabot, Chastel, Coenen, Collard, Coveliers, Creyf, De Block, De Clerck, Decroly, De Croo, de Donne´a, Dehu, Delize´e, De Meyer,
Denis, Depreter, Descheemaeker, Desmedt, Detremmerie, D'hondt Denis, D'Hondt Greta, Douifi, Drion, Dufour, Eeman, Eerdekens,
Erdman, Eyskens, Fre´de´ric, Genot, Gerkens, Giet, Gilkinet, Goris, Goutry, Grafe´, Grauwels, Harmegnies, Hendrickx, Henry, Herzet,
Hove, Janssens, Laenens, Lahaye, Langendries, Lano, Lansens, Larcier, Leen, Lefevre, Lejeune, Leterme, Maingain, Mayeur, Michel,
Milquet, Minne, Moerman Fientje, Moerman Jean-Paul, Paque, Peeters, Picque´, Pieters Dirk, Pieters Trees, Pinxten, Poncelet,
Schalck, Schauvliege, Schellens, Seghin, Smets Andre´, Smets Tony, Somers, Talhaoui, Tant, Tavernier, Timmermans, Valkeniers, Van
Aperen, Van Campenhout, Van de Casteele, Vandenhove, Vanden Poel-Welkenhuysen, van der Hooft, Van der Maelen, Vandeurzen,
Van Eetvelt, Van Grootenbrulle, Vanhoutte, Vanoost, Van Parys, Van Peel, Vanpoucke, Van Rompuy, Vanvelthoven, van Weddingen,
Van Weert, Verherstraeten, Versnick, Viseur Jean-Jacques, Viseur Jean-Pierre, Wauters, Wauthier, Yerna.
Ont re´pondu non - Tegen hebben gestemd :
Personne - Niemand.
Se sont abstenus - Hebben zich onthouden :
Les membres-De leden : Annemans, Borginon, Bourgeois, Bouteca, Brepoels, Bultinck, Colen, De Man, D'haeseleer, Fe´ret,
Goyvaerts, Laeremans, Mortelmans, Pieters Danny, Schoofs, Sevenhans, Spinnewyn, Tastenhoye, Van den Broeck, Van den Eynde,
Van Hoorebeke, Willems.
50
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
PLENAIRE VERGADERING
SEANCE PLENIERE
DONDERDAG 24 FEBRUARI 2000
JEUDI 24 FE´VRIER 2000
INTERNE BESLUITEN
DE´CISIONS INTERNES
INTERPELLATIEVERZOEKEN
Ingekomen
1. de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister van
Justitie over
het veiligheidsplan.
(nr. 282 - verzonden naar de plenaire vergadering)
2. de heer Luc Sevenhans tot de eerste minister over
het bezoek van diverse regeringsleden aan Rwanda.
(nr. 283 - verzonden naar de commissie voor de Buiten-
landse Betrekkingen)
Ingetrokken
Bij brief van 23 februari 2000 deelt de heer Geert
Bourgeois mee dat hij zijn interpellatie over
het veili-
gheidsplan
(nr.261) intrekt.
Ter kennisgeving
VOORSTELLEN
Inoverwegingneming
1. Voorstel (de heer Jef Tavernier en mevrouw Martine
Dardenne) tot wijziging van het Reglement van de Kamer
betreffende de moties ingediend tot besluit van een
interpellatie, nr. 440/1.
Verzonden naar de bijzondere commissie voor het Re-
glement en voor de Hervorming van de parlementaire
Werkzaamheden
2. Wetsvoorstel (de heren Filip De Man, Koen Bultinck,
Guy D'haeseleer, Jan Mortelmans en Guido Tastenhoye)
tot invoeging van een artikel 24bis in de wet van
5 augustus 1992 op het politieambt, nr. 442/1.
Verzonden naar de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt
3. Wetsvoorstel (de heer Yves Leterme) tot opheffing van
artikel 114terdecies, tweede lid, van de provinciewet,
nr.443/1.
Verzonden naar de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt
DEMANDES D'INTERPELLATION
Demandes
1. M. Karel Van Hoorebeke au ministre de la Justice sur
le plan de se´curite´.
(n° 282 - renvoi en se´ance ple´nie`re)
2. M. Luc Sevenhans au premier ministre sur
la visite de
divers membres du gouvernement au Rwanda
.
(n° 283 - renvoi a` la commission des Relations
exte´rieures)
Retrait
Par lettre du 23 fe´vrier 2000, M. Geert Bourgeois fait
savoir qu'il retire son interpellation sur
le plan de se´cu-
rite´
(n°261).
Pour information
PROPOSITIONS
Prise en conside´ration
1. Proposition (M. Jef Tavernier et Mme Martine Dar-
denne) de modification du Re`glement de la Chambre
concernant les motions de´pose´es en conclusion d'une
interpellation, n° 440/1.
Renvoi a` la commission spe´ciale du Re`glement et de la
Re´forme du Travail parlementaire
2. Proposition de loi (MM. Filip De Man, Koen Bultinck,
Guy D'haeseleer, Jan Mortelmans et Guido Tastenhoye)
inse´rant un article 24bis dans la loi du 5 aou^t 1992 sur la
fonction de police, n°442/1.
Renvoi a` la commission de l'Inte´rieur, des Affaires
ge´ne´rales et de la Fonction publique
3. Proposition de loi (M.
Yves Leterme) abrogeant
l'article 114terdecies, aline´a 2, de la loi provinciale,
n° 443/1.
Renvoi a` la commission de l'Inte´rieur, des Affaires
ge´ne´rales et de la Fonction publique
HA 50
PLEN 045
51
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
4. Wetsvoorstel (de heer Jo Vandeurzen) tot wijziging van
artikel 217 van de nieuwe gemeentewet, nr. 446/1.
Verzonden naar de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt
5. Voorstel van resolutie (de heer Jean-Pierre Grafe´)
betreffende de verlening en hernieuwing van uitvoerver-
gunningen, nr. 447/1.
Verzonden naar de commissie voor de Buitenlandse
Betrekkingen
6. Wetsvoorstel (de heer Servais Verherstraeten) tot
wijziging van de organieke OCMW-wet inzake de voors-
chotten op en invordering van onderhoudsgelden,
nr.460/1.
Verzonden naar de verenigde commissies voor de Jus-
titie en voor de Sociale Zaken
7. Wetsvoorstel (de heren Claude Desmedt, Charles
Michel en Thierry Giet en mevrouw Jacqueline Herzet)
tot wijziging van de artikelen 488 tot 508 van het Gerech-
telijk Wetboek met het oog op de oprichting van een
federale Orde van advocaten, nr. 465/1.
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
Toelating tot drukken
Rgt art 64-2
1. Wetsvoorstel (de heren Daniel Bacquelaine en Olivier
Chastel) tot wijziging van de wet van 24februari1921 be-
treffende het verhandelen van de gifstoffen, slaapmidde-
len en verdovende middelen, ontsmettingsmiddelen en
antiseptica, ten einde het bezit van cannabis en derivaten
ervan gedeeltelijk uit het strafrecht te halen, nr. 461/1.
2. Voorstel van resolutie (de heer Jacques Lefevre c.s.)
betreffende het Belgische beleid ten aanzien van Irak,
nr. 462/1.
3. Wetsvoorstel (de heren Charles Michel en Jean-Paul
Moerman) tot verlening van strafrechtelijke immuniteit
aan spijtoptanten in het raam van de strijd tegen de
georganiseerde misdaad, nr.463/1.
4. Wetsvoorstel (de heer Charles Michel) tot wijziging van
het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de minneli-
jke schikking en de gerechtelijke bemiddeling, nr. 464/1.
5. Wetsvoorstel (de heren Claude Desmedt, Charles
Michel en Thierry Giet en mevrouw Jacqueline Herzet)
tot wijziging van de artikelen 488 tot 508 van het Gerech-
telijk Wetboek met het oog op de oprichting van een
federale Orde van advocaten, nr. 465/1.
4. Proposition de loi (M.
Jo Vandeurzen) modifiant
l'article 217 de la nouvelle loi communale, n°446/1.
Renvoi a` la commission de l'Inte´rieur, des Affaires
ge´ne´rales et de la Fonction publique
5. Proposition de re´solution (M.
Jean-Pierre Grafe´)
concernant l'octroi et le renouvellement de licences a`
l'exportation, n° 447/1.
Renvoi a` la commission des Relations exte´rieures
6. Proposition de loi (M. Servais Verherstraeten) modi-
fiant la loi organique des centres publics d'aide sociale en
ce qui concerne les avances et le recouvrement des
pensions alimentaires, n°460/1.
Renvoi aux commissions re´unies de la Justice et des
Affaires sociales
7. Proposition de loi (MM.
Claude Desmedt, Charles
Michel et Thierry Giet et Mme Jacqueline Herzet) modi-
fiant les articles 488 a` 508 du Code judiciaire en vue de
cre´er un Ordre fe´de´ral des avocats, n° 465/1.
Renvoi a` la commission de la Justice
Autorisation d'impression
Rgt art 64-2
1. Proposition de loi (MM. Daniel Bacquelaine et Olivier
Chastel) modifiant la loi du 24fe´vrier1921 concernant le
trafic des substances ve´ne´neuses, soporifiques, stupe´-
fiantes, de´sinfectantes ou antiseptiques en vue de de´cri-
minaliser partiellement la de´tention du cannabis et de ses
produits de´rive´s, n° 461/1.
2. Proposition de re´solution (M.
Jacques Lefevre et
consorts) relative a` la politique de la Belgique a` l'e´gard
de l'Irak, n°462/1.
3. Proposition de loi (MM. Charles Michel et Jean-Paul
Moerman) accordant aux repentis une immunite´ pe´nale
dans le cadre de la lutte contre le crime organise´,
n° 463/1.
4. Proposition de loi (M. Charles Michel) modifiant le
Code judiciaire en ce qui concerne la conciliation et la
me´diation judiciaire, n° 464/1.
5. Proposition de loi (MM.
Claude Desmedt, Charles
Michel et Thierry Giet et Mme Jacqueline Herzet) modi-
fiant les articles 488 a` 508 du Code judiciaire en vue de
cre´er un Ordre fe´de´ral des avocats, n°465/1.
52
HA 50
PLEN 045
24-02-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
PLENAIRE VERGADERING
SEANCE PLENIERE
DONDERDAG 24 FEBRUARI 2000
JEUDI 24 FE´VRIER 2000
MEDEDELINGEN
COMMUNICATIONS
REKENHOF
Boek van opmerkingen
Bij brief van 23 februari 2000 zendt de eerste voorzitter
van het Rekenhof, in uitvoering van artikel180 van de
Grondwet, het deel IIA van het 149e boek van opmerkin-
gen over.
Ingediend ter griffie, in de bibliotheek en verzonden naar
de commissie voor de Financie¨n en de Begroting
VARIA
Dankbetuigingen van Zijne Majesteit de Koning
De kabinetschef van de Koning dankt de voorzitter van
de Kamer van volksvertegenwoordigers voor de wensen
voor een spoedig herstel die hij de Koning heeft
toegezonden in naam van de Kamer.
COUR DES COMPTES
Cahier d'observations
Par lettre du 23 fe´vrier 2000, le premier pre´sident de la
Cour des comptes transmet, en exe´cution de l'article 180
de la Constitution, le fascicule IIA de son 149e`me cahier
d'observations.
De´po^t au greffe, a` la bibliothe`que et renvoi a` la commis-
sion des Finances et du Budget
DIVERS
Remerciements de Sa Majeste´ le Roi
Le Chef de Cabinet du Roi remercie le pre´sident de la
Chambre des repre´sentants pour les voeux de prompt
re´tablissement qu'il a adresse´s au Roi au nom de la
Chambre.
HA 50
PLEN 045
53
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000